voorbereiden op de toets thema 1.

Pak je spullen: 
Laptop: Log in op lesson-up
Agenda: pak 3 november voor je
Boek: Verzorging voor jou
1 / 22
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Pak je spullen: 
Laptop: Log in op lesson-up
Agenda: pak 3 november voor je
Boek: Verzorging voor jou

Slide 1 - Slide

voorbereiding op de Toets 

Verzorging voor Jou
thema 1
"kennismaken"

Slide 2 - Slide

thema 1: kennismaken

Slide 3 - Mind map

lesdoel: 
Herhalen van thema 1
Voorbereiden op de toets door te oefenen en zelf een oefentoets te maken. 
(Toets op 3 november)

Slide 4 - Slide

Hoe gaan we dat doen? 
Toets in agenda schrijven + planning maken voor het leren
Herhalen lesdoelen basisstof 1.1 t/m 1.5
Oefenen met opdrachten over thema 1
Oefentoets maken voor iemand in de klas


Slide 5 - Slide

Noteer in je agenda: 

Maandag 3 november 
toets thema 1: kennismaken

Blz. 10 t/m 39
Planning: 

  • 2 november: alles herhalen
  • 1 november: basisstof 4 en 5
  • 31 oktober: basisstof 1, 2 en 3



 

Slide 6 - Slide

Leerdoelen van thema 1: 

Je kunt uitleggen  wat “verzorging” betekent en wat persoonlijke verzorging inhoudt. Daar kun je ook voorbeelden bij noemen. 

Je kunt beroepen noemen die te maken hebben met verzorging. 

Je begrijpt dat je in je leven keuzes maakt en dat  je wordt beïnvloed door de mensen om je heen.





Je kent begrippen als : waardevol, uniek, kenmerken en karakter. 

Je weet dat je bij praktische opdrachten kunt werken met een stappenplan

Je weet aan welke regels je je moet houden als je goed wil samenwerken. 

Je kunt een ik-boodschap geven als je iets niet goed vindt gaan als je samenwerkt

Slide 7 - Slide

Lion zegt: ‘Uniek betekent: hetzelfde als alle andere mensen.’
Paul zegt: ‘Uniek betekent: anders dan ieder ander mens.’

Wie heeft gelijk?

A
Lion.
B
Paul.

Slide 8 - Quiz

Hieronder staan uiterlijke kenmerken van Mariska.
Welk kenmerk hoort bij de eigen smaak van Mariska?


A
Mariska is 1,75 m lang.
B
Mariska heeft blauwe ogen.
C
Mariska heeft een piercing door haar neus.

Slide 9 - Quiz

Frank en Marc zitten allebei op voetbal.
Frank zegt: ‘Trainen hoort erbij.’
Marc zegt: ‘Ik train alleen als ik zin heb.’

Wie vindt voetballen belangrijker?

A
Frank.
B
Marc.

Slide 10 - Quiz

Wat betekent: ‘Het is waardevol’?
(bij het vak verzorging)
A
Het kost veel geld.
B
Het is belangrijk voor je.

Slide 11 - Quiz

Jaap maakt allerlei keuzes.  Daarnaast staan vier mensen die invloed hebben op Jaap. 

 Koppel de juiste persoon bij de juiste zin.

Jaap heeft vaak hoofdpijn. Hij gebruikt medicijnen die de huisarts voorschrijft.t. 
Jaap gaat binnenkort naar de derde klas. Hij kiest de sector techniek.
Jaap voetbalt. Hij doet een speciale training om keeper te worden.
 Jaap wil later hetzelfde beroep kiezen als zijn vader.  
de voetbaltrainer
de huisarts
de vader van Jaap
de mentor van Jaap

Slide 12 - Drag question

Jasper heeft last van jeugdpuistjes.
Welk advies geef jij?

A
Maak je huid schoon met een middel waar alcohol in zit.
B
Was je huid elke morgen en avond met water.

Slide 13 - Quiz

De zweetklieren produceren zweet.
Wat is de functie van zweet?

A
Door zweet koel je af.
B
Zweet houdt de huid soepel.
C
Zweet houdt warmte vast.

Slide 14 - Quiz

Door talg blijven je haren en je opperhuid soepel.

A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Els vindt het leuk om andere mensen te helpen. Ze kan goed omgaan met zieke mensen. Ze heeft veel geduld. Omgaan met kleine kinderen vindt ze niet leuk.

Waar kan Els het beste gaan werken?


A
In een peuterspeelzaal.
B
In een ziekenhuis.
C
In een kledingwinkel.
D
In een supermarkt.

Slide 16 - Quiz

Inge en Marita koken samen.
Inge heeft boodschappen gedaan.
Marita kletst en kijkt toe als Inge kookt.
Werken Inge en Marita goed samen?

A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

 Dini krijgt van haar leraar een opdracht. Hieronder staan vier dingen die Dini voor de opdracht ( punt 1 t/m 4)doet. 
Koppel de acties ( in het wit) van Dini bij de juiste stappen!

1 Wat moet je doen?
 2 Wat moet je voorbereiden? 
 3. En nu aan de slag!
4 Hoe ging het?
Dini zoekt een recept in een kookboek.
Dini laat de leraar proeven.
Dini moet een taart bakken.
Dini bakt de taart.

Slide 18 - Drag question

Je moet samenwerken met iemand, maar diegene doet niets. Jij moet alles alleen doen. Wat ga je zeggen?
(denk aan de ik boodschap!)

Slide 19 - Open question

Opdracht: maak zelf een oefentoets
Wat? Bedenk over elke basisstof 1 vraag. Het moet een openvraag zijn. 
Hoe? De vragen type je in Word, je mag je boek gebruiken. 
Hulp? Vragen aan juf
Tijd? 7 minuten
Resultaat: Word document met 5 vragen, over elke basisstof 1. 
Wat doen we ermee? Opslaan op je laptop, geef het de naam: "oefentoets verzorging thema 1." 
Volgende les stuur je de toets naar een klasgenoot. Die gaat de toets maken. 
Klaar? Bedenk nog een extra vraag bij basisstof 2 en 3
timer
7:00

Slide 20 - Slide

Hoe ging het? 
Ga voor jezelf na: 
Heb je 5 vragen kunnen bedenken? 
Zijn het open vragen? 
Gaan ze over de lesstof van de toets?  
Heb je een vraag gemaakt die je wil laten controleren? 

Slide 21 - Slide

Volgende les: 
Na de herfstvakantie: 
  • Ruil je jouw vragen met de vragen van een klasgenoot 
  • Ga je de oefentoets van een klasgenoot maken
  • Kijk je elkaars toets na 

Leren voor de toets van 3 november. 

Slide 22 - Slide