4.2 Steden regelen het zelf

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

4.2 Steden regelen het zelf

Wanneer een stad zelf mocht beslissen wat ze wilden, dan kreeg een stad

Hoe heten de rechters van een stad?

Hoe noem je de vergadering van burgers die de burgemeesters kozen en controleerden.

1. Stadsbewoners waren vrijer dan boeren
2. Burgers moesten luisteren naar de landheer

1. Beide zijn goed
2. Beide zijn fout
3. 1 is goed en 2 is fout
4. 1 is fout en 2 is goed

Van wie kreeg een stad, stadsrechten?

1. Magistraat
2. Schout
3. Burgemeester
4. Heer

Stadsrechten: het recht van een stad op eigen winkels.

1. Waar
2. Niet waar

1. Stadsbewoners waren nog boeren.
2. Stadsbewoners leefden van de landbouw.

1. Beide zijn goed
2. Beide zijn fout
3. 1 is goed en 2 is fout
4. 1 is fout en 2 is goed

Rond het jaar 1000 moesten de stadsbewoners nog toestemming aan de land heer vragen voor het houden van een markt.

1. Goed
2. Fout

1. De landheer gaf de stad gratis stadsrechten.
2. In de stadsrechten stond dat een stad een muur om de stad mocht bouwen.

1. Beide zijn goed
2. Beide zijn fout
3. 1 is goed en 2 is fout
4. 1 is fout en 2 is goed

De landheer verkocht de rechten omdat hij geld nodig had om zijn kasteel te verbeteren.

1. Goed
2. Fout

Schepenen zijn de hoogste bestuurders van een stad.

1. Goed
2. Fout

Het vroedschap is het hoofd van de politie.

1. Goed
2. Fout

Burgers zijn het zelfde als poorters

1. Goed
2. Fout

Wie bestuurt Hoogeveen?

1. de burgemeester en wethouders
2. de ministers en kameleden
3. alleen de burgemeester
4. de adel en geestelijken

1. Vroedschap is een ander woord voor schepenen.
2. De schout is ook burgemeester

1. Beide zijn goed
2. Beide zijn fout
3. 1 is goed en 2 is fout
4. 1 is fout en 2 is goed