Les 7/8: De Opkomst van het Christendom

H1a
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

H1a

Slide 1 - Tekstslide

Tijd: 7 min
Handeling: De docent verwelkomt de leerlingen bij de deur en geeft aan dat ze hun mobiel in de telefoontas moeten doen. Daarna mogen de leerlingen in het lokaal gaan zitten. 
Verantwoording: 
Peter Teitler,  lessen in orde
Voorspelbaarheid in aandacht: Eerste stap in voorspelbaarheid in aandacht geven binnen mijn lessen (elke les de leerlingen verwelkomen bij de deur, mobieltjes in de telefoontas, etc.) (blz.79)

Maak contact:  (Bernes: 'weg naar een goede relatie') Door aan het begin van de les bij de deur te staan en de leerlingen te verwelkomen geef je de leerlingen het gevoel dat ze gezien zijn/ welkom zijn.  (blz. 47-48)

Gebruik maken van vaste patronen: door structuur aan te brengen binnen mijn lessen is het volgen Teitler makkelijker om orde te houden.

De vijf rollen van de leraar: gastheer (welkomsgevoel creëren en het idee dat ik alle leerlingen gezien heb bij binnenkomst)



Planning vandaag
  1. Voorkennis
  2. Uitleg: De opkomst van het christendom
  3. Aan de slag 
  4. Afsluiten

Leerdoelen:
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:
  1. hoe Joden in het hele Romeinse rijk terecht kwamen;
  2. hoe het christendom ontstond;
  3. hoe het christendom werd verspreid en bestreden;
  4. hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd 
Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Bij een vraag steek je hand op
(roep dus niet door de klas)
Toets:
Datum: Vrijdag 19 april 2024
§4.1: Van stad tot Wereldrijk
§4.2: De Romeinse Samenleving
§4.3: De cultuur van het Rijk
§4.4: De opkomst van het Christendom
§4.5: Enkel 'De ondergang van Rome'

Flex-boek: blz. 66 t/m 85
Werkboek: blz. 90 t/m 105

Slide 2 - Tekstslide

Tijd: 1 min

Huiswerk van de vorige keer is :
1.4 leven langs de Nijl
Opdracht 1 t/m 4
Pasen

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

H4 Het Romeinse Rijk


§4.4: De opkomst van het Christendom

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdbalk opdracht
Teken in je schrift op 2 bladzijden de onderstaande tijdbalk over. Tijdens de uitleg komen verschillende gebeurtenissen voorbij. Deze noteer je in je schrift op de tijdbalk. 
63 v.C.
0
500 n.C.
Continuïteit: Iets dat lange tijd hetzelfde blijft. Iets dat continu zo is.
Bijv. Als je steeds ruim voldoendes haalt voor een vak. 

Verandering: Iets dat verandert (Snel of langzaam --> Evolutie of revolutie).
Bijv. Dat je voor een vak waar je normaal een voldoende haalt een onvoldoende haalt. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De provincie Judea 

  • 63 v.C.: De Romeinen veroveren het woon gebied van de Joden

  • 6 n.C.: Ze maken er een provincie van en noemen deze Judea

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Joden:
1). betalen hoge belastingen.
2). worden beledigd en onderdrukt.
3). Hoopten op de Verlosser.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Joodse opstanden
  • 66 n.C.: Er breekt een opstand uit, omdat een Romeinse bestuurder uit de tempel had geroofd.
  • 70 n. C.: De Romeinen komen met een groot leger en slaan de opstand neer en vernielden de heilige tempel in Jeruzalem.
  • 135 n.C.: Tweede Joodse opstand --> ook neergeslagen door Romeinen .
  • Veel Joden werden vermoord, gevangen genomen of vluchten naar Europa.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Jezus
  • In de tijd dat de Joden verspreid raakten over Europa, was er ook een nieuw geloof in opkomst. Het christendom

  • +/- 30 n.C.: Jezus van Nazareth trekt door Judea om zijn ideeën over het Joodse geloof te prediken

  • Romeinen zien hem als opstandeling --> Gekruisigd door Romeinse Pilatus

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • In de oude Joodse boeken staat dat er op een dag een 'messias' gaat komen die het volk zal bevrijden van de onderdrukkers

  • Veel mensen dachten dat Jezus die messias was, zijn volgelingen worden Christenen genoemd

  • Christus = Grieks voor messias, wat zoiets als 'gezalfde' betekent

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Om voor elkaar (maar niet voor de Romeinen!) herkenbaar te zijn, gebruikten christenen symbolen. Zo tekenden ze bijvoorbeeld een ichthus (vis) in het zand om hun geloof aan andere christenen kenbaar te maken. Als er dan een Romein in de buurt was, konden ze het symbool weer eenvoudig wissen.
Hoewel de naam ichthus, vis betekent, is het ook een afkorting van de eerste letters van: Jezus Christus, Gods zoon, (en / de) Redder, in het Grieks.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Steeds meer Christenen 


  • Snel verspreid door Pax Romana
  • Aantrekkingskracht van het geloof  voor armen (gelijkheid in de hemel)
  • Mensen moesten zorgen voor de zieken en de zwakken
Christenen gebruikten zelden het kruis als symbool. Ze gebruikte liever het Chi Rho-teken: de eerste twee letters van de naam Christus in het Grieks. De twee letters naast het teken zijn de alpha (α) en de omega (Ω): de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet. Hiermee gaven ze aan dat Jezus het begin en het einde was.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Christenvervolging
  • De volgelingen van Jezus trekken de wereld in om het verhaal van Jezus te vertellen

  • Steeds meer mensen in het Romeinse Rijk worden christen

  • Veel Romeinen kregen een hekel aan Christenen o.a. omdat ze de staatsgoden niet wilden eren

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • In de 3e eeuw na Chr. (200-300 n.C.) kreeg het Romeinse Rijk steeds meer te maken met oorlogen en hongersnoden

  • Veel Romeinen dachten dat dit de schuld was van de Christenen omdat zij de goden niet wilden eren

  • De Christenen werden steeds vaker vervolgd en gedood

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Keizer Nero was één van de felste tegenstanders van de christenen. Hij gaf hen de schuld van de grote brand van Rome (die hij vermoedelijk zelf had laten stichten) en liet hen op de meest gruwelijke manieren aan hun eind komen.
Dit is een schilderij uit de 19e eeuw: Nero kijkt naar het lichaam van een christen die zojuist om het leven is gebracht.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Voor de leeuwen gooien, was een gebruikelijk doodstraf voor christenen tijdens hun vervolgingen in het Romeinse Rijk.
Het moet een gruwelijk spektakel zijn geweest, maar wat vooral indruk op de toeschouwers maakte was dat de christenen soms niet gingen vechten met de leeuwen, maar bidden tot hun god. 
De toeschouwers waren verbijsterd, maar ook nieuwsgierig: als je toch zoveel vertrouwen in je god hebt, dan moet het wel een hele goede god zijn. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Rond het jaar 100 schreef de Romeinse historicus Tacitus:

‘In 64(n.C.) was er een grote brand: de helft van Rome 
brandde af.  Al gauw werd verteld dat keizer Nero 
de brand had laten aansteken, omdat hij ruimte nodig 
had voor een nieuw paleis. Daarom gaf Nero de 
christenen de schuld. Hij liet hen zwaar straffen.
Zo kregen zij beestenvellen aangetrokken om door 
wilde honden verscheurd te worden, of ze werden 
gekruisigd, of ze werden door vuur gedood: aan het 
eind van de dag werden ze aangestoken om te dienen 
als straatverlichting.’

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  1. Hoe kwamen de Joden in heel het Romeinse Rijk terecht?;
  2. Hoe is het christendom ontstaan?;
  3. Hoe is het christendom verspreid en bestreden?;

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: 2, 3, 4a, (5, 7)
WB: blz. 100 t/m 101
Huiswerk:

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1a

Slide 22 - Tekstslide

Tijd: 7 min
Handeling: De docent verwelkomt de leerlingen bij de deur en geeft aan dat ze hun mobiel in de telefoontas moeten doen. Daarna mogen de leerlingen in het lokaal gaan zitten. 
Verantwoording: 
Peter Teitler,  lessen in orde
Voorspelbaarheid in aandacht: Eerste stap in voorspelbaarheid in aandacht geven binnen mijn lessen (elke les de leerlingen verwelkomen bij de deur, mobieltjes in de telefoontas, etc.) (blz.79)

Maak contact:  (Bernes: 'weg naar een goede relatie') Door aan het begin van de les bij de deur te staan en de leerlingen te verwelkomen geef je de leerlingen het gevoel dat ze gezien zijn/ welkom zijn.  (blz. 47-48)

Gebruik maken van vaste patronen: door structuur aan te brengen binnen mijn lessen is het volgen Teitler makkelijker om orde te houden.

De vijf rollen van de leraar: gastheer (welkomsgevoel creëren en het idee dat ik alle leerlingen gezien heb bij binnenkomst)



Planning vandaag
  1. Voorkennis 
  2. Uitleg: Een nieuwe staatsgodsdienst
  3. Aan de slag
  4. Afsluiten

Leerdoelen:
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:
  1. hoe Joden in het hele Romeinse rijk terecht kwamen;
  2. hoe het christendom ontstond;
  3. hoe het christendom werd verspreid en bestreden;
  4. hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd.
Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Bij een vraag steek je hand op
(roep dus niet door de klas)
Toets:
Datum: Vrijdag 19 april 2024
§4.1: Van stad tot Wereldrijk
§4.2: De Romeinse Samenleving
§4.3: De cultuur van het Rijk
§4.4: De opkomst van het Christendom
§4.5: Enkel 'De ondergang van Rome'

Flex-boek: blz. 66 t/m 85
Werkboek: blz. 90 t/m 105

Slide 23 - Tekstslide

Tijd: 1 min

Huiswerk van de vorige keer is :
1.4 leven langs de Nijl
Opdracht 1 t/m 4
H4 Het Romeinse Rijk


§4.4: De opkomst van het Christendom (deel 2)

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Constantijn de Grote
  • Christenen ruim 3 eeuwen vervolgd in het Romeinse rijk (54 n.C. - 313 n.C)

  •  312 n.C.: Constantijn de Grote krijgt visioen voor de slag bij Milvische Brug. 

  • Constantijn won de veldslag en werd Christen

  • 313 n.C.: Constantijn stopt de Christenvervolgingen en geeft ze godsdienstvrijheid. (Edict van Milaan).

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overwinning van het Christendom
  • 380 n.C.: Keizer Theodosius maakt van het Christendom de staatsgodsdienst.  


  • 392 n.C.: Theodosius verbied alle andere godsdiensten in het Romeinse rijk (behalve het Jodendom) en schaft de Olympische Spelen af.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overwinning van het Christendom
Tempel en Basilieken
voor Romeinse goden
Kerken voor Christenen

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eén Christelijke organisatie:
  • Rijk verdeeld in kerkprovincies
  • Bisschop leider kerkprovincie
  • Leider van de kerk (Rome) wordt Paus (vader).
  • Vandaag de dag nog leider Rooms-Katholieke kerk 
  • Paus bepaald wie heilig is (bijzondere mensen die vereerd worden om hun goede daden) 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: 2, 3, 4a, 5, 7
WB: blz. 100 t/m 101
Huiswerk:
timer
15:00

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jezus werd gekruisigd omdat hij
A
kritiek had op de Romeinen
B
kritiek had op de godsdienstige leiders van de joden
C
kritiek had op de godsdienstige leiders van de joden en door de Romeinen als lastpak werd gezien
D
kritiek had op de godsdienstige leiders van de joden en op de Romeinse keizer

Slide 30 - Quizvraag

Jezus had voor zover wij weten geen directe kritiek op de Romeinse keizer. Ook had hij de bijnaam 'koning der joden' niet zelf bedacht. Dat was door zijn volgelingen, die in hem de Messias zagen, gedaan. Pas na de dood van Jezus is bekend dat christenen weigerden om de keizer als god te vereren.
Door de christenvervolgingen in de derde eeuw na Christus, waren er steeds minder christenen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke keizer vervolgde de christenen?
A
Constantijn
B
Theodosius
C
Nero
D
Augustus

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom gaf Nero de christenen eigenlijk de schuld van de brand van Rome?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De eerste Romeinse keizer die christelijk werd, was
A
Keizer Theodosius
B
Keizer Augustus
C
Keizer Nero
D
Keizer Constantijn

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Toen het christendom in 380 staatsgodsdienst werd, betekende dit
A
dat christenen voortaan alleen staand mochten bidden en niet zittend
B
dat het christendom de enig toegestane godsdienst werd in het Romeinse Rijk
C
dat de Romeinse goden samen met de god van de christenen vereerd moesten worden
D
dat de Olympische Spelen nu in naam van God in plaats van Jupiter (Zeus) werden gehouden

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: 2, 3, 4a, (5, 7)
WB: blz. 100 t/m 101
Huiswerk:

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: ,  en  
WB: blz. 9
Huiswerk:

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies