Herhaling voor paragraaf 1.1, 1.2 en 1.3 1MH op 20 september 2022

Vandaag 20 september
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Vandaag 20 september

Slide 1 - Tekstslide

Prinsjesdag

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Gisteren

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Voor vandaag
Korte herhaling van het hele hoofdstuk 
Quiz
Zelfstandig leren
Eventueel nabespreken oefentoets voor de mensen die dat willen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De eerste mens

Slide 12 - Tekstslide

De eerste mens
  • Ontstonden 4 miljoen jaar geleden
  • De moderne mens bestaat nu zo'n 200.000 jaar: de Homo Sapiens

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

2. Jagen en verzamelen in de steentijd

Hoofdvraag= Hoe leefden de jagers en verzamelaars in de prehistorie?

Slide 15 - Tekstslide

De mens werd steeds slimmer
  • Vuistbijlen
  • Speren
  • Pijlen
  • Vuur

Slide 16 - Tekstslide

Handige jagers-verzamelaars
  • Onze voorouders ontstonden 200.000 jaar geleden
  • Bestaansmiddel
  • = Manier waarop mensen in leven blijven, zoals landbouw of jagen en verzamelen
  • Jagers-verzamelaars
  • = Mensen die leven van jacht, visserij en het verzamelen van eetbare planten
  • Grotschilderingen
  • Wanneer ze een taal begonnen te spreken is onbekend

Slide 17 - Tekstslide

Leven in groepen
  • Kleine groepen van 25-40 mensen
  • Taakverdeling
  • = Manier waarop de werkzaamheden zijn verdeeld, bijvoorbeeld tussen mannen en vrouwen
  • Europa was koud....Vuursteen !!
  • Rondtrekken!

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Oorzaken opkomst landbouw
  • Rond 10.000 v. Chr

  • De aarde wordt warmer en droger

  • De bevolking groeide

  • Mensen leerden steeds meer over de natuur 

Slide 20 - Tekstslide

Noord-Afrika en
Midden-Oosten (9000vC)

  • Droog klimaat: minder begroeiing en water (ontstaan woestijnen)

  • Te weinig voedsel: dieren trekken weg naar vruchtbare gebieden

  • Mensen trekken ook weg of gaan andere middelen van bestaan zoeken om in leven te blijven

Slide 21 - Tekstslide

Gevolgen van de landbouwrevolutie
  • Mensen stoppen te leven als nomaden

  • Er ontstaan steden: landbouwsamenleving

  • Mensen krijgen meer bezittingen (en ongrlijkheid)

  • Er ontstaat meer zekerheid

Slide 22 - Tekstslide

Boeren in Nederland
  • Zuid-Limburg: bandkeramiekers (tot 4400 v. Chr)

  • Noord-Nederland: trechterbekercultuur (rond 3500 v. Chr.)

  • Vanaf 3000 v. Chr. zijn er in Nederland geen jager-verzamelaars meer

Slide 23 - Tekstslide

Dood en begraven
  • Graven worden steeds uitgebreider: grafheuvels en hunebedden

  • Zowel begraven als cremeren: urnenvelden

  • Doden kregen bezittingen mee: vermoedelijk geloven in leven na de dood

Slide 24 - Tekstslide

Middelen van bestaan zijn manieren om in leven te blijven.
Welke middelen van bestaan hadden de eerste mensen?
A
Wilde dieren en verzamelen
B
Jagers en boeren
C
Jagen en verzamelen
D
Boeren en verzamelaars

Slide 25 - Quizvraag

Ok, landbouw...
Welke 'optelsom' is juist over landbouw?
A
akkerbouw + landbouw = veeteelt
B
landbouw + veeteelt = akkerbouw
C
veeteelt + akkerbouw = landbouw
D
jagen/ verzamelen + akkerbouw= landbouw

Slide 26 - Quizvraag

Welke middelen van bestaan hadden de mensen tijdens de Landbouwrevolutie?
A
Jagen en verzamelen
B
Jagen, verzamelen, akkerbouw en veeteelt
C
Akkerbouw en veeteelt
D
Verzamelen, akkerbouw en veeteelt

Slide 27 - Quizvraag

De verandering in het klimaat is 1 van de oorzaken voor het ontstaan van landbouw
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Het ontstaan van nederzettingen is een oorzaak van het ontstaan van de landbouw
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Hoe kan ik aan de afbeelding zien dat de hunebedden ná landbouwrevolutie zijn gemaakt?
A
De grote stenen kwamen hier pas tijdens de landbouwrevolutie.
B
Er woonden hier te weinig mensen om samen de hunebedden te maken.
C
Er wordt gebruik gemaakt van dieren.
D
Voor de landbouwrevolutie werden er geen mensen begraven

Slide 30 - Quizvraag

De afbeelding hiernaast geeft je een indruk van het leven in een ….
A
landbouw-stedelijke samenleving
B
landbouwsamenleving
C
samenleving van jagers en verzamelaars

Slide 31 - Quizvraag

We spreken van een landbouwrevolutie, omdat ...
A
er zoveel veranderde in de manier van leven dat er een nieuw soort samenleving ontstond
B
het een verandering was die zich gedurende duizenden jaren voltrok.
C
mensen van de ene op de andere dag totaal anders gingen leven.
D
veel jager-verzamelaars nog lang bleven leven van de eerdere middelen van bestaan: jagen, vissen en verzamelen.

Slide 32 - Quizvraag

De afbeelding hiernaast laat zien hoe een Drents dorp er …….. jaar geleden uit zag.
A
500 a 600
B
5000 a 6000
C
50.000 a 60.000

Slide 33 - Quizvraag

Laatste vraag.....Bekijk de afbeelding.

Welke twee beeldelementen (iets van de afbeelding) zijn kenmerkend voor de landbouwsamenleving?
A
de boerderij en de omheining
B
de omheining en overal onkruid
C
overal onkruid en veel bomen
D
de boerderij en veel bomen

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Video