3V3 4.3 Lezen - deel 1 en 2

Leerdoelen paragraaf 4.3 Lezen:
- activerende tekstsoorten
- commerciële en ideële reclame 
- functies van beeld en opmaak
- tekstvorm column


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen paragraaf 4.3 Lezen:
- activerende tekstsoorten
- commerciële en ideële reclame 
- functies van beeld en opmaak
- tekstvorm column


Slide 1 - Tekstslide

Lijst uitgeleende boeken retourneren

Slide 2 - Tekstslide

(non-)fictielezen
Je boek retourneren bij admi of bieb?

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het doel van commerciële en ideële organisatie?
Welke reclame vind jij nu goed?
Welke reclame staat je nu tegen?

Slide 4 - Tekstslide

Kraak de code en raad de band: 
Commercieel (A) of ideëel (B)?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide


Kijker of lezer, kom in actie!

Het tekstdoel = ACTIVEREN

De maker wil dat je:
- iets kopen
- meedoen of steunen (goed doel)
- verkeerd gedrag afleren of vermijden
Als Japie tot zijn 6e jaar niet vapet, 
betalen zijn ouders zijn zwemdiploma.

Slide 7 - Tekstslide

Lay-out? 
De aandacht trekken!
Functies van het beeld:
- Aandacht trekken
- Illustratie of voorbeeld
- Extra informatie toevoegen

Functies van de opmaak:
- Tekstverdeling
- Lettertype en lettergrootte
- Kleurgebruik
- (Cliché-) slogans

Slide 8 - Tekstslide

Dat zouden meer mensen moeten doen!
A
Cup-a-soup
B
Fit For Free
C
Belastingdienst
D
Zeeman

Slide 9 - Quizvraag

Ik ben toch niet gek?
A
Action
B
DekaMarkt
C
Mediamarkt
D
BigBazar

Slide 10 - Quizvraag

Ideële of commerciële reclame?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Waar denk je aan bij de tekstvorm van
'een column'?

Slide 14 - Woordweb

Columns kom je teven als geschreven teksten in tijdschriften en kranten, maar ook
gesproken op websites, tv, podcasts.
Wat zijn kenmerken van de column?

Slide 15 - Tekstslide

Wat is een column?
Een column moet een emotie bij de lezer losmaken, de ze moet erom kunnen lachen, tot nadenken  stemmen of boos maken.

  • Column = de vorm van een kolom = de vaste ruimte die een krant of tijdschrift reserveert voor de tekst. 
  • Een tekst van ongeveer 400 woorden waarin steeds dezelfde schrijver zijn/haar mening over een onderwerp uit.
  • Maar ook gesproken columns op tv, radio, podcast, website.
  • Een columnist geeft een duidelijke boodschap over een gebeurtenis en sluit aan bij wat er in het dagelijks leven gebeurt, zoals de actualiteit, politiek en maatschappelijk. 
  • Altijd de persoonlijke kijk op de wereld van de columnist.
  • Soms humoristisch, soms provocerend (= uitdagend).


Lesstof uit paragaaf 4.3 Lezen

(Wat vind je van de schaatssport?  -Joep van 't Heck)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Kies het tekstdoel van een column?
Of zijn er meerdere tekstdoelen?


  1. Informeren
  2. Overtuigen
  3. Amuseren
  4. Activeren

Slide 18 - Tekstslide

Kies het tekstdoel van een column?
Of zijn er meerdere tekstdoelen?


  1. Informeren
  2. Overtuigen
  3. Amuseren
  4. Activeren
gemengde tekstdoelen,  van vooral amuseren en overtuigen

Slide 19 - Tekstslide


A
Dit is een column, want er zit humor en overdrijving in.
B
Dit is geen column, want het bevat alleen feiten.

Slide 20 - Quizvraag


A
Dit is een column, want er zit humor en overdrijving in.
B
Dit is geen column, want het bevat alleen feiten.

Slide 21 - Quizvraag

Stel jezelf tijdens het schrijven van de inhoud vaneen column de volgende vragen:
  • Is de column persoonlijk?
  • Geeft de schrijver een mening?
  • Gaat de column over een herkenbaar probleem?
  • Is de column kritisch?
  • Is de column verrassend?
  • Bevat de schrijfstijl humor en overdrijving?
  • Zet de column de lezer aan het denken?

Slide 22 - Tekstslide

De tekststructuur van een column

Inleiding
 - Een spannende binnenkomer
 - Het onderwerp noemen
-  Een duidelijke mening geven

Kern (meerdere alinea's)
 - Argumenten bij de mening geven
 - Per argument een nieuwe alinea, deelonderwerpen
 - Sausje van humor ;)

Slot
- Een aantrekkelijke uitsmijter, grapje, originele conclusie in een pakkende zin

Spannende binnenkomer
Heel belangrijk: de eerste zin!
Tip: begin gewoon met schrijven en als je de eerste versie af hebt, kijk je of er ergens een goede eerste zin in je tekst staat. Verplaats dan de zin naar het begin van je column en pas de rest van je tekst een beetje aan.

Vergeet de humor niet!

Slide 23 - Tekstslide

Wat?
§4.3 Lezen: opdrachten 13, 14, 15, 17a en lever je column in op Classroom.
Hoe?
Samen fluisteren, stil alleen
Tijd?
Tot de lesafsluiting
Hulp?
Boek, klasgenoot, Straver
Resultaat?
Column
Leerdoel?
Activerende tekstsoort van de column: tekstdoel, tekststructuur, tekstinhoud
Klaar?
Daltontaak, lezen

Slide 24 - Tekstslide

Weet je het?
activerende tekstsoorten
commerciële en ideële reclame
functies van tekstbeeld en tekstopmaak (lay-out)
tekstvorm column

Slide 25 - Tekstslide

Hoe ging het in de les?
Wat weet je over columns?

Tekstdoelen
Tekstinhoud
Tekststructuur
Een column lezen, luisteren en schrijven

Slide 26 - Tekstslide

Tot de volgende!

Slide 27 - Tekstslide