7.1 Van procent naar factor

Hoofdstuk 7 Exponentiele groei

       Procentuele groei
           oftewel
                                Exponentiele groei


                                              (geen leerdoelen muurtje)


factor
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7 Exponentiele groei

       Procentuele groei
           oftewel
                                Exponentiele groei


                                              (geen leerdoelen muurtje)


factor

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

!
havo en vwo hebben niet helemaal dezelfde paragrafen, dus je moet goed opletten, wat voor jou geldt!

Vandaag:
vwo: 7.1
havo: 7.2

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

rekenen met procenten
In de klas van Victor komen 18 leerlingen met de fiets naar school. Dat is 58%. Hoeveel leerlingen zitten er in de klas?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

meer dan 100%....
Jeroen verkoopt elk jaar bonbons op de vrijmarkt. Dit jaar verkocht hij 70 bonbons. Dat is 30% meer dan vorig jaar.
Hoeveel bonbons heeft hij vorig jaar verkocht?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van procent naar factor
80% van 570
100%
80%

Slide 5 - Tekstslide

maar je kunt ook zeggen:
80% = 80 van de 100, dus 80/100 en dat is 0,8.
dus 0.80 x 570
...meer dan 100%
Bart fietst 60 km per week. Hij wil 35% meer kilometers fietsen per week. Hoeveel km wil Bart per week fietsen?
factor

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

€700,- exclusief 21% btw
Wat is de prijs inclusief btw?
€ 700
100 %
      %
Bij een toename van 21% vermenigvuldig je dus met 1,21
Waarmee vermenigvuldig je bij een toename van 15% en van 3%
factor

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de factor

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

toename en afname
Als de factor>1 dan ............................

Als de factor <1 dan ............................

En als de factor 1 is?


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wiskunde in het nieuws

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

conclusie
Rekenen met een factor is dus een handige en snelle manier om te rekenen met procenten.

Je krijgt 15% korting. Hoeveel procent moet je dan nog betalen?
Wat is dan de factor om de nieuwe prijs te berekenen?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kort oefenen met de factor
40% van 215 = ..... x 215 =
13% van 342 = .....................

Wat is de factor bij:
toename met 26%
afname met 5%
toename met 12,5%

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onthoud!
hoe bereken je de factor?

factor =  


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen ~ huiswerk
Maak opg. 2 t/m 10 + leerdoelen
timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies