M4: lezen nakijken en 1.4 vervolg + quiz

Lezen
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Lezen

Slide 1 - Tekstslide

Planning vandaag:
- Lezen
- Nakijken enkele opdrachten
- 1.4 vervolg
- Quiz!
- Opdrachten

SE LEZEN: 20 februari

Slide 2 - Tekstslide

Lezen
timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Korte herhaling
Reclame:
 1. Commerciële reclame
2. Ideële reclame

Functies van beelden in een advertentie
- Aandacht trekken
- Informatie toevoegen
- De naam van de adverteerder toelichten
- De tekst verduidelijken



Slide 4 - Tekstslide

Voor wie is deze advertentie
vooral bedoeld?
A
voor mensen die kip eten
B
voor mensen die kip kopen in de supermarkt
C
voor mensen die vegetariër zijn
D
voor mensen die vlees eten

Slide 5 - Quizvraag

Nakijken opdrachten 1.4:
5a t/m c, 6
Opdracht 5:
a Het idee uit tekst 1 is dat je tolerant moet zijn.
b Tekst 1 is een ideële reclame.
c De tekst is het belangrijkst. Je begrijpt het beeld verkeerd als je
de tekst niet leest.


Slide 6 - Tekstslide

6:
a Aandacht trekken: een medicijn dat Tolerantie heet, wekt
de verbazing van de lezer.
b Het verduidelijkt de tekst

Slide 7 - Tekstslide

1.4 doelgroep: 
De doelgroep is de groep mensen voor wie de reclame bedoeld is. De doelgroep kan algemeen zijn (alle lezers van een krant), maar hij kan ook specifieker zijn (bejaarden, mensen met een bepaalde hobby of interesse).

Slide 8 - Tekstslide

Tekstdoel advertentie:
• de lezer aansporen om iets te kopen of te doen;
• de lezer amuseren;
• de lezer informeren;
• de lezer overtuigen;
• de lezer een mening laten overnemen.

Vaak heeft een advertentie meer doelen.

Slide 9 - Tekstslide

Quiztijd!
Log via je LAPTOP in bij Lesson-Up

Slide 10 - Tekstslide

Bekijk en lees de tekst

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het onderwerp
van de advertentie?
A
De 'worst' musical ever
B
HEMA de musical
C
HEMA de musical is een feest
D
Een feelgoodverhaal dat volledig op humor drijft

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de bedoeling van
de citaten in de advertentie?
A
Zo weet de lezer waar de musical over gaat
B
Om de lege stukken op te vullen
C
Om de lezer aan te sporen om naar de musical te gaan
D
Om de lezer te laten weten wat anderen er van vinden

Slide 13 - Quizvraag

Welk deel van de advertentie
is bedoeld om onmiddellijk
de aandacht van de lezer te
trekken?
A
Linksboven en rechtsboven
B
Het midden

Slide 14 - Quizvraag

Hoe trekt het midden van de
advertentie de aandacht van de lezer?

Slide 15 - Open vraag

Welke betekenis hebben de
rode sterren in de advertentie?
A
Die geven volgens kranten de kwaliteit van de musical aan, bedoeld om indruk te maken.
B
Die geven volgens kranten de grappigheid van de musical aan, bedoeld om indruk te maken.
C
Geen speciale betekenis, de sterren vullen het beeld op
D
Ze geven aan in welke prijscategorie de musical valt

Slide 16 - Quizvraag

Wat betekent in deze advertentie
'de worst musical ever'?

Slide 17 - Open vraag

Wat is het voornaamste doel
van deze tekst?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 18 - Quizvraag

Noem een sterk punt van de
advertentie

Slide 19 - Open vraag

Noem een minder sterk punt van de
advertentie

Slide 20 - Open vraag

Bekijk en lees de tekst

Slide 21 - Tekstslide

Wat zijn belangrijkste doelen
van deze advertentie?
A
Overhalen van consument om bio-kip te kopen, supermarkt bewegen om verkoop van bio-kip te starten.
B
Bewust maken van consument om geen plofkip te kopen, supermarkt bewegen om verkoop van bio-kip te stoppen.
C
Overhalen van consument om bio-kip te kopen, supermarkt bewegen om verkoop van plofkip te stoppen.
D
Bewust maken van consument om geen plofkip te kopen, supermarkt bewegen om verkoop van plofkip te stoppen.

Slide 22 - Quizvraag

Welke functie heeft de
afbeelding in deze tekst?
A
de aandacht trekken
B
nieuwe informatie toevoegen
C
tekst duidelijker maken

Slide 23 - Quizvraag

Welke feiten kom je door
de advertentie te weten?

Slide 24 - Open vraag

Deze tekst heeft de naam:
Het best bewaarde
supermarktgeheim.

Wat betekent dit?
A
De supermarkten houden geheim wat voor soort kip ze verkopen.
B
De supermarkten houden goed geheim op welke manier kip wordt geproduceerd.
C
De supermarkten verkopen vooral kip voor een lage prijs die dieronvriendelijk is geproduceerd.
D
De supermarkten zijn niet eerlijk over de kwaliteit van de kip die ze verkopen.

Slide 25 - Quizvraag

Onder aan de advertentie staan
twee zinnen.

Zijn dit feiten of meningen?
A
Feiten
B
Meningen
C
Een feit en een mening

Slide 26 - Quizvraag

Zo'n dier kan soms nauwelijks
meer lopen.
A
Feit, want de uitspraak is controleerbaar
B
Mening, want de uitspraak is controleerbaar
C
Feit, want de uitspraak is niet controleerbaar
D
Mening, want de uitspraak is niet controleerbaar

Slide 27 - Quizvraag

Met welke van de volgende
uitspraken zal Wakker Dier het
NIET eens zijn.
A
Supermarkten moeten stoppen met de verkoop van plofkippen.
B
Supermarkten moeten eerlijk zijn over de kwaliteit van de kippen die ze verkopen.
C
Supermarkten moeten sommige zaken geheim houden voor de consument.
D
Supermarkten moeten voor kwaliteit gaan en niet voor de laagste prijs.

Slide 28 - Quizvraag

Wat zou de consument volgens
Wakker Dier moeten doen?

Slide 29 - Open vraag

Aan de slag! In stilte
Je werkt in je werkboek, 1.4:
10a+b, 12, 13a, 15, 19, 22

Slide 30 - Tekstslide