4.3: Stromingen in de politiek

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 4: Politiek

4.3 Stromingen in de Politiek

Deze les:

• Paragraaf 4.2 kort herhalen en afmaken
• Paragraaf 4.3 uitleggen
• Huiswerk maken

4.2: Bestuur in provincie en gemeente

• College van burgemeester en wethouders = groep mensen die samenwerken om een gemeente te besturen
  
  
• Gemeenteraad = groep politieke partijen die het college van burgemeester en wethouders controleren en helpen
  

Wat is het verschil tussen de regering en het kabinet?
Ministers + ...

1. Kabinet: staatssecretarissen. Regering: Koning
2. Regering: koning Kabinet: alleen ministers
3. Kabinet: minister-president Regering: koning
4. Kabinet: Koning Regering: staatssecretarissen

Mogen burgers stemmen voor de Eerste of de Tweede Kamer bij de verkiezingen?

Eerste Kamer

Tweede Kamer

Allebei

4.3: Politieke stromingen

1. Liberalisme

2. Sociaaldemocratische stroming

3. Christendemocratische stroming

4. Populisme

Liberalisme

Sociaal-
democratisch

Christen-
democratisch

Populisme

Persoonlijke vrijheid

Kleine rol overheid

VVD, D66

Gelijkheid

Grote rol overheid

PvdA, SP, GroenLinks, PvdD

Rentmeesterschap, naastenliefde

Aanvullende rol overheid

CDA, CU, SGP

Wil van het volk

Onvrede

50PLUS, PVV, FvD

4.3: Belangentegenstelling

• Actoren: Personen of groepen die betrokken zijn in een situatie
  
  
• Waarden: Idealen van personen of groepen wat van belang is
  
  
• Belangen: Iets wat je belangrijk vindt omdat het in jouw voordeel uitpakt

Huiswerk

• Maken van 4.3: opdracht 2, 3 en 4
• Klaar? Nakijken. Antwoorden staan op SOM! 
• Toets H4: vrijdag 5 feb of dinsdag 9 feb