VWO EI §2.2

Huiswerk voor deze les
Bekijk het instructiefilmpje op de volgende slide:
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Huiswerk voor deze les
Bekijk het instructiefilmpje op de volgende slide:

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Stuur je aantekeningen uit het filmpje als foto in.

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide


De collectieve vraaglijn kan evenwijdig verschuiven doordat 5 mogelijke factoren kunnen veranderen:

1. De prijs van substitutie goederen verandert.
2. De prijs van complementaire goederen verandert.
3. Het inkomen van de consumenten verandert.
4. De voorkeur van consumenten verandert.
5. Het aantal consumenten verandert.

Slide 11 - Tekstslide


Wat is het consumentensurplus?

Wat wou jij ook al weer betalen voor een PS5?
Maar wat nou als de PS5 maar €300 kost?

Het consumentensurplus = het verschil tussen de betalingsbereidheid van de consument en de prijs van het product. 

Slide 12 - Tekstslide

Hoe groot is het consumentensurplus als de prijs 100 is bij de vergelijking Qv = -500P + 75.000 (opgave 1A)

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide



Het consumentensurplus bereken je door:

CS = (Ph - Pe) x Q x 1/2

Slide 15 - Tekstslide

Teken Qv = 250 - 10P
Arceer & bereken het consumentensurplus bij P = 10.

Slide 16 - Open vraag

Verwerking

Maken: opgave 2, 4, 7, 10, 12, 13, 14

Je hebt de rest (behalve de laatste 8 minuten) van deze les en de volgende les de tijd.
Je mag rustig overleggen met je buurman / buurvrouw.
Als je klaar bent ga je nakijken.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Tekst
Het bedrag dat je maximaal voor een product wilt betalen.
Het verband tussen de prijs van een product en de gevraagde hoeveelheid ervan.
Het verschil tussen de betalingsbereidheid en de werkelijke prijs die je je moet betalen.
Omzet
Oppervlakte driehoek =
1/2 x basis x hoogte
Betalingsbereidheid
Vraaglijn
Consumentesurplus
Verkoopprijs maal de verkochte hoeveelheid
Het totale consumentensurplus

Slide 19 - Sleepvraag

Gegeven is de vraaglijn
Qv = –15p + 75. De prijs is € 3,00

Wat is de gevraagde hoeveelheid?
A
82,5
B
18
C
92,5
D
30

Slide 20 - Quizvraag

Als de vraag naar een product stijgt...
A
... verschuift de vraaglijn naar rechts
B
... verschuift de vraaglijn naar links
C
... De vraaglijn verschuift omhoog
D
...De vraaglijn verschuift omlaag

Slide 21 - Quizvraag

Als het inkomen van mensen met 10% stijgt dan...
A
schuift de vraaglijn naar rechts
B
schuift de vraaglijn naar links
C
verandert alleen het punt op de vraaglijn
D
verandert er niets

Slide 22 - Quizvraag

Door het coronavirus daalt het inkomen van veel mensen. Ze hebben niet veel geld meer over voor een nieuwe auto. Hierdoor:
A
Vindt er een verschuiving plaats naar rechts van de hele vraaglijn
B
Vindt er een verschuiving plaats naar links van de hele vraaglijn

Slide 23 - Quizvraag

De vraaglijn verschuift naar links, dit kan het gevolg zijn van:
A
een hogere koopkracht
B
een prijsdaling
C
een daling van het aantal inwoners
D
het verdwijnen van concurrenten

Slide 24 - Quizvraag