Het hormoonstelsel

Het hormoonstelsel
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
afpMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het hormoonstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Endocrienstelsel
Het hormoonstelsel regelt allerlei functies in het lichaam.

Hormonen: boodschapperstoffen die via het bloed worden vervoerd.

Voorbeeld?

Slide 2 - Tekstslide

Endocrienstelsel
Er zijn in het lichaam twee systemen die processen in het lichaam regelen: het zenuwstelsel en het hormoonstelsel.
(Ze werken nauw samen)


Het zenuwstelsel werkt snel, met elektrische prikkels die heel snel via zenuwvezels worden getransporteerd.
Het hormoonstelsel werkt langzaam, met boodschapperstoffen die via de bloedbaan hun doelorgaan bereiken.

Slide 3 - Tekstslide

Organen van het hormoonstelsel
hormoonklieren-> Zij maken een hormoon en scheiden dat uit naar het bloed. 

Via de bloedbaan bereikt een hormoon alle cellen.

Hormonen kunnen een orgaanfunctie stimuleren of afremmen.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Hormonen van de hypofyse (direct op organen)
Groeihormoon (GH): stimuleert de botgroei vanuit de kraakbeen-groeischijf.

Prolactine: stimuleert de melkvorming in de borst na de bevalling.

Antidiuretisch hormoon (ADH): zorgt ervoor dat de nieren minder urine maken, dus minder water uitscheiden (antidiurese).

Oxytocine: zorgt voor weeënactiviteit, stuwing van de melk naar de tepel en de moeder-kindbinding (knuffelhormoon).


Slide 7 - Tekstslide

Hormonen van de hypofyse (stimuleren andere klieren)
schildklierstimulerend hormoon ( TSH)
 

bijnierschorsstimulerend hormoon (ACTH)

hormonen die de eierstokken (LH) en testikels (FSH) stimuleren.


Slide 8 - Tekstslide

Welk orgaan is een hormoonklier?
A
Speekselklier
B
galblaas
C
eierstok
D
milt

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

In het hormoonstelsel treedt negatieve feedback op. Wat wordt hier bedoeld met 'negatieve feedback'?
A
Een stimulerende werking op de hormoonklieren
B
Een remmende werking op de hormoonklieren

Slide 11 - Quizvraag

Hoe noem je het schildklier stimulerend hormoon?
A
TSH
B
FSH
C
GH
D
Insuline

Slide 12 - Quizvraag

Thyroxine T3 en T4
  • de stofwisseling in alle cellen
  • de groei van het lichaam en de 

ontwikkeling van de hersenen

Voor de vorming van het
schildklierhormoon is Jodium nodig.
Zeevis, eieren, zuivelproducten en zeewier

Slide 13 - Tekstslide

Stress
Bijnieren produceren cortisol
adrenaline en noradrenaline
(Hypofyse -> ACTH -> bijnieren -> cortisol)
Cortisol in de bijnierschors
Adrenaline en noradrenaline in het bijniermerg

Slide 14 - Tekstslide

Cortisol
Cortisol heeft vooral invloed op de opbouw en afbraak van koolhydraten, vetten en eiwitten

  • stijging van de glucosespiegel
  • remming van de opbouw van huid en spieren (spieratrofie)
  • remming van ontstekingsreacties
  • Slaap ritme
  • remming van afweer en immuniteit
  • vetopslag, vooral in de romp, de nek en het gezicht




Slide 15 - Tekstslide

ADH
ADH is het anti-diuretisch hormoon uit de hypofyse. ADH wordt afgescheiden bij een (dreigend) vochttekort en zorgt voor minder uitscheiding van water via de urine. Dit gebeurt bij hitte, grote inspanning en sterke transpiratie, braken en diarree.

Slide 16 - Tekstslide

Oxytocine
voor - tijdens - na de bevalling

  • Weeën
  • Stuwing van moedermelk
  • Knuffelhormoon (binding van mensen)

Prolactine -> hormoon zorgt voor aanmaak van moedermelk 

Slide 17 - Tekstslide

Geslachtshormonen
Oestrogeen en progesteron -> vrouwen (Oestrogenen beïnvloeden het baarmoederslijmvlies, stemming en gedrag. Progesteron beïnvloedt het baarmoederslijmvlies en houdt zwangerschap in stand) worden geproduceerd in de eierstokken

Testosteron -> mannen (is verantwoordelijk voor de spierontwikkeling, zin in seks, aanmaak van zaadcellen en agressief gedrag)

Slide 18 - Tekstslide

Alvleesklierhormonen
Regulering buiten 
de hypofyse en 
hypothalamus om

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
Maak een mindmap van de hormonen uit Learnbeat, met de functie van elk hormoon en de plaats (orgaan) waar het hormoon wordt gemaakt. 

Dit wordt een handig hulpmiddel voor je om mee te leren. 
Tip: kijk dit filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=EwqtJdR25gs

Slide 20 - Tekstslide

Kennistestbank
Maak de kennistest van het spijsverteringsstelsel van de kennistestbank.  
Heb je dat klaar?
Noteer alle vragen die je fout hebt beantwoord.

Voor elke foutieve vraag, schrijf een korte theoretische onderbouwing waarin je uitlegt:
- Wat het juiste antwoord is.
- Waarom jouw oorspronkelijke antwoord fout was.
- Gebruik learnbeat om je onderbouwing te ondersteunen. (en anders een andere betrouwbare bron) voeg bronvermelding toe.
Inleveren:
Het resultaat + de reflectie (bovenstaande opdracht) lever je in, in Canvas (onderaan de module bij Reflectie Kennistestbank)

Slide 21 - Tekstslide