verkeersdeelnemers
1 / 31
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een verkeersdeelnemer?
A
iemand die in zijn woonkamer zit
B
iemand die niet op straat komt
C
iemand die in een straat woont
D
iemand die op straat komt
Slide 2 - Quizvraag
ben jij zelf wel eens verkeersdeelnemer?
A
ja
B
nee
Slide 3 - Quizvraag
Welke verkeersdeelnemer vervuilt de lucht het meest?
A
fiets
B
trein
C
tram
D
personenauto
Slide 4 - Quizvraag
“Fietsers die hun telefoon gebruiken tijdens het fietsen zijn een gevaar voor andere verkeersdeelnemers.”
A
Ja, elke vorm van telefoon gebruik op de fiets is gevaarlijk
B
Ja, maar alleen het bellen/appen is gevaarlijk
C
Nee, zolang je maar muziek luistert met 1 oortje in
D
Nee
Slide 5 - Quizvraag
Hoe heet een verkeersdeelnemer op met de auto
A
bestuurder
B
chauffeur
C
autorijder
D
auto
Slide 6 - Quizvraag
hoe heet de verkeersdeelnemer die loopt
A
loper
B
wandelaar
C
voetganger
D
bestuurder
Slide 7 - Quizvraag
verkeer
A
fiets
B
auto
C
voetgangers
D
alle antwoorden zijn goed
Slide 8 - Quizvraag
Er zijn veel ...................... in het verkeer.(
A
verplicht
B
idee
C
nooduitgang
D
regels
Slide 9 - Quizvraag
Wat is een voetganger?
A
Iemand die rijdt.
B
Iemand die vliegt.
C
Iemand die loopt.
D
Iemand die zwemt.
Slide 10 - Quizvraag
Wie is de voetganger?
A
Iemand die skate
B
Iemand die op een skelter rijdt
C
Iemand die loopt met de fiets aan de hand
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 11 - Quizvraag
Voetganger of niet?
A
voetganger
B
geen voetganger
Slide 12 - Quizvraag
Voetganger of niet?
A
voetganger
B
geen voetganger
Slide 13 - Quizvraag
Voetganger of niet?
A
voetganger
B
geen voetganger
Slide 14 - Quizvraag
Voetganger of niet?
A
voetganger
B
geen voetganger
Slide 15 - Quizvraag
Voetganger of niet?
A
voetganger
B
geen voetganger
Slide 16 - Quizvraag
Wat is het tegenovergestelde van bestuurder?
A
Chauffeur
B
Passagier
Slide 17 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
fietser
fietser
A
ja
B
nee
Slide 18 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
voetganger
voetganger
A
ja
B
nee
Slide 19 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
automobilist
automobilist
A
ja
B
nee
Slide 20 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
motorrijder
motorrijder
A
ja
B
nee
Slide 21 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
iemand op skates
iemand op skates
A
ja
B
nee
Slide 22 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
buschauffeur
buschauffeur
A
ja
B
nee
Slide 23 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
iemand op een step
iemand op een step
A
ja
B
nee
Slide 24 - Quizvraag
Is het een bestuurder of niet?
iemand op een scooter
iemand op een scooter
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Bestuurder of niet?
A
Bestuurder
B
geen bestuurder
Slide 26 - Quizvraag
Slide 27 - Link
Waar moeten reflectoren zitten op een fiets?
timer
0:30
A
Aan het stuur.
B
Op de trappers.
C
Bij het zadel.
Slide 28 - Quizvraag
Met hoeveel mensen mag je naast elkaar fietsen?
timer
0:30
A
Altijd alleen fietsen.
B
Met 2
C
Met 3 als je het andere verkeer niet hinder.
Slide 29 - Quizvraag
Wanneer doe je de verlichting van je fiets aan? In het donker en…
timer
0:30
A
…bij mist en regen
B
… als de zon lekker schijnt.
C
… als je de politie ziet naderen.
