over koetjes en kalfjes praten
1 / 12
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Een gesprek over koetjes en kalfjes gaat over...
A
koeien
B
iets dat heel belangrijk is
C
iets dat helemaal niet belangrijk is
Slide 2 - Quizvraag
"Ik heb een probleem, kun je me helpen?"
A
Dit hoort bij een gesprek over koetjes en kalfjes.
B
Dit hoort NIET bij een gesprek over koetjes en kalfjes.
Slide 3 - Quizvraag
Wil je thee?
A
Ja, goed. Heel mooi.
B
Zeg het wel.
C
Zeg dat wel.
D
Ja, graag.
Slide 4 - Quizvraag
Ik was erg ziek maar nu voel ik me weer beter.
A
Wat jammer!
B
Nee, klopt!
C
Gelukkig.
D
Ja, lekker he?
Slide 5 - Quizvraag
Wat een slecht weer, vind je niet?
A
Ik houd juist van dit onstuimige weer.
B
Zeg het wel!
C
Zeg dat wel!
D
Nee, klopt!
Slide 6 - Quizvraag
Doe haar de groeten terug. (say hello back)
A
Zal ik doen.
B
Ja, ik ook.
C
Dat zal ik doen.
D
Wat lekker.
Slide 7 - Quizvraag
Hoe gaat het met je?
A
Gaat wel. En met jou?
B
Prima, en met jou?
C
Uitstekend! Heerlijk weer ook!
D
Niet zo goed, ik heb veel problemen.
Slide 8 - Quizvraag
Poeh, poeh! Ik ben toe aan koffie!
A
Zal ik een bakje koffie voor je halen?
B
Prima, en met jou?
C
Ja, ik ook na die lange wandeling.
D
Dat zal ik doen.
Slide 9 - Quizvraag
Het adres was makkelijk te vinden.
A
Ja, dat dacht ik wel.
Zo dichtbij het station.
B
Dat is geen probleem.
C
Wat lekker!
D
Gelukkig!
