3.4 De waterkringloop

3.4 Water: te veel of te weinig
TB blz 62-63
WB blz 74-75
1 / 18
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.4 Water: te veel of te weinig
TB blz 62-63
WB blz 74-75

Slide 1 - Slide

Wat leer je deze les?
  • Je kunt de drie fasen van water benoemen.
  • Je kunt de korte en de lange waterkringloop uitleggen met de bijbehorende begrippen.
  • Je kunt uitleggen hoe drie vormen van neerslag ontstaan.

Slide 2 - Slide

Waterkringloop
samen lezen
alinea 1

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Water: te veel of te weinig?
In het filmpje heb je gezien dat water een grote rol speelt in ons leven. In deze paragraaf ga je leren waar het water vandaan komt, naar toe gaat en ontstaat.

Slide 5 - Slide

Water, waterdamp en ijs
samen lezen
Water (H2O) komt voor in drie toestanden:
  1. Vast (sneeuw en ijs)
  2. Vloeibaar (water)
  3. Gasvormig (waterdamp)

Elke dag gaan er grote hoeveelheden water van de ene toestand in de andere = waterkringloop

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

De  waterkringloop
  • De voortdurende verplaatsing van water over de aarde heet kringloop van het water. 
  • De  waterkringloop wordt aangedreven door de zon.

Slide 8 - Slide

samen maken
Opdracht 1 en 2

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Hoe ontstaat neerslag?
  1. water wordt verwarmd
  2. water verdampt
  3. warme lucht met waterdamp stijgt op
  4. warme lucht met waterdamp koelt af
  5. afgekoelde waterdamp vormt stoom/wolken

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Soorten neerslag:
stuwingsregen (7c
  • Lucht wordt tegen de berg omhooggestuwd (loefzijde)
  • De lucht koelt af.
  • De waterdamp condenseert en het gaat regenen =stuwingsregen.
  • Aan de andere kant ligt de lijzijde .
  • Daar daalt de lucht en warmt op.
  • Hier blijft het droog =  regenschaduw

Slide 13 - Slide

Soorten neerslag:
stijgingsregen (7d)
Stijgingsregens:
  • Warme lucht is licht en stijgt op.
  • De lucht koelt af.
  • De waterdamp zal vervolgens gaan condenseren.
  • Er ontstaan wolken.
  • Waar komt dit op aarde voor?

Slide 14 - Slide

Soorten neerslag: frontale regen (7e)
Ontstaan door botsing van twee luchtsoorten:
Passeren koufront:
  • De zwaardere koude lucht dringt onder de lichtere warme lucht.
  • Warme lucht stijgt snel op,  koelt af en condenseert: regen.
  • Kort + buien

Passeren warmtefront:

  • De warme lucht schuift over de koude lucht.
  • Langduring + (mot)regen

Slide 15 - Slide

Waterdamp
Vloeibaar
water
sneeuw en ijs
door verwarming
het kan stollen en verdampen
door 
afkoeling onder nul

Slide 16 - Drag question

samen lezen: Hoe ontstaat neerslag? + Een ongelijke verdeling.

Samen maken: opdracht 3 en 4

Slide 17 - Slide

Zelf maken:

Opdracht 5,6 en 7

Slide 18 - Slide