A4 WB Hfst 6.1C

• Wiskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

A4 WA H10 voorkennis

Planning van deze les

• Terugkijken de leerdoelen van de vorige les.
• Uitleg nieuwe leerdoelen.
• Werken aan hw als er tijd over is.

Leerdoel van de vorige les

Paragraaf 6.1: Toppen en buigpunten

• Ik kan aantonen dat een functie een extreme waarde heeft voor x=a.

Gegeven is de functie f(x) = -x³ + 6x² + 15x - 5.
Toon met de afgeleide aan dat x een extreme waarde heeft voor x=5.

Leerdoel van deze les

Paragraaf 6.1: Toppen en buigpunten

• Ik kan algebraïsch coördinaten van buigpunten berekenen.

In de figuur hiernaast zie je de grafiek van f(x) = -x³ + 6x² + 15x - 5 met de toppen A(-1, -13) en B(5, 95).
Op welke intervallen is de grafiek van
dalend? En op welk interval stijgend?

In de figuur hiernaast zie je de grafiek van f(x) = -x³ + 6x² + 15x - 5 met de toppen A(-1, -13) en B(5, 95).
Welke soorten van stijgen zie je?

In de figuur hiernaast zie je de grafiek van f(x) = -x³ + 6x² + 15x - 5 met de toppen A(-1, -13) en B(5, 95).

Schets de grafiek van f'(x)

In de figuur hiernaast zie je de grafiek van f'(x) = -3x² + 12x + 15

De grafiek van f'(x) heeft een hoogste punt voor x=p. Bereken p.

In de figuur hiernaast zie je de grafiek van f(x) = -x³ + 6x² + 15x - 5.
Wat heeft x=p te maken met de verschillende soorten van stijgen van de grafiek van f? Licht toe.

Huiswerk voor deze paragrafen

Zorg dat je het volgende leerdoel beheerst:

• Ik kan algebraïsch coördinaten van buigpunten berekenen.

Bestudeer hiervoor theorieblokken en voorbeelden van 6.1C en maak de opdrachten 14, 15 en 16 van paragraaf 1 van hoofdstuk 6.