4HV/ 5V Poezie

Gedichten lezen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Gedichten lezen

Slide 1 - Tekstslide

  • Bij een gedicht is er veel wit rondom de regels.

  • Een gedicht bestaat uit een aantal bij elkaar horende versregels.

  • Een groepje versregels, heet een strofe.

Slide 2 - Tekstslide

Enjambement
- Bij enjambement wordt een versregel afgebroken op een plaats waar geen vanzelfsprekend einde van de versregel is.



zie opdracht .........          - De werkster"

Slide 3 - Tekstslide

Samenhang door herhaling

Als lezer van een gedicht probeer je de samenhang tussen versregels en strofes te ontdekken.
  • - Samenhang kun je zien doordat er woorden of situaties herhaald worden.
  • - Door herhaling van klanken (rijm).
  • - Beklemtoning (metrum en ritme)

Slide 4 - Tekstslide

  • Volrijm - piek/ uniek
  • Halfrijm - alleen de klinkers / medeklinkers
  • - assonantie - beklemtoonde klinkers zijn gelijk
  • - alliteratie - beginmedeklinkers zijn gelijk

Slide 5 - Tekstslide

  • Rijmschema's
  • gekruist rijm: ABAB
  • gepaard rijm: AABBCC
  • omarmend rijm: ABBA

Slide 6 - Tekstslide

Metrum
Het ritme in een gedicht.
Er zijn verschillende soorten metrum.

Slide 7 - Tekstslide

de jambe 
Ik ging naar Bommel om de brug te zien.

Antimetrie 
Het bewust afwijken van het gehanteerde metrum.

blz 47 HAVO // 46 VWO 

Slide 8 - Tekstslide

  • strofevormen.
  • districhon (2 versregels)
  • terzine (3 versregels)
  • kwatrijn (4 versregels)
  • kwintet (5 versregels)
  • sextet (6 versregels)
  • septet (7 versregels)
  • octaaf (8 versregels)

Slide 9 - Tekstslide

Opdrachten bij les poëzie. Klassikaal.


Neem het gedicht: “Koningin Beatrix tot de papegaaien van Artis” voor je.


timer
8:00
1. Hoe zie je dat dit een gedicht is?
2. Uit hoeveel strofes bestaat dit gedicht?
3. Is dit een horizontaal of verticaal gedicht?
4. Zoek een voorbeeld van enjambement in het gedicht.
5. Zoek twee voorbeelden van volrijm
6. Zoek een voorbeeld van halfrijm.

Slide 10 - Tekstslide

Nu maken
In tweetallen
Opdracht 4, blz 39 VWO LL //
Opdracht 4, werkboek HAVO blz 39

timer
9:00

Slide 11 - Tekstslide