Terugblik Veluwe excursie
1 / 33
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat komt er in je op als je terugblikt op de Veluwe-excursie?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een zomereik en een wintereik?
A
Zomereik heeft grotere bladeren dan de wintereik
B
Zomereik bloeit in de zomer en wintereik in de winter
C
Zomereik heeft korte bladsteeltjes en de wintereik lange bladsteeltjes
D
Zomereik heeft een dunnere bast dan de wintereik
Slide 5 - Quizvraag
In zandverstuivingen kunnen planten zoals buntgras en zandzegge zich als eerste vestigen. Daarna volgt ruig haarmos, korstmossen en enkeljarige planten.
Hoe noemen we een ecosysteem waar buntgras en zandzegge zich als eerste vestigen?
Hoe noemen we een ecosysteem waar buntgras en zandzegge zich als eerste vestigen?
A
Biotoop
B
Habitat
C
Pioniersecosysteem
D
Climaxecosysteem
Slide 6 - Quizvraag
De Veluwe bevat op een aantal plekken veengrond. Veen werd vroeger als brandstof gebruikt. Hoe noem je deze brandstof?
Slide 7 - Open vraag
Hoe lang geleden voor Christus waren er voor het eerst mensen in dit gebied?
A
300.000 tot 5.000 v. Chr.
B
5300 tot 2000 v. Chr.
C
800 tot 500 v. Chr.
D
50 tot 400 v. Chr
Slide 8 - Quizvraag
Op het landgoed van kasteel Rosendael broedt jaarlijks een vogel. Deze vogel, met een lange snavel, is een viseter en broedt in de steile kant, het liefst bij stromend water. Over welke vogel heb ik het?
A
Een roodborstje
B
Een grutto
C
Een wulp
D
Een ijsvogel
Slide 9 - Quizvraag
Welke muis is geen muis?
A
Spitsmuis
B
Woelmuis
C
Bosmuis
D
Veldmuis
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Nederland staat bekend om zijn versnipperde landschap. Dit komt mede door ons wegennetwerk. Hoe worden natuurgebieden toch met elkaar verbonden?
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
De naam Veluwe wordt in verband gebracht met de naam van een ander gebied, namelijk de Betuwe, wat grofweg ‘goede grond’ zou betekenen. Wat zou de naam Veluwe betekenen?
A
Goede land
B
Betere land
C
Groene grond
D
Slechte grond
Slide 14 - Quizvraag
Wat is de relatie tussen de Quercus robur en de Quercus petraea ?
A
Ze behoren tot dezelfde soort
B
Ze behoren tot hetzelfde geslacht
C
Ze behoren tot dezelfde familie
D
Ze behoren tot dezelfde orde
Slide 15 - Quizvraag
De vliegenzwam (een paddenstoel) heeft een symbiotische verbinding met de berk.
Wat is het belangrijkste verschil tussen cellen van een berk en cellen van de vliegenzwam?
Wat is het belangrijkste verschil tussen cellen van een berk en cellen van de vliegenzwam?
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Er zijn talloze paddenstoelen in de Veluwe, met name te zien in de herfst. Welke paddenstoel is NIET eetbaar?
A
Witte kluifzwam
B
Parasolzwam
C
Groene knolameniet
D
Fluweelpootje
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Welke eigenschap van het plantje muizenoortje, maakt dat deze zo heet?
A
De bladeren hebben een wat grijze kleur
B
De bladeren zijn behaard en voelen zacht aan
C
De bloemen hebben de vorm van een muizenoortje
Slide 21 - Quizvraag
Op de Veluwe doet men zoveel mogelijk aan het verbeteren van de biodiversiteit, door bijv. geen schadelijke bestrijdingsmiddelen te gebruiken.
Wat zou een natuurvriendelijke methode zijn om slakken tegen te gaan?
Wat zou een natuurvriendelijke methode zijn om slakken tegen te gaan?
A
Slakkenkorrels strooien
B
Azijn gieten
C
Zout strooien
D
Stukjes eierschalen strooien
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Hoe wordt een vrouwelijk wildzwijn meestal genoemd?
A
Een keiler
B
Een rotte
C
Frisling
D
Bagge
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Wat is een korstmos precies?
A
Een alg
B
Een schimmel
C
Een symbiose tussen een plant en een cyanobacterie
D
Een symbiose tussen een schimmel en algen
Slide 26 - Quizvraag
Slide 27 - Tekstslide
Waarom werpt een (edel)hert ieder jaar zijn gewei af?
A
Anders wordt het gewei te groot
B
Gedurende een deel van het jaar hebben ze geen gewei nodig
C
Dan hebben ze tijdens de bronstijd een optimaal gewei
D
Dan kunnen ze beter paren met de vrouwtjes
Slide 28 - Quizvraag
Waarom krijgt een specht geen hoofdpijn van zijn getik tegen een stam?
A
Het extra lange tongbeen verdeelt de klap over de hele schedel
B
De snavel van de specht vangt de klappen op
C
Een specht heeft geen pijnzenuwen in de schedel
