Voedingsquiz

Quiz thema voedingsleer en voedselveiligheid
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Quiz thema voedingsleer en voedselveiligheid

Slide 1 - Tekstslide

Voedselbederf kan meerdere oorzaken hebben. welke hoort er NIET bij
A
Micro organismen
B
Chemische besmetting
C
Bewerkt voedsel
D
Ongedierte

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Micro organismen groeien het beste tussen de 15 en 60 graden Celsius
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

De HACCP is ooit ontwikkeld door NASA?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Er zijn 4 redenen waarom je lichaam voeding nodig heeft?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Er zijn drie redenen waarom je lichaam voeding nodig heeft. Welke hoort hier niet bij?
A
Voor energie
B
Voor vet opslag
C
Voor onderhoud en herstel van je lichaam
D
Om noodzakelijke stoffen binnen te krijgen

Slide 7 - Quizvraag

Als je onhygiënisch werkt kun je een voedselinfectie krijgen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Koolhydraten zorgen ervoor dat je organen beschermd worden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Bouwstoffen heb je nodig voor onderhoud en herstel van je lichaam
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Welke vitaminen zijn oplosbaar in water? 2 antwoorden!
A
Vitamine A
B
Vitamine B
C
Vitamine C
D
Vitamine D

Slide 14 - Quizvraag

Water in je lichaam zorgt voor?
A
Zorgt ervoor dat je cellen de juiste vorm houden
B
Zorgt voor het vervoer van allerlei stoffen
C
Regelt je lichaamstemperatuur
D
Is een oplosmiddel voor allerlei stoffen

Slide 15 - Quizvraag

Welke vitaminen zijn oplosbaar in vet. 2 antwoorden
A
Vitamine A
B
Vitamine B
C
Vitamine E
D
Vitamine C

Slide 16 - Quizvraag

Welke is niet 1 van de ''eetregels'' voor gezonde voeding?
A
Veel groente, fruit en brood eten
B
Gevarieerd eten
C
Niet te veel eten
D
Veel vet eten

Slide 17 - Quizvraag

Onverzadigde vetten zijn beter om te eten als verzadigde vetten?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Eten goed verhitten is een vorm van hygiënisch werken?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

De juiste temperatuur voor de koelkast is?
A
5 graden
B
4 graden
C
2 graden
D
10 graden

Slide 22 - Quizvraag

Je kan voedsel op 2 manieren besmetten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

In instellingen is het verboden om een zacht gekookt eitje te serveren?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Hoe vaak moet je theedoeken vervangen
A
Na elke afwasbeurt
B
Elke 2 uur
C
Iedere dag
D
Iedere week

Slide 27 - Quizvraag

Op hoeveel graden moet je theedoeken en werkdoekjes wassen?
A
40 graden
B
50 graden
C
60 graden
D
70 graden

Slide 28 - Quizvraag

Eten uit de vriezer ontdooi je altijd in de koelkast?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Zijn er nog vragen over de toets?

Slide 31 - Tekstslide

Einde les
Succes met de toets!!

Slide 32 - Tekstslide