250513 Spelling §11 + Thema D §4

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom M1b!

Je mag zelf kiezen, maar.... 

de jongens zitten niet allemaal bij elkaar.

Deze spullen heb ik nodig:

• leesboek
• iPad
• werkboek
• etui

Wat gaan we doen?

1. Lezen (10 min)
   
2. Huiswerk nakijken (10 min)
3. Werkwoordspelling: een stappenplan (20 min)
4. Thema D: interviews (30 min)
5. Afronding (2 min)

Huiswerk bespreken

Thema D Helden - §3: opdracht 1 + 2 (blz. 183)

Spelling §11 - opdracht 2 t/m 4 (blz. 244)

Wat gaan we doen?

1. Lezen (10 min)
   
2. Huiswerk nakijken (10 min)
   
3. Werkwoordspelling: een stappenplan (20 min)
   
4. Thema D: interviews (30 min)
5. Afronding (2 min)

Leerdoel

1. Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd schrijven.
   
   
2. Ik weet wat sterke en zwakke werkwoorden zijn.
   
   
3. Ik kan de persoonsvorm van zwakke werkwoorden in de verleden tijd spellen.
   
   
4. Ik kan de persoonsvorm van sterke werkwoorden in de verleden tijd spellen.

                                                      blz. 278

Simone (verheugen, pvtt) zich op haar verjaardagsfeest.

De meeste planten (kunnen, pvvt) niet tegen de kou.

Mijn laptop (worden, pvtt) vaak gebruikt voor spelletjes.

Gister (verbranden) mijn broertjes hun armen.

Masha en ik (juichen, pvvt) toen Ajax scoorde.

Oefenen spelling persoonsvorm

Opdracht:  

Maak het werkblad en kijk deze na. Je mag het stappenplan gebruiken.

Heb je minder dan 2 fout? Leerdoelen behaald!

Heb je meer dan 2 fout? Kom naar een flexuur Nederlands.

Hoe: Bekijk het stoplicht: je werkt alleen of in tweetallen

Nodig: Werkboek/schrift + pen

Klaar: 

• Oefen op je iPad: www.spellingoefenen.nl > persoonsvorm tegenwoordige tijd + verleden tijd
• Lees het nieuws op www.nu.nl

Wat gaan we doen?

1. Lezen (10 min)
   
2. Huiswerk nakijken (10 min)
   
3. Werkwoordspelling: een stappenplan (20 min)
   
4. Thema D: interviews (30 min)
5. Afronding (2 min)

Leerdoel

Thema D Helden

• Ik weet dat er verschillende soorten helden zijn.
• Ik kan helden herkennen in een verhaal.

• Ik kan open en gesloten vragen herkennen in een interview.
• Ik kan zelf open en gesloten vragen bedenken en opschrijven.
  
  
• Ik kan vragen in een geschreven interview herkennen.

Vragen

Gesloten vraag = ja/nee-antwoord 
                                  één woord antwoord

Open vraag = antwoord met meerdere woorden

Geschreven interview

Uit welke drie delen bestaat een geschreven tekst?

• Inleiding
• Middenstuk
• Slot

Geschreven interview

• Inleiding = de geïnterviewde wordt voorgesteld + het onderwerp van het interview is duidelijk
  
  
• Middenstuk = alle vragen worden gesteld
  
  
• Slot = één duidelijke laatste vraag

Oefenen

We lezen met elkaar tekst 1 van Thema D §4 (blz. 185)

Daarna:

• Maak opdracht 1 (hoort bij die tekst)
• Maak opdracht 2 (nieuwe tekst, deze lees je zelf)

Klaar: lees het nieuws op www.nu.nl 

of        oefen werkwoordspelling via www.spellingoefenen.nl