Kea 1HV H5 par 4 (2)

Hoofdstuk 5 Paragraaf 4

1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5 Paragraaf 4

Slide 1 - Slide

Tekstboek
Lees TB H5 par 4 blz. 90 en 91

De kerk: licht of dwaallicht
Paus en Keizer 

Slide 2 - Slide

Waardoor verloor de kerk haar macht?

Slide 3 - Open question

Noem 3 ontwikkelingen die minder Bijbels zijn

Slide 4 - Open question

Waardoor kregen de paus en de keizer een conflict met elkaar?

Slide 5 - Open question

➤Zet de items in juiste volgorde
Paus en vorsten besluiten dat elk op hun eigen terrein macht behouden
Kerk en daarmee de paus wordt machtiger
Hendrik IV zet de paus af
Hendrik IV krijgt geen steun van zijn leenmannen en moet paus om vergeving vragen
Keizers krijgen meer invloed in de kerk omdat ze leenmannen als bisschoppen benoemen
Hendrik IV wordt in de ban gedaan
Paus verbiedt keizers om bisschoppen te benoemen

Slide 6 - Drag question

Zet onderstaande afbeeldingen in chronologische volgorde. 
Reliek
Bedevaart
Inquisitie
Mariaverering
Heksenvervolging

Slide 7 - Drag question

Rond welk jaar komt het tot een botsing tussen paus Gregorius VII en Hendrik IV?

Slide 8 - Open question

Zijn de zinnen goed of fout? Sleep ze naar het juiste vak
Goed

Fout

De keizers hadden door het benoemen van leenmannen tot bisschop steeds meer invloed in de kerk gekregen.
Keizer Hendrik IV reageerde heel geschrokken op de ban van de paus.
De strijd tussen de keizer en de paus laat zien dat de keizer op dat moment in West-Europa heel machtig was.
Uiteindelijk was de uitkomst dat de paus de leiding hield in de kerk en de vorsten in de staat.

Slide 9 - Drag question

Bekijk bron 1 in je werkboek op blz. 74
a. Wat geeft Petrus aan de paus en wat aan de keizer?
b. Wat is de betekenis van deze voorwerpen?

Slide 10 - Open question

Lees bron 2. op blz. 74 van je werkboek.

In de loop van de middeleeuwen kwamen er in de rooms-katholieke kerk on-Bijbelse opvattingen,
maar er waren ook Bijbelgetrouwe predikers. Met welke dwalingen die in de paragraaf genoemd
worden, was Berthold het blijkbaar niet eens?

Slide 11 - Open question

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 12 - Open question

Einde les
Dank voor jullie inzet! Top! 

Slide 13 - Slide