Unit 6: Possessive: 's, ' and ... of ...

Possessive: 's, ' and ... of ...
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Possessive: 's, ' and ... of ...

Slide 1 - Tekstslide

Vaste -s! Toch?!?
Je hebt geleerd dat woorden in het meervoud ALTIJD 
een vaste -s krijgen.
boy - boys / baby - babies.

Maar toch heeft de Engelse taal ook 's !
The boy's dog was black and white.

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg
Als je wilt zeggen dat iets van iemand is, zet je meestal ‘s achter de eigenaar:
Dat is de auto van Frank. = That is Frank‘s car.
De kamer van mijn zus is een zooi. = My sister‘s room is a mess.
Het voedsel van de kat is smerig. = The cat‘s food is gross.
De vriendin van Kees is knap. = Kees‘s girlfriend is pretty.

Als de eigenaar én in het meervoud staat én al eindigt op een s, zet je alleen een ‘ achter de eigenaar:
Het huis van mijn ouders is groot. = My parents‘ house is big.
Het haar van zijn vriendin is kort. = His friends‘ hair is short.
Als je wilt zeggen dat iets van een persoon/dier is, zet je meestal ‘s achter de eigenaar:

My sisters room is a mess.
The cats food is gross.
Kees‘s girlfriend is pretty.


Als de eigenaar én in het meervoud staat én al eindigt op een s, zet je alleen een achter de eigenaar:

My parents‘ house is big.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Let op!
  • als iets bij een ding hoort of een geografische locatie is, dan gebruik je ... of ...
   -   the roof of the school
   -   the city of Amsterdam

  •  Bij woorden van tijd gebruik je bij enkelvoud 's en bij meervoud '
- today's weather / a three weeks' holiday

Slide 5 - Tekstslide

Extra oefenen met 
de Genitive?



Slide 6 - Tekstslide

Isn't this ____ book?
A
Peter
B
Peter's
C
Peters'

Slide 7 - Quizvraag

They are painting the ____ room this week.
A
children's
B
childrens
C
childrens'

Slide 8 - Quizvraag

Did you read ___ newspaper?
A
yesterdays
B
yesterdays'
C
yesterday's

Slide 9 - Quizvraag

My ____ house is pretty far away.
A
grandparents's
B
grandparents'
C
grandparents

Slide 10 - Quizvraag

Which one is correct?
A
The window of the room
B
The room's window

Slide 11 - Quizvraag

Which one is correct?
A
Our friend's cats
B
The cats of our friend

Slide 12 - Quizvraag

Which one is correct?
A
England's capital
B
The capital of England

Slide 13 - Quizvraag