KIES 3 THEMA 2: Omgaan met elkaar

Thema
Sociale media en aandacht
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema
Sociale media en aandacht

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Les 1: Identiteit
Persoonlijke identiteit = alle eigenschappen waaraan JIJ kan worden herkend                   1. Erfelijke eigenschappen
                                                      2. Opvoeding en leefomgeving
                                                      3. Referentiekader


Dynamisch/veranderlijk

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Nature/nurture
Is ons gedrag vooral aangeboren of aangeleerd?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Referentiekader =  de bril waardoor je naar de wereld kijkt

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Referentiekader
Referentiekader op basis van je interesses, waarden, normen.

Iedereen heeft een eigen referentiekader, journalisten ook! 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld van een ander perspectief
Referentiekader verschil

Zie video

Slide 6 - Slide

Haar referentiekader: 
Muziekles kan ook blokfluit of harp zijn. 
Dit kan je toch niet doen in een woonhuis
Haar waarneming: 
Horen het best goed, klinkt nogal hard bij haar thuis. 

Zijn referentiekader: 
Muziekles is zo belangrijk voor kinderen op deze leeftijd
Kind mag kiezen wat zij wilt, anders houdt ze er mee op
Met een beetje proppen past het best in een woonhuis
Zijn waarneming: 
Geluid valt wel mee, ze moet nog oefenen
Wat zie jij?
Wat zie jij?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Video 
Hersenen beïnvloeden je

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Relaties
Verbindingen              beïnvloeden  referentiekader
Verwachtingen binnen relaties en assertief zijn
Identiteit en aangeboren eigenschappen: seksuele geaardheid
Assertiviteit: balans tussen ik en de ander, is dit moeilijk?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Communicatie 
Communicatie is het overbrengen van informatie van de een naar de ander. 
Verbaal versus non-verbaal


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Gevaren sociale media
- Drempelverlagend, want anoniem
- Cyberpesten
- Catfishing
- Sexting
- Alles blijft bewaard, voor altijd..........
Maar ook: snel en makkelijk kennis delen en groot bereik, je wereld wordt groter > verschil feit en mening

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Je rol, groepsgedrag en groepsdruk
* Je rol in de groep bepaalt voor een groot deel je gedrag 
* Groepsgedrag: Het gedrag wat mensen in een groep vertonen
* Groepsdruk: Je wordt ergens tot gedwongen omdat de groep het doet > kan leiden tot rolconflict






Slide 12 - Slide

This item has no instructions


Fatsoensnormen zijn ongeschreven regels
wanneer je niet aan deze normen houdt niet strafbaar maar asociaal

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Agressie
* Verbale agressie: uitschelden, schreeuwen of zeer fel in discussie gaan, discriminerende opmerkingen 
* Fysieke agressie: schoppen, duwen, slaan, spugen, vernielen of beroven. 
* Psychische agressie: bedreiging, chantage, vernedering, negeren, beschuldigen.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Als ik hoor dat ik een berichtje binnen krijg, maar ik ben nog met iets anders bezig, dan open ik het toch
A
Ja, altijd
B
Ja, soms
C
Nee, nooit

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Ik kan wel een dag zonder mijn telefoon
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb notificaties aanstaan op mijn telefoon
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Link

This item has no instructions

Ik heb mijn smartphone bij me als ik ga slapen
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Door mijn smartphone ga ik te laat slapen
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Ik gebruik mijn smartphone als ik uit eten ben
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Ik gebruik mijn smartphone als ik wacht op de trein of bus
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Ik gebruik mijn smartphone op de fiets
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Als ik iets afreken bij de kassa dan houd ik mijn oordopjes in
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions