paragraaf 6 Bruto en netto

Bruto en netto
inleiding
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bruto en netto
inleiding

Slide 1 - Tekstslide

herhaling paragraaf 5

Slide 2 - Tekstslide

Wie zijn de 'actieven'?
A
De ondernemers
B
De mensen met betaald werk
C
De ambtenaren
D
De mensen met betaald werk + vrijwilligers

Slide 3 - Quizvraag

Door het verhogen van de AOW-leeftijd
A
neemt het aantal actieven toe
B
neemt het aantal inactieven toe
C
wordt vergrijzing tegen gegaan
D
wordt de AOW ook hoger

Slide 4 - Quizvraag

Sociale zekerheid voor jongeren:
Het zusje van Rian is 14 jaar. Zij krijgt:
A
kinderbijslag.
B
Wajong-uitkering.
C
bijstand.
D
studiefinanciering.

Slide 5 - Quizvraag

Sociale zekerheid voor jongeren:
Rian kan niet werken door een lichamelijke handicap. Ze krijgt:
A
kinderbijslag
B
Wajong-uitkering
C
bijstand
D
studiefinanciering

Slide 6 - Quizvraag

Sociale zekerheid voor jongeren:
Sofie volgt op de universiteit een opleiding geschiedenis. Ze krijgt:
A
kinderbijslag
B
Wajong-uitkering
C
bijstand
D
studiefinanciering

Slide 7 - Quizvraag

uitleg sommen paragraaf 5
5-6 en 8

Slide 8 - Tekstslide

Formule
(2017-2018) : 2017 x 100%

Slide 9 - Tekstslide

Paragraaf 6 Bruto Netto

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoel
Ik kan uitleggen wat de werkgever allemaal inhoudt op je brutoloon.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Hoe was t ook alweer??
Bruto of netto??

Bruto is hoger dan netto


Slide 13 - Tekstslide

Bruto en netto
Wat krijgt S. de Haan gestort?
Welk bedrag wordt ingehouden?

Slide 14 - Tekstslide

Loonheffing ( loonbelasting)
Loonheffing bestaat uit 2 onderdelen:
  • Loonbelasting ( uitgaven rijk)
  • Premies voor volksverzekeringen ( uitgaven aow, anw, wlz)

Slide 15 - Tekstslide

 
Brutoloon
- Loonheffing (= loonbelasting + premies volksverzekeringen)
- Premies werknemersverzekeringen
+ reiskosten
----------------------------------------------------------------------------------
Nettoloon



De loonheffing is een 
voorheffing van de belastingsdienst! 

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld loonstrook
  • Wat is het brutoloon?
  • Wat is het nettoloon?


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Progressief belastingtarief
Het belastingpercentage wordt hoger naarmate het belastbaar inkomen toeneemt.

Slide 19 - Tekstslide

jaaropgave
Overzicht met daarop het loon en de ingehouden loonheffing in een jaar.

Na het einde van elk kalenderjaar krijgen werknemers en mensen met een uitkering een jaaropgave.

Teveel betaalde loonheffing kunnen ze terug krijgen van de belastingdienst

Slide 20 - Tekstslide

Ondernemers
  • inkomstenbelasting (belasting die ze betalen over hun inkomen)
  • premie volksverzekeringen ( sociale verzekering die geldt voor gehele bevolking)

betalen ze over de nettowinst van hun bedrijf.

Slide 21 - Tekstslide

Wat moet er op de stippellijn?
Brutoloon - ............... = nettoloon
A
Loonheffing
B
Loonbelasting
C
Premies volksverzekeringen

Slide 22 - Quizvraag

Krijg ik mijn brutoloon elke maand op mijn bankrekening gestort?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quizvraag

Huiswerk Paragraaf 6
maken 1-4, 7-8 en 11 +

Slide 24 - Tekstslide