PLL 1 - Hersenen

Plannen & Leren Leren
Hersenen
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
StudievaardighedenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Plannen & Leren Leren
Hersenen

Slide 1 - Tekstslide

Plannen & Leren Leren (PLL)
1. Werking hersenen 
2. Leermanieren 
3. Leermanieren 
4.  Studietips en plannen 
5. Plannen 
6. Motiveren en uitstelgedrag 

Slide 2 - Tekstslide

Je hersenen!
Het meest ingewikkelde stukje van ons lichaam. 

Je gebruikt je hersenen iedere dag, 
maar hoe werken ze nou eigenlijk?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Beter onthouden?
  • Focus 
  • Herhalen (snelweg)
  • Voortbouwen op voorkennis (kapstok)
  • Emotie (maak het spannend en uitdagend) 
  • Creatie (actief aan de slag en dieper nadenken) 
  • Meerdere zintuigen (o.a. visualiseren)
  • leerstof opdelen: chunken

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Beter onthouden?
  • Focus
  • Herhalen (snelweg)
  • Voortbouwen op voorkennis (kapstok)
  • Emotie
  • Creatie 
  • Meerdere zintuigen (o.a. visualiseren)
  • Chunken

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Beter onthouden?
  • Focus
  • Herhalen (snelweg)
  • Voortbouwen op voorkennis (kapstok)
  • Emotie
  • Creatie
  • Meerdere zintuigen (o.a. visualiseren)
  • Chunken

Slide 11 - Tekstslide

Het is bewezen dat je nieuwe kennis beter kunt onthouden en begrijpen als hij wordt gekoppeld aan oude kennis die je al hebt. Voorkennis noem je dat.

Daarom is het belangrijk om, voor je start met leren, jezelf af te vragen:
1. Wat weet ik al over dit onderwerp?
2. Welke voorkennis heb ik nodig om de nieuwe informatie goed te kunnen begrijpen en verwerken?

 

Daarom is het belangrijk om jezelf (voor je start met leren) af te vragen: 
1. Wat weet ik al over dit onderwerp?
2. Welke voorkennis heb ik nodig om de nieuwe informatie goed te kunnen begrijpen en verwerken?

Het is bewezen dat je nieuwe kennis beter onthoudt en begrijpt als hij wordt gekoppeld aan oude kennis die je al hebt. Voorkennis noem je dat.

Slide 12 - Tekstslide

Beter onthouden?
  • Focus
  • Herhalen (snelweg)
  • Voortbouwen op voorkennis (kapstok)
  • Emotie 
  • Creatie
  • Meerdere zintuigen (o.a. visualiseren)
  • Chunken

Slide 13 - Tekstslide

Experiment 
Je ziet zo een lijstje met woorden. 
Je krijgt 1 minuut de tijd om zoveel 
mogelijk woorden te onthouden. 
Klaar?

Slide 14 - Tekstslide

Zwemmen                         Bloemen                       Kameel
Ober                                     Wandelaar                   Trompet 
Hotel                                    Melk                               Kleding
Bord                                     Boot                               Gieter
Windsurfen                        Fiets
Café                                      Lepel
Huis                                      Koe
Visser                                    Auto
Boom                                   Toetsenbord
Kat                                         Stoplicht
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

Schrijf nu zoveel mogelijk woorden op 

Slide 16 - Tekstslide

Zwemmen                         Bloemen                       Kameel
Ober                                     Wandelaar                   Trompet 
Hotel                                    Melk                               Kleding
Bord                                     Boot                               Gieter
Windsurfen                        Fiets
Café                                      Lepel
Huis                                      Koe
Visser                                    Auto
Boom                                   Toetsenbord
Kat                                         Stoplicht

Slide 17 - Tekstslide

Hoeveel woorden had je goed onthouden?
A
0 tot 5 woorden
B
10 tot 15 woorden
C
5 tot 10 woorden
D
15 tot 20 woorden

Slide 18 - Quizvraag

Experiment 
Je ziet zo nog een lijstje met woorden. 
Je krijgt weer 1 minuut de tijd om zoveel 
mogelijk woorden te onthouden. 

Klaar?

Slide 19 - Tekstslide

Strand
Palmboom
Zee
Zandkasteel
Schep
Hangmat

Supermarkt
Winkelwagen
Boodschappen
Kassa
Verkoper
Tas

Pretpark
Kasteel
Reuzenrad
Achtbaan
Draaimolen
Ticket
Vuurwerk
Circus
timer
1:00

Slide 20 - Tekstslide

Schrijf nu zoveel mogelijk woorden op 

Slide 21 - Tekstslide

Hoeveel woorden had je goed onthouden met visualiseren?
A
0 tot 5 woorden
B
10 tot 15 woorden
C
5 tot 10 woorden
D
15 tot 20 woorden

Slide 22 - Quizvraag

Hoe zou je visualiseren tijdens
het leren kunnen gebruiken?

Slide 23 - Woordweb

Hoe leer jij graag?
A
Door te lezen
B
Door te luisteren
C
Door te zien
D
Door te doen

Slide 24 - Quizvraag


Je leert beter wanneer je verschillende 
zintuigen gebruikt! 

Zien, horen, ruiken, voelen en proeven


Slide 25 - Tekstslide

Beter onthouden?
  • Focus
  • Herhalen (snelweg)
  • Voortbouwen op voorkennis (kapstok)
  • Emotie
  • Creatie
  • Meerdere zintuigen (o.a. visualiseren)
  • Chunken

Slide 26 - Tekstslide

Experiment 
Probeer de volgende rij cijfers te onthouden: 


200619952468
timer
0:30

Slide 27 - Tekstslide

Schrijf nu zoveel mogelijk cijfers 
in de goede volgorde op 

Slide 28 - Tekstslide

Hoe was het om zoveel cijfers te moeten onthouden?
A
Heel makkelijk
B
Makkelijk
C
Moeilijk
D
Heel moeilijk

Slide 29 - Quizvraag

Chunken
Kortetermijngeheugen kan 7 dingen tegelijk onthouden. 
Rij met 12 losse cijfers is dus te veel/moeilijk!

Daarom CHUNKEN
Chunken is van veel informatie kleine stukjes maken 

Hoe doe je dat met deze rij: 200619952468

Slide 30 - Tekstslide

Experiment 
Probeer de cijfers nu nog eens te onthouden: 





2006       1995        2468
timer
0:30

Slide 31 - Tekstslide

Schrijf nu zoveel mogelijk cijfers 
in de goede volgorde op 

Slide 32 - Tekstslide

Hoe was het om zoveel cijfers te moeten onthouden met chunken?
A
Heel makkelijk
B
Makkelijk
C
Moeilijk
D
Heel moeilijk

Slide 33 - Quizvraag

Hoe kun je 'chunken'
gebruiken tijdens het leren?

Slide 34 - Woordweb

Wat neem je mee
uit deze eerste training?

Slide 35 - Woordweb

Volgende week
Huiswerkopdracht 1 maken 

Leermanieren


Slide 36 - Tekstslide