Les 27: Inleven in de ander

• Mentorles
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Introduction

Leerlingen kunnen uitleggen wat het verschil is tussen helpen en inleven in de ander, ze kunnen voorbeelden geven wanneer en waarom ze een ander kunnen helpen en ze kunnen een voorbeeld van een hulpvraag geven

Instructions

Les 27.pdf

Feuilles de travail

Les 27.pdf

Inleven in de ander

Les 27

Aan het eind van deze les...
• leg ik uit wat het verschil is tussen helpen en inleven in de ander,

• geef ik 2 voorbeelden wanneer en waarom ik iemand zou helpen,

• geef ik een voorbeeld van een hulpvraag

Vertrouwen in de ander:
Ik leef mij in de situatie van de ander in

Bespreek met de leerlingen wat ze aan het einde van deze geleerd hebben.

Naspelen

We gaan oefenen

Hoe werkt het?

Instructie

Let op! Nu komt er uitleg

Doe activiteit

We gaan aan het werk

Schrijf opdracht

Opdracht uit de Baaz-map

Afronding

Gezamenlijke afsluiten

Kijken

Goede kijkhouding

Luisteren

Goede luisterhouding

Overleggen

Met elkaar overleggen

Groepsgesprek

Met elkaar in gesprek

Bespreek en herhaal de picto's die terugkomen in de les.

Mochten de leerlingen deze al goed kennen, kun je dit overslaan.

Les 27 - Inleven in de ander

Filmfragment

Groepsgesprek

Verhaalkaart

Werkblad invullen

Bespreek met de leerlingen de planning van de les, wijs ze hierbij ook op de picto's bij de verschillende onderdelen

Mochten leerlingen de picto's niet meer weten, ga terug naar de vorige dia

Filmfragment

Sinan zoekt

• Wat heb je gehoord en gezien aan helpen?
  
• Wat heb je gehoord en gezien aan hulp ontvangen?

Filmfragment:

• Deel kijk- en luisterkaarten uit.
  
• Bekijk het filmfragment.
• Bespreek na afloop de 2 vragen met de leerlingen

Groepsgesprek

• Wat betekent inleven in de ander?
  
• Hoe doe je dat? Welk gedrag laat je zien?
  
• Waarom is het soms moeilijk of juist makkelijk?
  
• Wat is het verschil tussen inleven in de ander en de ander helpen?
  

Groepsgesprek:

• Bespreek de vragen met de leerlingen.
• Om het gesprek levendig te houden, kun je ervoor kiezen om een bal te gooien naar de leerling die antwoord mag geven. Of geef een 'praat stok' aan de leerling die antwoord wil geven.

Verhaalkaart

Luister naar het verhaal

Waarom kon Hans zich zo goed inleven in Samir?

Welke hulp heeft Hans aangeboden en Samir van hem gekregen?

Welke (hulp) vraag had Samir kunnen stellen?

Verhaalkaart:

Als het voor de klas prettig is om mee te lezen, maak dan een kopie van het verhaal.

• Lees het verhaal voor in de klas.
• Vraag de leerlingen eerst wat ze hebben gehoord.
• Bespreek vervolgens de vragen.
• Stuur bij de laatste vraag erop aan dat leerlingen een hulpvraag voor Samir formuleren.

Werkblad

Wanneer ben jij geholpen?

Werkblad invullen:

• Laat de leerlingen in een tweetal het werkblad invullen. 
  
• Zo kunnen ze elkaar helpen bij het werkblad.

Ter afronding van de les maak je een rondje door de klas en laat de leerlingen vertellen wanneer ze zijn geholpen en waarom die ander hulp heeft gegeven.