H3 Winkelformule

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

1

Slide 4 - Video

01:20
Er zijn veel mensen die motorrijden.

1)Denk je dat het mogelijk is om een winkel alleen voor motorrijders te beginnen?
2)Wat voor producten bied je aan in een winkel speciaal voor motorrijders?
3)Hoe kun je deze winkel voor deze doelgroep aantrekkelijk maken?
4)Hoe kun je je met deze winkel onderscheiden van de concurrentie?
timer
5:00

Slide 5 - Open vraag

EXAMENTERMEN
1.3.1 onderdelen winkelformule: doelgroep, assortiment (retailmix), marktpositie kwalitatieve en kwantitatieve doelen, propositie, unique selling point (USP)

Slide 6 - Tekstslide

Wie is de doelgroep van een supermarkt?

Slide 7 - Woordweb


EXAMENTERMEN
1.1.2 doelgroep en de keuze voor een doelgroep uitleggen
1.1.3 eisen aan een doelgroep (omvang, meetbaarheid, te onderscheiden, bereikbaarheid en bewerkbaarheid)

Slide 8 - Tekstslide

Bij het samenstellen van een doelgroep let je op een aantal dingen. Welke van de volgende onderdelen vind je terug in deze tekst? Kies het juiste antwoord.
A
omvang
B
meetbaarheid
C
bereikbaarheid
D
bewerkbaarheid

Slide 9 - Quizvraag

Een winkel in games gevestigd in Apeldoorn omschrijft de doelgroep als jongens.
Hoe kun je deze doelgroep meetbaar maken?
Geef een voorbeeld!
timer
3:00

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

**Wat is de Nederlandse vertaling van Unique Selling Product
A
Unieke Verkoop Product
B
Unieke Verkoopargument
C
Exclusieve Verkoop Argument
D
Exclusief Product

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Tekstslide

1.2.1 marketingbeleid, marketingdoelstellingen en retailmix: product/assortiment, prijs, plaats, promotie, personeel, commerciële presentatie

Slide 17 - Tekstslide

Korting tijdens Black-Friday
Welke marketinginstrument?
A
Product
B
Prijs
C
Promotie
D
Plaats

Slide 18 - Quizvraag

Parkeergelegenheid
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Presentatie
C
Promotie
D
Plaats

Slide 19 - Quizvraag

Wij zetten een influencer in.
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Personeel
C
Promotie
D
Presentatie

Slide 20 - Quizvraag

De huisstijl van de winkel past zich aan de nieuwe logo van de franchise
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Presentatie
C
Promotie
D
Plaats

Slide 21 - Quizvraag

Het bieden van garantie
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Prijs
C
Promotie
D
Plaats

Slide 22 - Quizvraag

Bezorgservice
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Prijs
C
Personeel
D
Plaats

Slide 23 - Quizvraag

Wij kopen nu rechtstreeks in van de fabrikant.
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Prijs
C
Promotie
D
Plaats

Slide 24 - Quizvraag

Het hebben van een sterk merk
Welk marketinginstrument?
A
Product
B
Prijs
C
Promotie
D
Plaats

Slide 25 - Quizvraag

Heb nog vragen?
Weten wij alles nog?

Slide 26 - Tekstslide

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

EXAMENTERMEN
2.2.2 relatie verkoopsystemen (zelfbediening, semi-zelfbediening, zelfkeuze, bediening, BUZ) en distributievormen

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

1

Slide 31 - Video

02:57
timer
2:00
Formuleer een SMART doel voor 'El cheapo bicicleta' of CB1 periode 1

Slide 32 - Woordweb

timer
1:00

Slide 33 - Tekstslide

Een ander woord voor duurzaam ondernemen is
A
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
B
Milieubewust ondernemen
C
Verantwoord ondernemen
D
Sociaal-economisch ondernemen

Slide 34 - Quizvraag

De bedrijfskolom
De bedrijfskolom start bij de 
grondstof en eindigt bij de retailer.
   

Elke schakel voegt waarde toe aan 
het eindproduct.

De retailer verkoopt het eindproduct 
aan de consument.

Slide 35 - Tekstslide