3.1 Soorten Water

1 / 27
volgende
Slide 1: Interactive video met 10 slides
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

10

Slide 1 - Video

00:01-00:06
Ik kan bergen verzetten

Slide 2 - Tekstslide

00:06-00:12
Ik bouw steden, en vernietig ze

Slide 3 - Tekstslide

00:12-00:20
Ik breng mensen samen sinds het begin der tijden, en heb de macht om ze weer te scheiden

Slide 4 - Tekstslide

00:21-00:29
Er is een enorme muur voor nodig om mij tegen te houden, maar ik kan vastgehouden worden door mensen handen

Slide 5 - Tekstslide

00:29-00:39
Ik loop sneller dan Usaín Bolt, en loop over de hele wereld, maar voor miljoenen, ben ik te snel uitgeput

Slide 6 - Tekstslide

00:40-00:49
Elk jaar zijn mensen 40 biljoen uur op zoek naar mij, en toch dood ik meer mensen dan alle soorten geweld, oorlog meegerekend

Slide 7 - Tekstslide

00:50-00:59
Ik ben dat ene ding waar niemand zonder kan leven, rijk of arm, jong of oud, wonend op elke plek onder de zon. 

Slide 8 - Tekstslide

01:00-01:08
Ik bedek 70% van de planeet, en toch ben ik voor 748 miljoen mensen moeilijk te vinden. 

Slide 9 - Tekstslide

01:09-01:19
Ik ben onmisbaar voor het leven, en toch beëindig ik deze veel te vaak

Slide 10 - Tekstslide

01:24-01:32
Ik ben water

Slide 11 - Tekstslide

3.1 Soorten Water
H3 NOVA
WATER

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen
3.1.1 Je kunt uitleggen waarom water onmisbaar is voor mensen, dieren en planten.
3.1.2 Je kunt vier soorten water beschrijven.
3.1.3 Je kunt voorbeelden noemen waarvoor je water gebruikt.
3.1.4 Je kunt benoemen welke bedrijven nodig zijn om ervoor te zorgen dat er drinkwater uit de kraan komt.

Slide 13 - Tekstslide

Overal water
Stel je voor: je deelt je lichaam in drie gelijke stukken. Al het water in je lichaam doe je apart. Dan zijn twee van de drie stukken helemaal van water. Alleen het derde stuk zou gemaakt zijn van andere stoffen. Je lichaam bestaat dus voor twee derde deel uit water.

Slide 14 - Tekstslide

Vanuit de ruimte zie je de aarde als een bol. Alles wat blauw is, is water. De aarde is voor ongeveer 70% bedekt met water.

Water is een van de belangrijkste stoffen op aarde. Mensen, dieren en planten kunnen niet leven zonder water.

Slide 15 - Tekstslide

4 soorten water


Zeewater
Regenwater
Grondwater 
Oppervlaktewater

Slide 16 - Tekstslide

1

Slide 17 - Video

00:40-01:25









Verdamping zet water om in waterdamp (waterkringloop). 
Het zout blijft achter.

Slide 18 - Tekstslide



Zeewater verdampt door de zon. De waterdamp stijgt op in de lucht. Hoog in de lucht is het heel koud. Daar verandert de waterdamp in wolken. De wolken trekken over het land. Soms valt er regen uit een wolk. Zo komt regenwater op het land terecht. Sneeuw en hagel zijn bevroren regenwater.


Regenwater zakt weg in de grond. Ook water uit rivieren en meren zakt in de grond. Diep onder de grond zit daardoor veel water. Dit water in de grond noem je grondwater. Op sommige plaatsen zit het grondwater niet zo diep. Op die plaatsen zie je het water al als je een kuil graaft van een meter diep.
Regenwater                        Grondwater

Slide 19 - Tekstslide

Oppervlaktewater

Water in rivieren, meren en sloten noem je oppervlaktewater. Oppervlaktewater zie je overal in het land. Oppervlaktewater noem je zoetwater. In oppervlaktewater zit weinig zout.


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Water gebruiken
Thuis gebruik je elke dag water. Denk maar aan:
tandenpoetsen;
douchen;
drinken uit de kraan;
kleren wassen;
planten water geven;
eten koken en afwassen.

Slide 22 - Tekstslide

Het water dat in Nederland uit de kraan komt, is drinkwater. Drinkwater is geschikt om te drinken. Maar drinkwater wordt ook voor veel andere dingen gebruikt. In ons land gebruiken mensen per dag wel 120 liter water per persoon. In tabel 1 zie je hoeveel water je gebruikt voor verschillende dingen.

Slide 23 - Tekstslide

Water vervoeren
Het water in huis komt van het waterbedrijf. Vanaf het waterbedrijf stroomt het water door grote buizen naar je huis. In je huis stroomt het water door dunne buizen verder naar de kraan. Het water uit de kraan kun je gebruiken. Daarna gaat het water naar het riool. Het riool voert het afvalwater weg van de huizen.


Slide 24 - Tekstslide

Waterbuizen aanleggen is het werk van een installatiebedrijf. Dit zijn bedrijven die waterleidingen, gasleidingen en verwarmingen aanleggen. Ook de rioolbuizen onder je huis zijn aangelegd door het installatiebedrijf.

Slide 25 - Tekstslide

Onthoud
Zonder water kun je niet leven.
Je lichaam bestaat voor twee derde deel uit water.
70% van de aarde is bedekt met water.
Zeewater is het water in zeeën en oceanen.
Regenwater valt uit de wolken op het land.
Het water in de grond noem je grondwater.
Het water in rivieren, meren en sloten noem je oppervlaktewater.
Het water uit de kraan is drinkwater.
Het waterbedrijf zorgt voor drinkwater uit de kraan.
Het installatiebedrijf legt waterleidingen, gasleidingen en verwarmingen aan.



Slide 26 - Tekstslide

Aan het werk! NOVA
Wat? 3.1 Soorten water - opdrachten 0 t/m 13
Waar? 1A: in het boek
1B:  In Magister.me in de studiewijzer mens en natuur. 
Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.
Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 
Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Test Jezelf!

timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide