Les 1: de Nederlandse samenleving

Burgerschap
Nederland: een democratische rechtsstaat.

Waarom hebben we wetten en regels in Nederland?
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
InternationaalMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Burgerschap
Nederland: een democratische rechtsstaat.

Waarom hebben we wetten en regels in Nederland?

Slide 1 - Tekstslide

Wat is er belangrijk voor het volgen van goed onderwijs/ goede les?

Slide 2 - Open vraag

Wat verwacht ik van de student:
Houding: Verbondenheid, Veiligheid, Vertrouwen en Verantwoordelijkheid

Aanwezigheid 
Naast afmelden OSB wordt afwezigheid altijd gemeld door een apje.

Zorg ervoor dat je spullen altijd in orde zijn.

Telefoon tijdens de lessen op stil in de tas. Dus niet op het bureau!



Slide 3 - Tekstslide

Bedenk per afspraak een consequentie: 1: Afwezigheid: te laat komen en OA. 2: Spullen vergeten 3 Telefoon tijdens de les.

Slide 4 - Open vraag

Vakantie verhalenspel
Bedenk twee waarheden en één leugen over iets wat je met de vakantie hebt gedaan.
De klas moet raden wat niet waar is.

Slide 5 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen? 
Vrijheid

Thomas Hobbes: ''het noodzakelijke kwaad'' 
De Grondwet

Regels
Wetten

Lesdoel: Aan het einde van de les kan je uitleggen waarom regels en wetten nodig zijn in een samenleving en waar deze wetten en regels vandaan komen. 



Slide 6 - Tekstslide

Vrijheid

Slide 7 - Woordweb

Wat zou er gebeuren als er geen wetten er regels waren?

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Thomas Hobbes
Zijn boek Leviathan.

De staat is het noodzakelijk kwaad 

Slide 10 - Tekstslide

Rechtsstaat:
Een land waarin de macht van de overheid wordt beperkt door regels en wetten.

Drie kenmerken:
 - de overheid moet zich aan de wet houden
 - er bestaat een scheiding van machten
 - burgers hebben grondrechten

De kenmerken zijn vastgelegd in de Nederlandse Grondwet.


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Grondwet

In de grondwet staat het volgende:
  • Hoe Nederland bestuurd wordt.
  • Hoe de macht is verdeeld en mag worden gebruikt.
  • Hoe Nederlanders inspraak kunnen hebben in het bestuur van het land.
 

Slide 13 - Tekstslide

Een voorbeeld uit de grondwet: Artikel 97:
1. Ten behoeve van de verdediging en ter bescherming van de belangen van het Koninkrijk, alsmede ten behoeve van de handhaving en de bevordering van de internationale rechtsorde, is er een krijgsmacht.

2. De regering heeft het oppergezag over de krijgsmacht.

Slide 14 - Tekstslide

''De regering heeft het oppergezag over de krijgsmacht''.
Wie heeft de eindverantwoordelijkheid over Defensie?
A
De koning
B
De minister van Defensie
C
De hoogste Generaal/Admiraal
D
De NAVO

Slide 15 - Quizvraag

De Nederlandse Grondwet (1813)

Klassieke grondrechten beschermen burgers tegen de macht van de overheid en elkaar.

Sociale grondrechten    verplichten de overheid om voor de burgers te zorgen.



 

Slide 16 - Tekstslide

klassieke of sociale grondrechten?

Recht op privacy
A
Klassieke grondrechten
B
Sociale grondrechten

Slide 17 - Quizvraag

klassieke of sociale grondrechten?

Recht op huisvesting
A
Klassieke grondrechten
B
Sociale grondrechten

Slide 18 - Quizvraag

klassieke of sociale grondrechten?

Recht op werkgelegenheid
A
Klassieke grondrechten
B
Sociale grondrechten

Slide 19 - Quizvraag

klassieke of sociale grondrechten?

Vrijheid van meningsuiting
A
Klassieke grondrechten
B
Sociale grondrechten

Slide 20 - Quizvraag

Godsdienstvrijheid
A
Klassieke grondrechten
B
Sociale grondrechten

Slide 21 - Quizvraag

Recht op onderwijs
A
Klassieke grondrechten
B
Sociale grondrechten

Slide 22 - Quizvraag

In bepaalde gevallen mag de overheid grondrechten inperken:
- om de veiligheid te garanderen
- om criminaliteit te bestrijden
Welk grondrecht wordt hier ingeperkt?


Slide 23 - Tekstslide

Welk Grondrecht wordt hier ingeperkt?

Slide 24 - Tekstslide

Wat hebben waarden, normen en regels met elkaar te maken?

Slide 25 - Tekstslide

Wetten 
  • Bepaalde regels kunnen wetten worden.
  • Worden door de overheid opgesteld.
  • Zijn vastgelegd in een wetboek.
  • Gelden voor iedereen
  • Beperken de vrijheid van burgers.
  • Beschermen van burgers.





Slide 26 - Tekstslide

Wat als wetten en regels niet worden nageleefd?

Slide 27 - Open vraag

Het recht van de sterkste




  • De overheid heeft geen gezag.
  • Wetten en regels worden niet gehandhaafd.
  • Burgers worden onderdrukt.


 

Slide 28 - Tekstslide

Thomas Hobbes noemt het recht van de sterkste ook de natuurtoestand.
Waarom heeft Hobbes het over een natuurtoestand denk je?

Slide 29 - Open vraag

Wat bedoelt Thomas Hobbes met ''de staat/overheid is het noodzakelijk kwaad?''

Slide 30 - Open vraag

Opdracht:
Bekijk het plaatje:



Schrijf minimaal 3 verschillende waarden, normen en regels op die met elkaar te maken hebben.
Bijvoorbeeld: Waarde: veiligheid  > Norm: ik zit niet op mijn telefoon als ik fiets>                       regel: Boete van 140 euro als je tijdens het fietsen op je telefoon zit.

Klaar? Ga naar je schokland licentie. Ga naar de politiek juridische dimensie thema 4 rechtsstaat. Maak kennisoefening 1 en 2


Slide 31 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les kan je uitleggen waarom regels en wetten nodig zijn in een samenleving en waar deze wetten en regels vandaan komen.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Presentatie opdracht internationaal
Aan het begin van iedere les deze periode geeft één student een korte presentatie (max 10 min) met behulp van powerpoint over een land naar keuze. Je geeft antwoord op de volgende vragen:

Waarom heb je dit land gekozen?
Waar ligt het land in de wereld?
Hoeveel inwoners telt het land?
Welke nationale feestdagen kent het land?
Vertel iets over de cultuur in het land; religie, muziek, eten, kleding dans etc. 
Wat maakt het land bijzonder? 

Slide 34 - Tekstslide