Herhaling : Onderwerp en persoonsvorm in een zin

Het onderwerp, de persoonsvorm en congruentie
Lesdoelen...
  • woorden die bij elkaar horen in een zin herkennen als woordgroepen.
  • het onderwerp herkennen, aanduiden en benoemen in verschillende zinnen.
  • een ja-neevraag stellen om de persoonsvorm te vinden.
  • de persoonsvorm herkennen en aanduiden in de zin.
  • het onderwerp vinden met behulp van de pv.
  • onderwerp en persoonsvorm herkennen d.m.v. de getalsproef




1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Het onderwerp, de persoonsvorm en congruentie
Lesdoelen...
  • woorden die bij elkaar horen in een zin herkennen als woordgroepen.
  • het onderwerp herkennen, aanduiden en benoemen in verschillende zinnen.
  • een ja-neevraag stellen om de persoonsvorm te vinden.
  • de persoonsvorm herkennen en aanduiden in de zin.
  • het onderwerp vinden met behulp van de pv.
  • onderwerp en persoonsvorm herkennen d.m.v. de getalsproef




Slide 1 - Slide

Noteer het onderwerp van onderstaande zin.
"Je snapt niet hoe meiden het doen."

Slide 2 - Open question

Noteer het onderwerp van onderstaande zin.
"Vandaag was een rustige dag vergeleken met gisteren en eergisteren."

Slide 3 - Open question

Noteer het onderwerp van onderstaande zin.
"Op school heb ik niet met Isabel gepraat maar wel naar haar gezwaaid."

Slide 4 - Open question

Noteer het onderwerp van onderstaande zin.
"Het was goed dat Libbie me tegenhield. "

Slide 5 - Open question

Noteer de persoonsvorm van onderstaande zin.
"Je snapt niet hoe meiden het doen."

Slide 6 - Open question

Noteer de persoonsvorm van onderstaande zin.
"Misschien gaan die van alles zitten verzinnen als ze niks te doen hebben."

Slide 7 - Open question

Noteer de persoonsvorm van onderstaande zin.
"Vandaag was een rustige dag vergeleken met gisteren en eergisteren."

Slide 8 - Open question

Verander het onderwerp naar het enkelvoud. Schrijf de zin opnieuw.
"De journalisten schrijven vijf artikels per dag."

Slide 9 - Open question

Welke persoonsvorm past in de zin?
"De meubels ... afkomstig van Ikea."
A
is
B
zijn

Slide 10 - Quiz

Welke persoonsvorm past in de zin?
"Die explosie ... allerlei stoffen naar alle kanten. "
A
slingeren
B
slingert

Slide 11 - Quiz