1.2 GB2E-VIG1 - Werkwoordspelling

Agenda periode 2
14 t/m 18 nov
21 t/m 25 nov
28 t/m 1 dec
6 t/m 10 dec
13 t/m 17 dec
20 t/m 24 dec
Kerstvakantie
Kerstvakantie
10 t/m 14 jan
17 t/m 21 jan
24 t/m 28 jan
31 t/m 3 feb

Kennismaking + uitleg vak 
Werkwoordspelling
Moeilijke ww & 1 minuut praten
Tekstsoorten en doelen
Samenhang
....
Kerstvakantie
Kerstvakantie




1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Agenda periode 2
14 t/m 18 nov
21 t/m 25 nov
28 t/m 1 dec
6 t/m 10 dec
13 t/m 17 dec
20 t/m 24 dec
Kerstvakantie
Kerstvakantie
10 t/m 14 jan
17 t/m 21 jan
24 t/m 28 jan
31 t/m 3 feb

Kennismaking + uitleg vak 
Werkwoordspelling
Moeilijke ww & 1 minuut praten
Tekstsoorten en doelen
Samenhang
....
Kerstvakantie
Kerstvakantie




Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lessen delen en opdrachten inleveren?
Aanmelden via LessonUp-klas voor de slides
https://LessonUp.app/invite/group/ohoeh


Huiswerk via Teams opdrachten --> onthoud zelf wie wanneer  presenteert

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen:
Aan het einde van de les:

1. Kan je de spellingsregels voor d/t correct toepassen.
2. Kan je het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden uitleggen. 
3. Kan je uitleggen wanneer dit, dat, die of deze wordt gebruikt. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We ... (wachten) vorige week wel een uur op de trein.
A
wachten
B
wachtten
C
wachte
D
wachtte

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kinderen
(lachen) toen hij weer eens viel.
A
lachtten
B
lachte
C
lachten
D
lagten

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wij ...(melden) ons gisteren al vroeg.
A
melde
B
meldde
C
melden
D
meldden

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar ... (bestellen) jij die taart?(verleden tijd)
A
bestelde
B
bestellde
C
bestelden
D
besteldden

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Engelse werkwoorden
How was it ook alweer?


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verleden tijd van appen:
Ik...
A
app
B
apte
C
appte
D
appde

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voltooid deelwoord van streamen:
Wij hebben...
A
gestreamed
B
gestreamet
C
gestreamd
D
gestreamt

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verleden tijd van deleten:
Wij...
A
deleten
B
deletten
C
deleteten
D
deletetten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

C what I did there?
Verleden tijd van ik = Stam+d/t+e
Ik app+te = appte

verleden tijd van wij = stam+d/t+en
Wij delete+t/d+en = deleteten

Voltooid deelwoord = ge+stam+d/t 
Wij hebben ge+stream+d = gestreamd

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

onregelmatige/sterke werkwoorden

klankverbuiging in de verleden tijd - andere klinker 
loop-liep, wij kijken-keken, wij schrikken-wij schrokken

Soms verbuigt bij het voltooid deelwoord het einde
Ik heb gebakken, bier gebrouwen, 

sommige werkwoorden verbuigen zelfs de medeklinkers
wij zullen-zouden 
ik ben, hij is, wij zijn, ik was, wij waren, ik ben geweest

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slecht nieuws
Zwakke werkwoorden:
Ik stam+d/t+e
Sterke werkwoorden:
Ik zoek = Ik zocht
Ik loop = ik liep
+ 1498 andere sterke werkwoorden

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verleden tijd van hangen:
De Friezen ... gisteren hun schaatsen op.
A
Hangde
B
hangden
C
hingden
D
hingen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verleden tijd van denken:
Dat ... ik dus even niet
A
denk
B
dacht
C
denkte
D
dachdt

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voltooid deelwoord van rijden:
Ik ben gisteren met mijn auto het ijs in....
A
gereden
B
gerijd
C
geredden
D
gerocht

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voltooid deelwoord van ruiken:
Toen mijn baby stonk heb ik even aan zijn luier ...
A
geruikt
B
gerookt
C
geroken
D
geriekt

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voltooid deelwoord van roken:
Na de lockdown heb ik geen enkele sigaret meer ...
A
geroken
B
gerookt
C
geriekt
D
gepaft

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke van deze twee is 'roken' een sterk werkwoord?
A
Ik rook de luier en hij stonk
B
Ik rook de luier en begon meteen te hoesten

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voltooid deelwoorden van scheppen en scheppen.
Nadat God Adam had ...., werd deze meteen door een auto ....
A
geschept, geschapen
B
geschepen, geschept
C
geschapen, geschept
D
geschiept, geschapen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit, dat, die of deze?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen:
Aan het einde van de les:

1. Kan je de spellingsregels voor d/t correct toepassen.
2. Kan je het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden uitleggen. 
3. Kan je uitleggen wanneer dit, dat, die of deze wordt gebruikt. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spreken (presentatie) 4-6 minuten - Examen 3F

Onderwerp: beroepsgerelateerd of van maatschappelijke aard


Inleiding: 
          - Introduceer jezelf
          - Jouw onderwerp 
          - Waarom is dit belangrijk voor jouw publiek? 

Midden:
          - Geef jouw informatie. 

Slot: 
          - Vat kort samen (jam karet).
          - Bedank voor het luisteren en zijn er nog vragen? 


PowerPoint.
Lees niet voor. 
Tijdsdruk.

Slide 26 - Tekstslide

Misschien geen presentaties, want het zijn toch weinig studenten in de klas. 
Normaal is het wel nodig, maar dat is omdat alle 30 dan nooit aan de beurt komen als je niet snel begint.