Mini-les Nederlands Hoofdletters en Leestekens

Taalverzorging
Hoofdletters en leestekens 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Taalverzorging
Hoofdletters en leestekens 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
hallo allemaal welkom bij het onderdeel taalverzorging hoofdletters en leestekens je leert wanneer je een hoofdletter moet plaatsen en wanneer je leestekens moet gebruiken zoals je ziet mist dit hele stuk hoofdletters en punten wat vind jij daarvan leest het makkelijk of leest het juist moeilijk leestekens en hoofdletters zijn er voor om teksten makkelijker te kunnen lezen dus hoe het hier staat is natuurlijk helemaal fout maar hoe moet het dan wel wanneer plaats je een hoofdletter

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is de tekst die je net hebt gezien fout?
 

Slide 3 - Tekstslide

Er worden geen hoofdletters en leestekens gebruikt. 
Waarom gebruiken we hoofdletters en leestekens? 

Slide 4 - Tekstslide

-Maken een tekst duidelijker en beter te lezen;
-De lezer kan de tekst zo veel beter begrijpen.
Lesdoelen
-Aan het einde van de les weet je wanneer je hoofdletters gebruikt.
-Aan het eind van de les kan je punten, vraagtekens en uitroeptekens op de juiste manier gebruiken.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters en leestekens
-Maken een tekst duidelijker en beter te lezen.
-De lezer kan de tekst zo veel beter begrijpen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters
-Elke zin begint met een hoofdletter.
Ik ga met Sophie naar Parijs. 


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf je hele naam

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters 
-Alle namen beginnen met een hoofdletter.
Ik ga met Sophie naar Parijs. 

-Je schrijft altijd de voornaam en achternaam met een hoofletter.
Anna Mulder - Joris Janssen - Julia Boom

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters
-Aardrijkskundige namen: namen van plaatsen, streken en landen schrijf je ook met een hoofdletter.
Ik ga met Sophie naar Parijs. 

-Maar ook bijvoorbeeld voor bergen, rivieren en woestijnen.
de Pyreneeën,  de Schelde

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Typ de zin over en zet op de juiste plek hoofdletters.

'ik was in utrecht toen ik milo tegenkwam.'

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Typ de zin over en zet op de juiste plek hoofdletters.

'ik ga met anna naar amerika.'

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leestekens
1. Punt: 
-Aan het einde van een zin.
Vandaag heb ik een hockeywedstrijd.
Morgen ga ik logeren bij mijn vriendin.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leestekens 
2. Vraagteken:
-Na een vraag.
Tot hoe laat ben jij vanmiddag op school?
‘Neem jij mijn tas mee?’ vroeg Martijn.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leestekens 
3. Uitroepteken:
-Om aan te geven dat iemand luid roept;
-Om een bevel of waarschuwing aan te geven.
‘Ik ben beneden!’ klonk het vanuit de kelder.
Halt, of ik schiet!
Stop!
Kom hier!

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikale opdracht

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben jullie geleerd?
-Je weet nu wanneer je hoofdletters gebruikt.
-Je weet nu hoe je punten, vraagtekens en uitroeptekens op de juiste manier moet gebruiken.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Huiswerk voor de volgende les: 
-Maken werkblad hoofdletters en leestekens.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies