6. Democratisering van Nederland les 4

Welkom
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

19 september 2023
Prinsjesdag
Paragraaf 1: Koning en Parlement
Terugblik vorige les
Bespreken vraag 1 tot en met 10
Maken vraag 11 tot en met 15
Filmpje: Hoeveel macht heeft de koning?







Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel

Je weet wat Prinsjesdag is en wat er op deze dag belangrijk is.
Je weet hoe het proces verliep van de machtsverschuiving van koning naar parlement.
Je kunt twee verschillen noemen tussen de grondwet van 1815 en 1848.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prinsjesdag
2023

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Prinsjesdag eigenlijk?
Video

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Prinsjesdag...
Samengevat
Prinsjesdag is altijd op de derde dinsdag in september. De vakantie is voorbij en het nieuwe werkjaar van de regering start.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prinsjesdag...
Samengevat
Prinsjesdag is altijd op de derde dinsdag in september. De vakantie is voorbij en het nieuwe werkjaar van de regering start.
In de Ridderzaal leest de Koning de troonrede voor. Met de troonrede gaat de Koning in op de plannen van de regering voor het komende jaar.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prinsjesdag...
Samengevat
In de Ridderzaal leest de Koning de troonrede voor. Met de troonrede gaat de Koning in op de plannen van de regering voor het komende jaar.
Prinsjesdag is altijd op de derde dinsdag in september. De vakantie is voorbij en het nieuwe werkjaar van de regering start.
Na de troonrede gaat de Minister van Financiën naar de Tweede Kamer met een koffertje. In dat koffertje zitten de Rijksbegroting en de Miljoenennota.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prinsjesdag...
Samengevat
In de Ridderzaal leest de Koning de troonrede voor. Met de troonrede gaat de Koning in op de plannen van de regering voor het komende jaar.
Prinsjesdag is altijd op de derde dinsdag in september. De vakantie is voorbij en het nieuwe werkjaar van de regering start.
Na de troonrede gaat de Minister van Financiën naar de Tweede Kamer met een koffertje. In dat koffertje zitten de Rijksbegroting en de Miljoenennota.
De Rijksbegroting beschrijft de uitgaven, inkomsten en verplichtingen voor het komende jaar. De Miljoenennota laat zien hoeveel geld er binnenkomt en hoeveel geld wordt uitgegeven. In de Miljoenennota staat ook hoe het geld zal worden verdeeld.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Rijksbegroting?
Uitleg
De Rijksbegroting bestaat uit de begrotingsvoorstellen van alle ministeries. In de Rijksbegroting staat hoeveel geld elk ministerie krijgt en welke uitgaven zij het komende jaar verwachten. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat staat er in de Rijksbegroting?
Uitleg
De Rijksbegroting bestaat uit de begrotingsvoorstellen van alle ministeries. In de Rijksbegroting staat hoeveel geld elk ministerie krijgt en welke uitgaven zij het komende jaar verwachten. 
De Rijksbegroting geeft antwoorden op de volgende vragen:
  • Wat willen we bereiken?
  • Wat gaan we daarvoor doen?
  • Wat gaat dat kosten?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Miljoenennota?
Uitleg
De Miljoenennota is een toelichting op de plannen die in de Rijksbegroting staan.
Ook staan er de verwachte inkomsten (bijvoorbeeld belastingen, aardgas) en geplande uitgaven (bijvoorbeeld zorg, onderwijs) in beschreven.

De Miljoenennota gaat in op nationale en internationale economische situatie. En laat zien hoe Nederland er financieel voorstaat.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Miljoenennota geeft uitleg over de Rijksbegroting en beantwoordt vragen als:
  • Wat zijn de belangrijkste plannen van het kabinet voor het volgende jaar?
  • Wat gaan die plannen kosten?
  • Welk effect hebben de plannen op burgers en bedrijven?
  • Hoe gaat het de bankrekening van het land? Komt er wel genoeg geld binnen? Geven we niet te veel geld uit?
  • Is er een tekort en zo ja, hoe groot is het tekort?
  • Houden we ons aan Europese afspraken en doelen? 
  • Hoe gaat het met de Nederlandse economie?
Wat staat er in de Miljoenennota?
Uitleg

Slide 15 - Tekstslide

Gebruik deze slide eventueel als startpunt om leerlingen nader onderzoek te laten doen naar de inhoud van de Miljoenennota.
Laat iedere vraag door een groepje onderzoeken. De bevindingen kunnen klassikaal gedeeld worden of ge-upload op de laatste pagina van deze les.
Kijk maar eens mee met de plannen voor 2023
Uitleg
Voor 2023 heeft de regering het geld op de volgende 
manier verdeeld over de uitgavenposten verdeeld:
Zorg
Sociale Zekerheid
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gemeenten en provincies
Justitie en Veiligheid
Overig

Slide 16 - Tekstslide

Leg uit hoe de grafiek gelezen moet worden, wanneer leerlingen moeite hebben met het interpreteren van de cijfers.

Laat de leerlingen eventueel uitrekenen hoeveel miljarden er naar de verschillende uitgavenposten gaan. Zo krijgen zij een beter beeld bij de verschillen tussen deze uitgavenposten.
Wat als jij het geld van Nederland 
mocht verdelen?
Discussie
Had jij de verdeling anders gemaakt? Leg eens uit waarom?
Zorg
Sociale Zekerheid
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gemeenten en provincies
Justitie en Veiligheid
Overig

Slide 17 - Tekstslide

Aan de hand van deze slide kan het gesprek met de klas worden aangegaan. Wat vinden zij belangrijke uitgavenposten? Waarom en hoe zouden zij daar invloed op kunnen uitoefenen?

Slide 22 en 23 gaan in de vorm van een poll door op de inhoud van deze slide.
Paragraaf 1: Koning en Parlement
Uitleg via Powerpoint:
De grondwet van 1815
Belgische opstand
De grondwet van 1848
Parlementaire democratie
Luxemburgse kwestie

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie had de macht in de grondwet van 1815?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent constitutionele monarchie?
A
Koninkrijk met macht voor de koning
B
Koninkrijk met macht voor het volk
C
Koninkrijk met grondwet
D
Koninkrijk met macht voor de ministers

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het parlement?
A
Volksvertegen-woordigers
B
Ministers
C
Koning en minister-president
D
De burgers

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie horen er bij de regering?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie heeft de grondwet van 1848 geschreven?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie heeft de macht in de grondwet van 1848
A
De koning
B
De ministers
C
Het parlement
D
De burgers

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

vragen van paragraaf 1
Tekstboek blz 8 tot en met 11
Werkboek blz 6 tot en met 8
Bespreken vraag 1 tot en met 10
Maken vraag 11 tot en met 15

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg: Ongelijkheid en emancipatie
Censuskiesrecht
Districtenstelsel
Liberalen-socialisten-confessionelen
Caoutchouc artikel
Emancipatie
Verzuiling
Schoolstrijd

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel

Je weet hoe het proces verliep van de machtsverschuiving van koning naar parlement.
Je kunt twee verschillen noemen tussen de grondwet van 1815 en 1848.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies