j3ns2 - 30 nov 2020 - H3.3 massaverhouding deel 2

ammoniak + waterstofchloride --> salmiak

Ik heb 66 kg. Hiervoor heb ik 21 kg waterstofchloride gebruikt. Leg uit hoeveel ammoniak ik gebruikt heb. Gebruik de wet van massabehoud in je uitleg.
1 / 16
volgende
Slide 1: Open vraag
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

ammoniak + waterstofchloride --> salmiak

Ik heb 66 kg. Hiervoor heb ik 21 kg waterstofchloride gebruikt. Leg uit hoeveel ammoniak ik gebruikt heb. Gebruik de wet van massabehoud in je uitleg.

Slide 1 - Open vraag

Programma en lesdoelen
Programma:
  • Nakijken
  • Extra oefening
  • Overmaat
  • Afsluiten


Lesdoelen:
- Je kan rekenen aan reacties met behulp van de massaverhouding en de wet van massabehoud
- Je kan uitleggen wat er met overmaat bedoeld wordt

Slide 2 - Tekstslide

Vraag 18a (blz. 97). Geef het reactieschema van de reactie

Slide 3 - Open vraag

Vraag 18b (blz. 97). Hoeveel gram zuurstof nodig bij 20 gram methaan (typ ook je berekening)

Slide 4 - Open vraag

Vraag 18c. Hoeveel gram koolstofdioxide ontstaat er bij de verbranding van 20 gram methaan.

Slide 5 - Open vraag

Vraag 18c. Hoeveel gram water ontstaat er bij de verbranding van 20 gram methaan.

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken en extra oefening
Opdracht 1: Ga naar Classroom en kijk je huiswerk na (antwoorden H3.3 massaverhouding). Verbeter met andere kleur pen.

Opdracht 2: Ga naar Classroom - extra oefening massaverhouding en maak de opdrachten in je schrift. 
timer
15:00

Slide 10 - Tekstslide

Wat is je antwoord op opdracht 1a, b, c d en e? Alleen het antwoord (niet de berekening)

Slide 11 - Open vraag

Wat is je antwoord bij opdracht 2? Noteer antwoord + korte uitleg

Slide 12 - Open vraag

Wat je antwoord bij opdracht 3. Noteer je antwoord + korte uitleg

Slide 13 - Open vraag

Overmaat
Overmaat: Bij een verkeerde massaverhouding is één beginstof altijd teveel. 

De stof waarvan je teveel hebt, is in overmaat

Slide 14 - Tekstslide

Ik wil een broodje hamburger maken. Welke stof(fen) is/zijn in overmaat?

Let op: Je kan meerdere antwoorden kiezen.
A
sla
B
kaas
C
hamburger
D
broodje

Slide 15 - Quizvraag

Afsluiten
Lesdoelen:
- Je kan rekenen aan reacties met behulp van de massaverhouding en de wet van massabehoud
- Je kan uitleggen wat er met overmaat bedoeld wordt

Slide 16 - Tekstslide