DCD - Verhoogde zorg

Developmental Coordination Disorder

Coördinatieontwikkelingsstoornis
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Developmental Coordination Disorder

Coördinatieontwikkelingsstoornis

Slide 1 - Tekstslide

In de medische prakrijk ook dyspraxie of ontwikkelingsdyspraxie
Wat is DCD?
- Ervaren van een achterstand in het ontwikkelen van motorische vaardigheden
- Opvallende en blijvende 
moeilijkheden met fijne en 
grove motorische vaardigheden

Slide 2 - Tekstslide

Ze ervaren die achterstand zonder dat er een duidelijke medische diagnose kan worden gesteld.

Tekening overlopen (wat je ziet vs. wat er ook nog kan spelen)
Wat is de oorzaak?
- verschillen in de hersenstructuur en -functie
- tekorten bij: anticiperende controle van beweging, basisprocessen van motorisch leren en cognitieve controle
- verminderde corticale dikte
- veranderde hersenactiviteit in functionele
netwerken

Slide 3 - Tekstslide

Verschillen ten opzichte van leeftijdsgenoten met een ‘normale’ ontwikkeling. 

Kinderen met DCD hebben een verminderde corticale dikte in de rechter mediale orbitofrontale cortex en veranderde hersenactiviteit in functionele netwerken
Hoe wordt de diagnose gesteld?
Op basis van:
- een klinische synthese
- een lichamelijk onderzoek
- een school- of werkplekrapport
- een individuele beoordeling m.b.v. gestandaardiseerde testen of vragenlijsten

Slide 4 - Tekstslide

Vooral: 
- met het kind/de jongere in gesprek gaan 
- wat lichamelijke testjes (springen, lopen, neus aanraken...)
DSM-V: 4 criteria
A: de uiting varieert met de leeftijd
B: enkel gediagnosticeerd als de motorische beperking aanzienlijk interfereert met dagelijkse activiteiten
C: de symptomen moeten zich in de vroege ontwikkeling uiten
D: enkel een diagnose als de problemen niet beter verklaard kunnen worden

Slide 5 - Tekstslide

Criteria in de DSM-V:
A: uiting van de verminderde motorische vaardigheden varieert met de leeftijd. Jonge kinderen kunnen vertraging oplopen bij het bereiken van motorische mijlpalen, maar halen deze vaak wel.
Oudere kinderen/volwassenen: kunnen een lagere snelheid of nauwkeurigheid vertonen bij de motorische aspecten van activiteiten

B: enkel gediagnosticeerd als de motorische beperking aanzienlijk interfereert met de uitvoering van, of deelname aan, dagelijkse activiteiten

C: de symptomen van DCD moeten zich in de vroege ontwikkeling uiten

D: diagnose enkel kan worden gesteld als de coördinatieproblemen niet beter verklaard kunnen worden (visuele beperking, neurologische aandoening)

Slide 6 - Video

00:30 - 5:00

belangrijk: jonger kind, niet van het middelbaar
Hoe vaak komt het voor?
DCD komt voor bij ongeveer 5 à 6% van de schoolgaande kinderen.
DCD komt voor bij ongeveer 5 à 6% van de schoolgaande kinderen.
(UZA, z.d.)
Hoe vaak komt het voor?

Slide 7 - Tekstslide

In Nederland:
1/10-20 (5-10 procent)

In België: 5-6 procent

Eerst samen laten nadenken over waar de leerlingen misschien moeite mee zouden kunnen hebben, dan pas in de vraag laten invullen
Waar hebben leerlingen met
DCD moeite mee?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Moeite met:
- schrijven
- knippen
- tekenen
- springen
- lopen
- ordenen van taken
- ordenen van hun agenda

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeelden

Eerst samen laten nadenken over wat de leerlingen nodig zouden kunnen hebben, dan pas laten invullen op volgende slide
Wat hebben leerlingen met DCD nodig?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Brede basiszorg
- Ordenen en organiseren: markeren van belangrijke informatie
- Fijne motoriek: fotokopieën voor de hele klas

Slide 11 - Tekstslide

Ordenen en organiseren
- Kernwoorden markeren en hoofdzaken aanduiden in een tekst kan de begrijpelijkheid vergroten.

Fijne motoriek
- Plaatsen van de leerling vooraan in de klas om het bord goed leesbaar te maken.
- Voorzien van stabilo pennen of pennen die een juiste schrijfhouding bevorderen
om verkramping te verminderen
Verhoogde zorg
- Ordenen en organiseren: stapsgewijze instructies
- Specifieke ondersteuning voor fijne motoriek: gebruik van hulpmiddelen voor het schrijven, aanpassen van de schrijfhouding, regelmatige controle van de agenda
- Technologieaanpassingen: gebruik van een chromebook, alternatieve invoerapparaten, toetsenbordinstellingen aanpassen

Slide 12 - Tekstslide

Ordenen en organiseren
- Het aanwijzen van een assistent in de klas om te helpen bij het structureren van taken en papieren is een positieve stap voor deze leerlingen.

Specifieke ondersteuning fijne motoriek
- Regelmatige controle van de agenda door een leerkracht of medeleerling kan
fouten en vergissingen voorkomen.
Specifieke onderwijsondersteuning
Grove motoriek: activiteitengeoriënteerde aanpak, therapeutische interventies en oefeningen voor specifieke bewegingen
- Sociale en motorische vaardigheden: aanmoedigen van samenwerking en plezier boven competitie, duidelijke feedback met specifieke aanwijzingen, hand-over-hand instructie

Slide 13 - Tekstslide

grove motoriek
- Activiteiten identificeren die moeilijkheden veroorzaken en methoden vinden om deze te overwinnen.
- Therapeutische interventies om specifieke bewegingen te verbeteren en de leerling aanmoedigen regelmatig te bewegen.

Sociale en motorische vaardigheden
- Benadrukken van samenwerking en plezier in activiteiten.
- Duidelijke feedback geven met specifieke instructies om bewegingen te verbeteren.

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies