What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
Les 16: Herhaling woordsoorten
Hoe zat het ook alweer?
We nemen de toets door.
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Taal
Speciaal Onderwijs
Leerroute 4
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hoe zat het ook alweer?
We nemen de toets door.
Slide 1 - Slide
Hoe zat het ook alweer?
Welke woordsoorten hebben we geoefend?
Wat zijn de afkortingen ervan?
Slide 2 - Slide
Lesdoel
Ik kan vijf
woordsoorten
(lw, bn, zn, ww, vz) in zinnen herkennen en ze
in een schema zetten
.
Slide 3 - Slide
Lidwooord (LW)
Een lidwoord hoort bij een zelfstandig naamwoord.
Er zijn drie lidwoorden:
de
,
het
en
een
.
Let op: er staat soms een bijvoeglijk naamwoord tussen het lidwoord en het zelfstandig naamwoord.
Slide 4 - Slide
Zelfstandig naamwoord (ZN)
Een woord voor een
mens
,
dier
of
ding
.
Let op: het kunnen ook
abstracte dingen
zijn.
Slide 5 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord (BN)
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.
Bijvoorbeeld:
Hoe het zelfstandig naamwoord eruit ziet.
Wat je van het zelfstandig naamwoord vindt.
Waarvan het zelfstandig naamwoord gemaakt is.
Slide 6 - Slide
Voorbeeld
De rode kater.
De = LW
Rode = BN
Kater = ZN
Slide 7 - Slide
Werkwoorden
Werkwoorden geven aan:
1. Wat het zelfstandig naamwoord doet.
2. Wat het zelfstandig naamwoord is.
3. Wat er met het zelfstandig naamwoord gebeurt.
Bijvoorbeeld: lopen, raden, fietsen, zijn, hebben, worden.
Slide 8 - Slide
Voorzetsel
Het voorzetsel zegt iets over de precieze plaats, richting of tijd.
Bijvoorbeeld:
Op, in, achter, onder, naast, langs, voor, uit, om, tegen, gedurende, langs, tegenover, tot, voorbij, rond, tijdens.
Slide 9 - Slide
Voorbeeld
De oom werkt in een arm land.
Schrijf de woordsoorten in een schema.
Slide 10 - Slide
<Een> kind heeft recht om naar school te gaan.
A
Lidwoord
B
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 11 - Quiz
Welke woordsoort is het?
Pak een Chromebook.
Log in bij LessonUp.
Zorg dat je in de les komt.
Slide 12 - Slide
Een kind heeft recht op <gezonde> voeding én drinkwater.
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Zelfstandig naamwoord
Slide 13 - Quiz
<Kinderen> hoeven geen kinderarbeid te verrichten.
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 14 - Quiz
Kinderen hoeven geen <kinderarbeid> te verrichten.
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
Slide 15 - Quiz
Een kind heeft <het> recht in een familie op te groeien.
A
Zelfstandig naamwoord
B
Lidwoord
Slide 16 - Quiz
Een kind heeft recht op <bescherming> tegen oorlog en geweld.
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 17 - Quiz
Ik vind het <goede> kinderrechten
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Zelfstandig naamwoord
Slide 18 - Quiz
Aan de slag
Heb je alles goed of één fout?
Ga zelfstandig aan de slag met opdracht 2 en 3.
Heb je meer dan één fout?
We doen opdracht 2 samen. Als het goed gaat, maak je opdracht 3 zelfstandig.
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Groep 4 | taal | werkwoorden
August 2025
-
24 slides
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 4
TisTaal by Dutchily E.E.
Groep 4 | taal | werkwoorden
July 2025
-
24 slides
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 4
TisTaal by Dutchily E.E.
Toets woordsoorten 1v
March 2020
-
46 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Oefentoets taalverzorging mh1
February 2023
-
35 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
K1 lidwoorden en zelfstandig naamwoord (Lernliste)
January 2023
-
15 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Zinnen ontleden - Quiz
February 2024
-
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Quiz!
lidwoorden/ geslacht zelfstandige naamwoorden
July 2025
-
31 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
1TL periode 2 les 3
July 2025
-
36 slides
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1