Herinneringscentrum Kamp Westerbork

Daar praat ik niet over.

daar praat ik niet over


het verhaal van Mädie Franz
'Vrijheid is niet vanzelfsprekend!'
Het verhaal van Mädie Franz

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

Deze les hoort bij het boek 'daar praat ik niet over' over van Anjes Wolfs-Driessen. De les kan ook los van het boek gedaan worden omdat fragmenten uit het boek terug te vinden zijn in de les zelf.

Onderdelen in deze les

daar praat ik niet over


het verhaal van Mädie Franz
'Vrijheid is niet vanzelfsprekend!'
Het verhaal van Mädie Franz

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Deze les hoort bij het boek daar praat ik niet over van Anjes Wolfs-Driessen. 


Mädie (1928) en haar familieleden zijn Sinti. Ze wonen zomers in een woonwagen en trekken rond. In de winter wonen ze in een huisje in Bocholtz (Zuid-Limburg). Muziek speelt in de familie een belangrijke rol. Tijdens de oorlog wordt alles anders, zeker ook voor de familie Franz. Bij de razzia op Sinti en Roma op 16 mei 1944 komt Mädie met haar familie in kamp Westerbork terecht. Drie dagen later worden ze gedeporteerd naar Auschwitz. Mädie komt daarna nog in andere afschuwelijke kampen terecht, maar overleeft alle verschrikkingen.

Lang praat ze niet over wat ze heeft meegemaakt. Uiteindelijk vertelt ze haar verhaal één keer aan haar dochter. Haar boodschap aan de nieuwe generatie is: Vrijheid is niet vanzelfsprekend! 
Dit boek, geschreven door haar dochter, is een eerbetoon aan Mädie die in 2014 overleed.  

Slide 3 - Tekstslide

Deze les gaat over Mädie Franz.
Zij en haar familieleden zijn dus Sinti.
Welke woorden komen bij jou op
als het gaat over Sinti?

Slide 4 - Woordweb

Sinti en Roma of zigeuners?

Al in de 19e eeuw kwamen er Sinti en Roma naar Nederland. Vaak werden zij zigeuners genoemd. Veel Sinti en Roma zien dat woord als discriminerend. Oorspronkelijk betekent het woord zigeuner zoiets als de onaanraakbare, maar een andere uitleg is dat het een scheldwoord is. We gebruiken daarom tegenwoordig Sinti en Roma.
Mädie had geen moeite met het woord. Daarom wordt het in het boek wel gebruikt.


   
Wil je meer weten over de geschiedenis van Sinti en Roma dan zou je op deze website kunnen kijken.   

Slide 5 - Tekstslide

In het eerste hoofdstuk van het boek stelt Mädie haar broers en zussen voor. Mädie is de jongste, zij is 12 jaar in 1940. Hieronder staan haar broers en zussen. Lees het tekstfragment en koppel ze aan hun geboortejaar.
Tekstfragment
Klik het tekstfragment aan om het te vergroten.
1910
1911
1917
1920
1922
1923
1925

Slide 6 - Sleepvraag

In het eerste hoofdstuk van het boek vertelt Mädie over het leven van Sinti en over in hoeverre er verschillen zijn met het leven van 'burgers' zoals zij de niet-zigeuners noemen. 
In hoofdstuk 1 van het boek vertelt Mädie over het leven van Sinti. Zijn er verschillen  met het leven van 'burgers'? (zo noemt zij mensen die geen Sinti zijn)
wonen in een woonwagen
Sinti wonen meestal niet in een huis maar in een woonwagen. Daarmee trekken ze rond. Mädie vertelt dat haar familie in de winter wel in een huis woont. Hiernaast zie je een schilderij van dit huisje in Bocholtz (Zuid-Limburg).
reizen en beroepen
In de zomer trekken Sinti langs dorpen en steden. Mädie vertelt dat haar familieleden de kost verdienen als muzikant, met handel in fournituren en stoffen, als poppenspeler en handelaar in paarden.   
eigen taal en namen
Sinti hebben een eigen taal: het Romanes. Ze spreken deze taal maar schrijven het niet. Mädie vertelt: "We spreken onder elkaar onze eigen Sinti-taal maar wij kinderen spreken ook Nederlands, Duits en zelfs Limburgse dialect." 

Verder hebben Sinti vaak twee namen: een katholieke doopnaam en een Sinti-naam. Mädie, dat is haar Sinti-naam, heeft als doopnaam Elisabeth. 
anders?
Mädie: "Ons dagelijkse leven is anders dan het dagelijkse leven van de burgers. Maar er is ook weer niet zo’n groot verschil. Vrijheid staat bij ons bovenaan, maar er zijn duidelijke regels en tatta (vader) zorgt ervoor dat iedereen zich daaraan houdt. De regels gaan over hoe mannen en vrouwen en ouderen en jongeren met elkaar omgaan, hoe we leven, wonen, wat we eten, de reinheidsregels. Liegen en stelen is uit den boze en onze cultuur en taal blijft van ons."

Slide 7 - Tekstslide

Muziek speelt een belangrijke rol in het leven van de familie Franz en bij Sinti in het algemeen. Met muziek en dans het leven door, zegt Mädie daarover.

Met tatta (vader) vormen de broers Franz het orkest Les Franzesko's. Mädie is regelmatig bij hun optredens maar doet zelf niet mee. Lees in het fragment waarom dat is.
de Franzesko's

Slide 8 - Tekstslide

In de zomer van 1943, als Mädie 15 jaar is, krijgen zij en haar familie te maken met een ingrijpende maatregel. Lees de  volgende drie fragmenten
Limburgsch Dagblad 30 juni 1943
Mädie vertelt:
Overzicht maatregelen

Slide 9 - Tekstslide

'Het lijkt hier wel een getto,' lees je in het fragment van Mädie. Waarom lijken de maatregelen tegen Sinti op de maatregelen tegen Joden? Noem één voorbeeld.

Slide 10 - Open vraag

Bekijk het telexbericht hiernaast en het bericht uit de administratie van kamp Westerbork hieronder. Bedenk wat er gebeurd is.
Bericht uit de administratie van kamp Westerbork

Slide 11 - Tekstslide

Welke van de onderstaande beweringen is juist?
A
Op 16/17 mei 1944 moeten Nederlandse politieagenten overal in Nederland Sinti en Roma oppakken. Er komen die dag 578 mensen in kamp Westerbork aan.
B
De Duitse Sicherheitspolizei verzoekt alle Sinti en Roma in Nederland zich op 14 mei 1944 te melden in kamp Westerbork. Die dag komen er 2917 nieuwe gevangenen aan in het kamp.
C
Op 16 mei 1944 worden alle Sinti en Roma die in kamp Westerbork verblijven op transport gezet in opdracht van de politiepresident. Er vertrekken die dag 558 personen uit het kamp.
D
Op 17 mei 1944 worden politieagenten uit kamp Westerbork ingezet om overal in Nederland Sinti en Roma aan te houden. In totaal worden die dag 565 politieagenten ingezet.

Slide 12 - Quizvraag

Mädie vertelt in het boek over wat er op 16 mei 1944 met haar en haar familie is gebeurd. Lees de drie tekstfragmenten.
fragment 3
fragment 2
fragment 1

Slide 13 - Tekstslide

Welk woord past het best bij hoe Mädie zich gevoeld zal hebben op die 16e mei 1944 denk jij?

Slide 14 - Open vraag

Mädie komt terecht in kamp Westerbork. Wat weet je al over dit kamp?

Slide 15 - Woordweb

Mevrouw Gudema werkt in kamp Westerbork en helpt bij de registratie van de Sinti op 16 mei 1944: 

Het registeren vind niet zoals gewoonlijk plaats in barak 9 maar in barak 36, de quarantainebarak. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de angst voor besmetting. De Duitsers zijn doodsbang voor luizen en besmettelijke ziektes.  Ze worden gedesinfecteerd en geschoren, een behandeling die verder alleen bij transporten uit Vught of vanuit arme buurten in Amsterdam gedaan wordt. Na de registratie heb ik deze mensen niet terug gezien, omdat ze in een apart deel van het kamp verblijven en daar niet uit mogen.
Mädie over de aankomst in kamp Westerbork

Slide 16 - Tekstslide

Is de behandeling van de Sinti in kamp Westerbork hetzelfde als die van de Joodse gevangenen? Leg je antwoord uit met een voorbeeld.

Slide 17 - Open vraag

Mädie over het leven in kamp Westerbork
plattegrond kamp Westerbork
Mädie komt met de meeste andere Sinti terecht in barak 69 van kamp Westerbork. Mädie vertelt in het tekstfragment hoe ze daar leeft. 
Met de foto en de plattegrond kun je zien waar ze verblijft.

Slide 18 - Tekstslide

Mädie is maar kort in Westerbork. Al op 19 mei 1944 moet ze met haar familie en de andere Sinti op transport. In het tekstfragment vertelt Mädie over dit vertrek. Lees dit fragment. 

Het bijzondere is dat het vertrek van de Sinti en Roma uit kamp Westerbork is gefilmd. Bekijk het fragment op de volgende slide.
Mädie over het vertrek uit kamp Westerbork

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Welke woorden en gedachten
komen bij jou op als je
deze beelden bekijkt?

Slide 21 - Woordweb

'De reis is vreselijk en lang' vertelt Mädie. De trein komt ruim twee dagen later aan in Auschwitz. Over de aankomst en wat er daarna gebeurd is vertelt Mädie in het tekstfragment. Lees dit fragment en ook wat er in de administratie van Auschwitz is te lezen over deze aankomst.
aankomst in Auschwitz
uit de kampadministratie

Slide 22 - Tekstslide

Volgens de nazi's behoren Sinti en Roma tot een minderwaardig ras. Zie je dat ook terug in de manier waarop ze worden behandeld? Leg uit.

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Video

Welke van de onderstaande beweringen is juist?

Mädie moet werken in Auschwitz. Zij moet in het kamp ....
A
de barakken van het kamp schoonmaken
B
nummers tatoeëren in de arm van andere gevangenen
C
andere gevangenen helpen bij het nemen van een bad
D
helpen met de aanleg van een weg naar het crematorium

Slide 25 - Quizvraag

vertrek uit Auschwitz
twee maanden in Auschwitz
Mädie is ruim twee maanden in Auschwitz. Ze verblijft in het 'Zigeunerlager' (aangegeven met rood) in barak 18. Deze is met de pijl aangegeven op de foto hieronder. Mädie gaat eind juli 1944 naar een ander kamp. Lees de fragmenten.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Mädie komt tijdens de oorlog in verschillende concentratiekampen terecht. Denk aan wat ze hierover vertelt in de boekfragmenten en in de filmclips.
Wat is voor haar steeds de grootste angst denk jij?

Slide 28 - Open vraag

Mädie blijft niet in Ravensbrück, maar wordt met haar zussen direct doorgestuurd naar Flossenbürg, weer een ander kamp. Moeder blijft achter in Ravensbrück. Vanuit Flossenbürg worden Mädie en haar zus Soela op 22 augustus 1944 naar een fabriek voor vliegtuigonderdelen in Wolkenburg gestuurd. De zussen werken daar onder verschrikkelijke omstandigheden tot april 1945.
 
Fabriekshallen Wolkenburg tegenwoordig
Mädie over Wolkenburg

Slide 29 - Tekstslide

Op een ochtend in april gaan de vrouwen niet naar de fabriek, maar worden ze te voet het kamp uitgestuurd. Onder ellendige omstandigheden lopen ze twee dagen. Soela weet brood te stelen zodat de meisjes iets te eten hebben.  Na die twee dagen gaat de tocht verder per trein richting kamp Dachau. Veel te veel vrouwen opeengepakt in twee goederenwagons. Mädie vertelt wat er onderweg gebeurde.
Onderweg naar Dachau

Slide 30 - Tekstslide

Mädie ontsnapt met haar zus en nichtje uit de trein. Op welk moment heeft ze pas echt het gevoel dat ze bevrijd is?

Slide 31 - Open vraag

Mädie over de terugkomst in Nederland
Mädie en Soela gaan eerst naar hun tante in Bayreuth. Daar blijven ze een tijdje. Voor het eerst in een jaar slapen ze weer in een bed. Met eten moeten ze nog oppassen: niet teveel want dat zijn ze niet meer gewend. Eindelijk kunnen ze dan terug naar Nederland  
Mädie en Soela in 1946

Slide 32 - Tekstslide

De grootste wens van Mädie is dat de rest van de familie al in Nederland is als zij daar terugkomt. 

In het fragment hieronder vertelt ze of deze wens is uitgekomen. 
Mädie en Eifa na de oorlog
Terug in Nederland

Slide 33 - Tekstslide

Probeer uit te zoeken wat er met de familieleden van Mädie is gebeurd. Waar zijn ze terechtgekomen en wanneer zijn ze vermoord? Je doet dit op de website oorlogslevens. Klik hier om naar deze website te gaan.
Johann Franz (*1889)
Ernestine Franz-Rosel (*1880)
Shanni Franz (*1910)
Buntla Franz (*1917)
Leutze Franz (*1920)
Peppie Franz (*1923)


Slide 34 - Tekstslide

Voor Mädie is het niet eenvoudig om het leven weer op te pakken na de oorlog. Ze mist haar vermoorde familieleden, woont in een huis en moet wat ze heeft meegemaakt verwerken. Haar leven is totaal veranderd.  Ook andere dingen zitten haar dwars. Lees hiernaast wat Mädie daarover vertelt:
'We waren buitenbeentjes en dat blijven we'
'Er is weinig erkenning: de Sinti die hebben overleefd krijgen geen uitkering van de Nederlandse overheid. Met handel en venten langs de deuren proberen wij de kost te verdienen. Omdat dit verboden is, worden we zelfs eens opgepakt en kort gevangengezet. Het doet me pijn dat we weer als buitenbeentjes behandeld worden. We komen niet in aamerking voor een Nederlands paspoort. In de oorlog werden wij niet door de Duitsers opgepakt, maar door Nederlandse politieagenten! En nu moeten we weer zonder hulp van de overheid een nieuw bestaan opbouwen.'
Mädie (linksvoor) na de oorlog

Slide 35 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit wat Mädie vooral dwars zit.

Slide 36 - Open vraag

Mädie trouwt in 1953 en wordt burger. Ze krijgt drie dochters en wordt later oma en ook overgrootmoeder. Over de oorlog praat ze niet veel want: Over de doden praat je niet. Die laat je met rust. Als haar dochter later vragen gaat stellen en haar broers en zus overlijden gaat ze er wel weer meer over vertellen. Ze is dan immers nog de enige die is overgebleven. 
Trouwfoto van Mädie en Jac.
De boodschap van Mädie:
'Ik heb gezien wat hebzucht, haat en domheid met mensen doet. Niet alleen in de Tweede Wereldoorlog maar nu nog steeds. Over de hele wereld zijn onschuldige mensen de dupe van de beslissingen van een paar hersendoden.

Tranen heb ik allang niet meer die zijn allen verbruikt. Ik hoop dat mijn jongste dochter mijn verhaal wil doorvertellen zodat
iedereen, zigeuner of burger, het respect krijgt dat hij verdient. Het is nu aan de volgende generaties om het beter te doen.'

Slide 37 - Tekstslide

Mädie Franz (1928-2014)
'Geef het een kans, ieder mens is er een!'


'Vrijheid is niet vanzelfsprekend!'

Slide 38 - Tekstslide

Het verhaal van Mädie Franz is in 2021 door de Theatergroep Rotterdam gebruikt in hun voorstelling voor Theater na de Dam. In de korte film Doortocht (duur: 35 minuten) is deze voorstelling te bekijken. Je kunt de film hier bekijken. 
Meer zien?

Slide 39 - Tekstslide