9/9

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

15/10/2020
I know how to use (used to ) in the English sentence

Slide 2 - Tekstslide

Used to
Om te zeggen dat iets vroeger gebeurde.

I used to have long hair
(but now I have short hair).
He used to smoke
(but now he doesn't smoke).
They used to live in India
(but now they live in Germany).

Slide 3 - Tekstslide

used to + hele werkwoord

Slide 4 - Tekstslide

Used to ......
'Used to' - 'vroeger'
Ik ging vroeger elke dag met plezier naar school, maar nu ......
I used to go to school with great joy, but now..........

Used to+hele werkwoord

Slide 5 - Tekstslide

Maak een zin met used to.
Wat deed jij vroeger, maar nu niet meer?

Slide 6 - Open vraag

ontkenning +used to
Je kunt used to gebruiken in ontkennenede zinnen :
didn't + use to + het hele werkwoord
Let op!!
de d aan het eind van used to verdwijnt in ontkennende zinnen

I didn't use to like milk, but I do now.
We didn't use to hang out together.

Slide 7 - Tekstslide

vragen+used to
Je kunt used to in vragende zinnen gebruiken:
Did + use to + hele werkwoord
let op!!
de d aan het einde van used to verdwijnt in vragende zin
Did you use to play football?
Did he use to cycle to school everyday?

Slide 8 - Tekstslide

(Ontkenning)
I used to have a dog

Slide 9 - Open vraag

question
Dan used to play baseball.

Slide 10 - Open vraag

Vul in: Gebruik used to + hele ww
Luisteren- Mary ______ to music.

Slide 11 - Open vraag

Let's practise
Student's book p 49

Slide 12 - Tekstslide