3Vwo Present perfect vs present perfect continuous

Present perfect vs Present perfect continuous 
1 / 36
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Present perfect vs Present perfect continuous 

Slide 1 - Slide

Lesson aims 
I am able to create the present perfect and present perfect continuous
I am able to recognise the difference between these tenses and how to use them. 

Slide 2 - Slide

Programme
Lesson up
Do ex 6, 7, U1 lesson 2

Slide 3 - Slide

Present Perfect 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Wanneer gebruiken we de present perfect?
A
nu-toekomst
B
vroeger-nu
C
nu
D
toekomst

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Vorm
Have/has + voltooid deelwoord

Voltooid deelwoord?
Optie A: Regelmatige werkwoorden --> ww + -ed
Optie B: Onregelmatige werkwoorden --> 3e rijtje 

Slide 8 - Slide

Gebruik
1) om te zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nog voorduren.
Lee has lived in New York since the summer of 2006. 
2) om te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en dat je daar nu het resultaat van merkt. 
Karim feels nauseous. He's eaten too many chips/ Dad is happy, because he has found a new job.
3) te praten over ervaringen (in iemands leven) tot nu toe.
 I've never been on  a sailboat in my life. 

 . 

Slide 9 - Slide

Gebruik

4) Voor dingen die in het verleden zijn gebeurd maar het is niet duidelijk of belangrijk wanneer precies.
I've lost my keys
of voor dingen die zojuist of kortgeleden zijn gebeurd
Our teacher has just left the room.

Slide 10 - Slide

Signaalwoorden  -FYNE JAS!
F = for - ( nu) al 
Y = yet - al (vraagzinnen)
N = never (nog) nooit
E = ever - ooit
J = just - net 
A = already - al: always - altijd
S = since sinds; so far - tot dus ver 

Slide 11 - Slide

Hoe maak je de present perfect?
A
ww + - ed
B
het derde rijtje van de irregular verbs
C
ww + s bij he/she/it
D
has / have + voltooid deelwoord

Slide 12 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 13 - Quiz

Make the Present Perfect:
I / be / to the library today

Slide 14 - Open question

Present Perfect Continuous 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Vorm
have/has been + ww + -ing 

Example:
Our cat has been getting into all kinds of trouble.
We have been working on this melody for hours. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Gebruik
1) alléén voor dingen die een poosje hebben geduurd, meerdere keren zijn voorgekomen of een gewoonte zijn. 
2) als je iets (te) lang vindt duren. 
 I've been waiting for ages now!
3) als je aan wilt geven dat iets in het heden het gevolg is van iets wat in het verleden een tijd heeft geduurd. 
We've been playing tennis so we're a bit thirsty. 

Slide 21 - Slide

Signaalwoorden 
1) te lang duren
lately, for hours, all day, for ages, for a long time, etc. 

2) gevolg van iets 
because, so.

Slide 22 - Slide

I'm really tired. I .................. too hard these past few weeks.
A
have worked
B
worked
C
have been working
D
am working

Slide 23 - Quiz

The teacher is annoyed because we...............
A
have been paying attention
B
haven't been paying attention
C
didn't pay attention
D
are paying attention

Slide 24 - Quiz

It smells lovely here, .....................
A
Haven't you been baking cookies?
B
Did you bake cookies?
C
Do you bake cookies?
D
Have you been baking cookies?

Slide 25 - Quiz

The teacher is in a foul mood, she ............. at us all through the lesson
A
has yelled
B
yells
C
yelled
D
has been yelling

Slide 26 - Quiz

Why are your brothers so filthy?
A
They have played in the mud all day
B
They have been playing in the mud all day
C
They play in the mud all day
D
They had been playing in the mud all day.

Slide 27 - Quiz

Now,  we are going to take a look at the difference between the present perfect simple and the present perfect continuous. 


Let's watch Ali first.... 

 

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Present perfect simple
Present perfect continuous: 
a) Iets is in het verleden gebeurd, je weet niet wanneer of hoe vaak, alleen dat het ooit gebeurd is. Het resultaat is nog merkbaar. 
b) ALLEEN MET FOR  / SINCE: 
Iets is in het verleden begonnen en loopt door tot nu: het is nog bezig, of pas heel kort geleden afgelopen. 
ALTIJD:
Iets is in het verleden begonnen en loopt door tot nu: het is nog bezig, of pas heel kort geleden afgelopen.

Slide 30 - Slide

Dus:   
Als je wilt aangeven dat iets in het verleden begonnen is en nog steeds bezig is, gebruik je de present perfect continuous. For / since hoeven er niet per se bij maar het mag wel.

Dit kan alleen NIET bij de zogenaamde State Verbs: dingen die je niet aan het doen kan zijn. 
Understand, believe, hate etc. 


Slide 31 - Slide

Dus:   

Als je wilt aangeven dat iets in het verleden begonnen is en nog steeds waar is of bezig is, gebruik je de present perfect simple . Dan MOET for / since erbij! 

I haven't believed in Santa since I was seven. 
I haven't been paying attention at all. 


Slide 32 - Slide

         Bij dingen die je maakt, bakt, kookt, schrijft etc.

          Present perfect simple zonder for / since: het is al af 
          I've written two books. 

          Present perfect simple met for / since: een algemene 
          situatie die al langere tijd duurt. 
          I've loved cooking since I was little. 

          Present perfect continuous: je bent er nog steeds mee bezig, het                is nog niet af.  
          I've been writing a book about my life; it's almost finished 
          (the book, not your life) 

Slide 33 - Slide

Lesson aims check
I am able to create the present perfect and present perfect continuous
I am able to recognise the difference between these tenses and how to use them.
Yes I understand
I understand it but would like to do ex. together
HELP! I do not understand any of it

Slide 34 - Poll

Practise:
Do ex. 6, 7 U1 lesson 2

Slide 35 - Slide

homework
study p. 43 and 44 
do ex 6, 7 and 8

Slide 36 - Slide