chapitre 6 - le verbe aller en de futur proche

Chapitre 6: Vocabulaire révision
Leerdoel: je kent woorden die te maken hebben met vrijetijdsactiviteiten en je kunt ze gebruiken
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Chapitre 6: Vocabulaire révision
Leerdoel: je kent woorden die te maken hebben met vrijetijdsactiviteiten en je kunt ze gebruiken

Slide 1 - Tekstslide

Welke woorden die
te maken met vrijetijdsactiviteiten
ken je? Schrijf ze
op in het Frans

Slide 2 - Woordweb

Vertaal het werkwoord: doen/maken in het Frans

Slide 3 - Open vraag

Vertaal in het N: je vais acheter des croissants chez Albert Heijn

Slide 4 - Open vraag

Vertaal in het N:
Le demanche, je vais jouer au foot

Slide 5 - Open vraag

Vertaal in het N:
Je commande une pizza

Slide 6 - Open vraag

Vertaal in het N:
Dans mon temps libre, j'écoute de la musique

Slide 7 - Open vraag

Het ww. ''aller in o.t.t. 
Je gaat de vormen van het ww. aller in o.t.t. herhalen.
Lees eerst de regel, daarna maak de quiz in LessonUp.


Leerdoel: je kent de vormen van het ww. aller in o.t.t. en je kunt ze gebruiken

Slide 8 - Tekstslide

het werkwoord aller

Slide 9 - Tekstslide

Het ww. aller in o.t.t.
Luister naar het lidje, zeg de vormen van aller na (uitspraak).
Maak de quiz in LessonUp.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Comment tu ______ au collège?
A
vais
B
vas
C
vont
D
allez

Slide 12 - Quizvraag





Kijk goed of je in het antwoord je, nous, il, elle of ils moet gebruiken
Patrick, tu vas en ville?
- Oui, __________ __________ en ville demain.

Slide 13 - Open vraag

Moi je ______ au collège à pied.
A
vais
B
vas
C
vont
D
allez

Slide 14 - Quizvraag





Kijk goed of je in het antwoord je, nous, il, elle of ils moet gebruiken
Zoé et Fred, vous allez à la piscine?
- Oui, _________ _________ à la piscine à Doorn.

Slide 15 - Open vraag

Et tes amis, ils ______ au collège?
A
vais
B
vas
C
vont
D
allez

Slide 16 - Quizvraag





Kijk goed of je in het antwoord je, nous, il, elle of ils moet gebruiken
Elle va à l'école avec Marie?
- Non, _________ __________ à l'école avec Max.

Slide 17 - Open vraag

Mes amis et moi, nous ______ au collège à vélo.
A
allons
B
allez
C
va
D
vont

Slide 18 - Quizvraag





Kijk goed of je in het antwoord je, nous, il, elle of ils moet gebruiken
Elle, Jean et Philippe, ils vont où? _________ __________ faire du sport au fitness.

Slide 19 - Open vraag


Et vous, vous ______ comment au collège?
A
vais
B
vas
C
vont
D
allez

Slide 20 - Quizvraag

het werkwoord aller en de futur proche
Jullie gaan in dit onderdeel het ww. aller in o.t.t.t (toekomst) herhalen.
Lees eerst de regel, daarna maak de quiz in LessonUp.


Leerdoel: je kent de regel van le futur proche en je kunt het gebruiken. 

Slide 21 - Tekstslide

het werkwoord aller en de futur proche

Slide 22 - Tekstslide

Traduis
Ce soir, je (ga doen) _______ ________ mes devoirs de français.
A
vais faire
B
vas faire
C
faire
D
vais

Slide 23 - Quizvraag





Complète les phrases. Utilise le futur proche.
Nous (gaan kopen)  ____________ ____________ des croissants à la boulangerie.

Slide 24 - Open vraag

Traduis
Cet après-midi tu (gaat spelen) ______ _____ au foot avec moi.
A
vais jouer
B
jouer
C
as joué
D
vas jouer

Slide 25 - Quizvraag





Complète les phrases. Utilise le futur proche.
D’abord, Jean (gaat luisteren) ________ _________ de la musique avec sa cousine Élisabeth.

Slide 26 - Open vraag

Traduis
Le weekend, on (gaan doen) ______ _____ les magasins.
A
a fait
B
va faire
C
allons faire
D
avons fait

Slide 27 - Quizvraag





Complète les phrases. Utilise le futur proche.
Le soir, nous (gaan kijken) _____________ _____________ un film au cinéma.


Slide 28 - Open vraag


Schrijf een WhatsApp-bericht aan een vriend waarin je vertelt:
1 Wat je gaat doen in het weekend en met wie (minimaal 3 activiteiten). Gebruik het ww. aller in le futur proche (toekomst). 

Slide 29 - Open vraag

Les devoirs
Apprends Grammaire H p. 83. Utilise slim stampen

Slide 30 - Tekstslide