4.2 Brand




Brand!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
naskMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les




Brand!

Slide 1 - Tekstslide

4.2 Brand
Agenda: 
Voorkennis activeren : 5min 
leerdoelen : 5 min 
uitleg : 10 min 
zelfstandis werken : 20 min 
Afsluiting : 5 min

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de brandstof in een cv-ketel?
A
Aardgas
B
houtskool
C
hout
D
alcohol

Slide 3 - Quizvraag

Als aardgas niet volledig verbrandt, ontstaat er een giftige stof.
Wat is de oorzaak van onvolledige verbranding?
A
Onvoldoende brandstof
B
onvoldoende zuurstof
C
te lage temperatuur
D
te veel rook

Slide 4 - Quizvraag

Welke giftige stof komt vrij bij de onvolledige verbranding van aardgas?
A
Kalkwater
B
koolstofdioxide
C
koolstofmonoxide
D
Stikstof

Slide 5 - Quizvraag

In huis vind je allerlei warmtebronnen.
a Noteer drie warmtebronnen in huis die chemische energie verbruiken.

Slide 6 - Open vraag

4.2 Brand !
Leerdoelen :
  • Je kunt uitleggen wat de ontbrandingstemperatuur van een stof is. 
  • Je kunt de drie voorwaarden noemen waaraan moet zijn voldaan om een brand te laten ontstaan. 
  • Je kunt de drie manieren noemen om een brand te blussen en telkens een voorbeeld geven van zo'n blusmethode.

Slide 7 - Tekstslide

Introductie 
 
Benzine vliegt gemakkelijker in brand dan hout. Als er een brand uitbreekt, moet je die zo snel mogelijk blussen. Bij het blussen van een benzinebrand ga je anders te werk dan bij het blussen van een houtbrand.

Slide 8 - Tekstslide

Voorwaarden voor verbranding 
Benzine vliegt niet zomaar in brand. Je moet het eerst aansteken, bijvoorbeeld met een lucifer. Door de hete, brandende lucifer wordt de benzine warmer. Als de benzine een bepaalde temperatuur bereikt, gaat het branden. De temperatuur waarbij een stof gaat branden noem je de ontbrandingstemperatuur. Iedere stof heeft zijn eigen ontbrandingstemperatuur. 
 

Slide 9 - Tekstslide

De ontbrandingstemperatuur van benzine is ongeveer 270 °C. Eikenhout heeft een ontbrandingstemperatuur van 400 °C. Als benzine of hout eenmaal boven de ontbrandingstemperatuur is, blijft de stof vanzelf branden. De warmte die vrijkomt bij het verbranden zorgt ervoor dat de stoffen boven hun ontbrandingstemperatuur blijven.

Slide 10 - Tekstslide

Om een brand te laten ontstaan moet aan drie voorwaarden zijn voldaan : 
Er moet een brandstof aanwezig zijn. 
Er moet voldoende zuurstof aanwezig zijn, bijvoorbeeld uit lucht. 
De temperatuur van de brandstof moet hoger zijn dan de ontbrandingstemperatuur.

Slide 11 - Tekstslide

BRAND!

Slide 12 - Tekstslide

Een brand blussen  
 
Brand is een ongewenste situatie. Als je niet ingrijpt, zal de verbranding steeds sneller en heftiger verlopen. Een brand moet je daarom zo snel mogelijk blussen. Om een brand te blussen moet je minstens één van de voorwaarden voor brand wegnemen. Dat kan op drie manieren. 
 

Slide 13 - Tekstslide

Een brand blussen
  • Je kunt de brandstof weghalen.  
  • Je kunt de aanvoer van zuurstof (lucht) blokkeren.  
  • Je kunt de stof afkoelen tot onder zijn ontbrandingstemperatuur.

Slide 14 - Tekstslide

Brandstof weghalen

Slide 15 - Tekstslide

Aanvoer van lucht blokkeren

Slide 16 - Tekstslide

Afkoelen tot onder de ontbrandingstemperatuur

Slide 17 - Tekstslide

Gevolgen voor het milieu 
Als dit water in het riool stroomt, neemt het de brandstof mee. Als die brandstof giftig is, kan dat rampzalige gevolgen voor het milieu hebben. Ook is het gevaarlijk voor mensen. Het riool vult zich namelijk met giftige dampen, die via afvoerputjes en toiletten in je huis terecht kunnen komen.

Slide 18 - Tekstslide

Zelf aan de slag! 
Nova boek b.l.z 179 & 1 80 doorlezen.  
Blauwe woorden betekennis zoeken.  
Opgaven 1 t/m 7 op blz. 181 & 183 maken.  
Klaar?  
Huiswerk opgaven 8 t/m 12 blz. 1 84 & 185 maken.

Slide 19 - Tekstslide

Afsluiting
Leerdoelen : 
Je kunt uitleggen wat de ontbrandingstemperatuur van een stof is.  
Je kunt de drie voorwaarden noemen waaraan moet zijn voldaan om een brand te laten ontstaan.  
Je kunt de drie manieren noemen om een brand te blussen en telkens een voorbeeld geven van zo'n blusmethode.

Slide 20 - Tekstslide