6.2 Verteringsstelsel
1 / 14
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Zonder tanden en kiezen is het lastiger om je eten te verteren. Waarom is dat zo?
Slide 5 - Open vraag
Licht toe dat het voor haaien en olifanten nuttig is dat ze hun tanden vaak wisselen.
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Om welke reden verteren mensen het polymeer zetmeel?
A
Darmcellen kunnen zetmeel niet opnemen uit de darminhoud
B
De lever kan geen polymeren opslaan
C
Een polymeer als zetmeel zou de haarvaten blokkeren
D
Het bloed kan geen zetmeel vervoeren
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
In welke organen vindt eiwitvertering plaats?
A
Alleen in de maag
B
In de maag en in de twaalfvingerige darm
C
In de maag, in de twaalfvingerige darm en in de rest van de dunne darm
D
In de maag, de twaalfvingerige darm, de rest van de dunne darm en de alvleesklier
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
De ADI-waarde (uitgedrukt in mg per kg lichaamsgewicht) is voor een volwassene hoger dan voor een kind. Waarom is dat zo?
Slide 12 - Open vraag
In 100g van een voedingsmiddel zit 3mg ethylbutyraat (BINAS 95B). Hoeveel gram van dit voedingsmiddel zou jij in één keer kunnen eten zonder vergiftigingsverschijnselen te krijgen?
