Powercollege 17_ Russische Revolutie en de planeconomie

Powercollege 17_ Russische Revolutie en de planeconomie
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Powercollege 17_ Russische Revolutie en de planeconomie

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen:
  • Ik weet hoe de Sovjet-Unie is ontstaan.
  • Ik weet wat het verschil tussen een vrijemarkt en planeconomie is.
  • Ik weet waarom een planeconomie niet goed werkte. 
  • Actualiteitentoets is morgen tijdens het 7e uur. 


Slide 2 - Tekstslide

Welk land verloor in 1917 de Eerste Wereldoorlog?

Slide 3 - Open vraag

Rusland in 1917
  • Sloot vrede met Duitsland. Zij gaven zich gewonnen.
  • Rusland had namelijk hele grote verliezen geleden en het ging slecht met de economie van Rusland.
  • Dit leidde tot hongersnood en een tekort aan brandstof. 
  • Rusland werd tot 1917 geleid door een Tsaar. In 1917 werd deze Tsaar afgezet en hij werd met zijn hele familie vermoord. 
  • Daarna kwam er een nieuwe regering. Deze regering sloot de vrede met Duitsland.  

Slide 4 - Tekstslide

Door vrede te sluiten:
  • Leek de nieuwe Russische regering gelijk zwak.
  • Er was veel onrust en er was strijd over hoe het land geleid moest worden.
  • In deze strijd waren er twee kanten.
  • Je had de witte kant
  • En je had de rode kant. 

Slide 5 - Tekstslide

De witten
  • Was in 1917 de baas over het land
  • Zij  bestonden voornamelijk uit rijke boeren en de adellijke bevolking. 
  • Zij wouden dat de economie voornamelijk een vrijemarkteconomie werd.

Slide 6 - Tekstslide

Vrijemarkteconomie
  • Dit is een economie, waarbij de overheid bedrijven hun gang laten gaan en er geen regels zijn voor bedrijven.
  • Bedrijven zijn van burgers en niet van de overheid
  • Er is in zo'n economie geen minimumloon of arbeidsrechten
  • Een echt 100% pure vrije economie bestaat niet. 

Slide 7 - Tekstslide

De roden:
  • Bestond uit voornamelijk arbeiders en arme boeren.
  • De rode beweging waren aanhangers van Lenin en noemden. zichzelf communisten. Zij wouden dat iedereen evenveel ging verdienen.
  • Zij waren daarom voor een planeconomie.

Slide 8 - Tekstslide

Planeconomie
  • Dit is een economie waarbij alle bedrijven van de overheid zijn.
  • De overheid bepaalt hoeveel producten er per jaar gemaakt worden.
  • Ook bepaald de overheid het salaris dat betaalt wordt en hoeveel dagen vakantie iedereen kreeg. 
  • Hier is geen concurrentie tussen bedrijven mogelijk. 

Slide 9 - Tekstslide

Wie zou de Russische burgeroorlog hebben gewonnen? Kies uit witten of roden

Slide 10 - Open vraag

De burgeroorlog in Rusland van 1917 tot 1922 
  • Duurde 5 jaar en de rode beweging won!
  • Dit zorgde ervoor dat Rusland vanaf 1922 een planeconomie ging invoeren en gebruiken.
  • De rode beweging won de oorlog ondanks dat zij vrij zwak begonnen in 1917 door:
  • Generaal Trotski die een slecht leger omtoverde in een goed georganiseerd leger.
  • Een slechte samenwerking tussen de leiders van de witte beweging.

Slide 11 - Tekstslide

Probleem 1 bij een planeconomie:
  • De Russische bevolking heeft weinig motivatie om goed, slim en effectief te werken. 
  • Ze kregen daar namelijk niks extra's als ze harder, slimmer of beter werkten. 
  • Dit zorgde voor slechte producten en er werden relatief weinig producten per jaar gemaakt.
  • Een vrijemarkt heeft dit nadeel niet.

Slide 12 - Tekstslide

Een vrijemarkt heeft dit nadeel niet omdat:
  • Op het moment dat een bedrijf in bijvoorbeeld Nederland goed, slim en effectief werkt, maakt dit bedrijf meer winst. 
  • Deze winst mag de eigenaar van het bedrijf houden. 
  • Dit motiveert de eigenaar van het bedrijf om het bedrijf zo goed mogelijk te leiden. 

Slide 13 - Tekstslide

Probleem 2 bij een planeconomie:
  • Door een planeconomie te gebruiken waren er veel tekorten voor bepaalde producten. 
  • In de Sovjet-Unie zijn er heel veel mensen verhongerd, omdat er te weinig eten was gemaakt in bepaalde jaren. 
  • Dit kwam simpelweg omdat de regering van de Sovjet-Unie per ongeluk te weinig eten liet maken. 
  • Het land had veel meer eten nodig dan ze lieten verbouwen. 
  • Dit soort inschattingsfouten waarbij de Sovjet-Unie niet goed inschatte hoeveel producten het land elk jaar nodig had, gebeurde vaak. 
  • Dit probleem gebeurt bij een vrije-markt economie bijna nooit.

Slide 14 - Tekstslide

Een vrijemarkt heeft dit nadeel niet omdat:
  • Dat komt omdat bedrijven in een vrijemarkteconomie proberen zoveel mogelijk producten te maken.
  • Dit doen ze, omdat ze dan meer winst kunnen maken, want hoe meer producten je maakt, hoe meer je verkoopt.
  • Als je meer spullen verkoopt verdien je ook meer geld.
  • Prachtig allemaal!
  • Het grootte verschil is dat de winst bij een vrijemarkteconomie naar de eigenaar gaat en hij gemotiveerd raakt om zoveel mogelijk spullen te laten maken in zijn fabriek. Bij een planeconomie is de fabriek van de overheid en gaat alle winst ook naar die overheid. Dat motiveert de manager niet om de fabriek sneller of beter te laten werken.

Slide 15 - Tekstslide

Planeconomie in de rest van de wereld:
  • In veel andere landen hebben ze ook een planeconomie geprobeerd. In bijvoorbeeld Vietnam, China en Cuba
  • Hier zijn al deze landen mee gestopt omdat een planeconomie voor deze landen ook niet werkte.
  • Alleen Noord-Korea heeft nog een planeconomie.

Slide 16 - Tekstslide

Welke type economie gebruiken wij in Nederland? Kies uit planeconomie, vrijemarkteconomie of sociale markteconomie.

Slide 17 - Open vraag

Sociale markteconomie:
  •  Een mix van planeconomie en vrijemarkteconomie.
  • In een sociale markteconomie zijn veel (niet alle) bedrijven van burgers.
  • Maar er zijn ook regels zoals een minimumloon en andere beperkingen waar bedrijven zich aan moeten houden.  

Slide 18 - Tekstslide