cul-toer 3.1
1 / 22
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
cultuur
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Video
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Wat is cultuur
A
Een groep mensen die oorspronkelijk uit het zelfde land komen
B
Een ander woord voor geloof.
C
een groep mensen die samen werken.
D
De manier van denken en doen van een groep mensen.
Slide 6 - Quizvraag
Wat hoort niet bij cultuur
A
Kleding
B
Eten
C
Dieren
D
Taal
Slide 7 - Quizvraag
Wat zijn gewoontes?
A
Dingen die je altijd doet
B
Manieren waarop je gewend bent dingen te doen
C
Dingen die jij gewoon of normaal vindt
D
Een onderdeel van hoe een cultuur in elkaar zit
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
norm
waarden
eerlijk zijn
veel sporten
gezondheid
gezond eten
Slide 11 - Sleepvraag
Is deze zin juist of onjuist?
'De waarden en normen in een cultuur veranderen nooit.'
'De waarden en normen in een cultuur veranderen nooit.'
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Op een school worden je geen waarden en normen bijgebracht.
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Dingen die bij een cultuur horen zie je niet terug in waarden en normen van deze cultuur.
A
juist
B
onjuist
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Bij welk tijdvak behoort de oudheid?
A
tijdvak 1
B
tijdvak 2
C
tijdvak 3
D
tijdvak 4
Slide 16 - Quizvraag
De oudheid duurde van...
A
1000 n.C. - 1500 n.C.
B
2000 v.C. - 50 n.C.
C
3000 v.C. - 500 n.C
Slide 17 - Quizvraag
Hoe lang duurde de Oudheid?
A
900 jaar
B
3500 jaar
C
400 jaar
D
2000 jaar
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Video
Wat is een stadstaat?
Kenmerken van Griekse stadstaten.
A
Een stad die zichzelf bestuurt
B
Een stad met omliggend platteland die zichzelf bestuurt.
C
Een Griekse stad
D
Een vereniging van steden die zichzelf besturen
