B Markeer in het groen de betekenis van het begrip midlifecrisis.
C Noteer op welke manier carrière en relatie volgens psycholoog Aerjen Tamminga tijdens de midlifecrisis in vraag worden gesteld.
D Markeer in het geel een typisch kenmerk van een midlifecrisis.
E Noteer drie gevolgen die een midlifecrisis kan hebben voor iemands identiteit.