Werkwoordspelling klas 1

Doelen van deze lessenserie

* Je weet hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spelt;

* je weet hoe je de persoonsvorm in de verleden tijd van zwakke werkwoorden spelt;

* Je weet hoe je de persoonsvorm verleden tijd van sterke werkwoorden spelt;

* Je weet hoe je de voltooid en onvoltooid deelwoorden spelt. 

Les 1 

* Diagnostische toets!

* Jullie gaan de toets maken, daarna gaan we hem klassikaal nakijken. 

* N.a.v. het aantal fouten ga je aan de slag met de lesstof uit het boek. 

Aan de slag. Na 15 minuten nakijken. 

Vorige les:

* Jullie hebben een diagnostische toets gemaakt en jullie gaan vandaag aan de slag met de lesstof die op het antwoordmodel staat, maar eerst gaan we de norm bespreken. 

De norm: staat op het antwoordvel! 

Aan de slag: wie wil er graag nog wat uitleg van de docent?

Rust in de klas: ieder gaat aan het werk. 

Na elk gemaakte oefening kan de leerling zelf nakijken m.b.v. een nakijkmodel. 

Even oefenen: pv ott

-  Hij .... 1000 euro voor die oude auto (bieden)

- Wanneer .... jij op het vliegveld? )landen)

-  Sinds een half jaar ... ik zelf op mijn splinternieuwe fatbike (rijden)

Even oefenen: pv ovt

- Hij wist niet wat het antwoord was, hij ... dus maar wat. (raden)

- Door de vele regen ... de auto die al weken in het weiland stond (roesten)

- Nadat hij zich met het mes had gesneden ... hij vreselijk (bloeden)

- De tuinman ... de nieuwe heesters, omdat zijn vrouw deze struiken zo mooi vond. (planten) 

Even oefenen: vd en od 

- ... liep de leraar, na een dag hard werken, het lokaal uit (fluiten)

- Na 30 jaar op dezelfde plek te hebben ...., verhuisden mijn opa en oma naar een nieuw appartemen. (verhuizen)

- Het verliefde stelletje heeft de hele avond .... (dansen)

- De leerling zat .... over het proefwerk gebogen. (nadenken)

- Deze romcom waarin Jim Bakkum speelt is helemaal .... (floppen) 

Oefening voor de laatste 10 minuten

Petje op, petje af 

Of sta op, blijf zitten 

Of een andere variant

Een insectenplaag .... men tegenwoordig met biologische middelen.

1. Petje op: bestrijd
2. Petje af: bestrijdt

Over het algemeen ... ik reizen per trein prettiger dan reizen met de auto.

1. Petje op: vind
2. Petje af: vindt

Hoeveel ... jij gemiddeld aan je huiswerk?

1. Petje op: besteedt
2. Petje af: besteed

De leraar ... je ... om het proefwerk goed te leren.

1. Petje op: raadt ... aan
2. Petje af: raad ... aan

Nadat de deuren gesloten waren, ... de gezagvoerder de motoren.

1. Petje op: starte
2. Petje af: startte

Toen de afwas klaar was, ... Astrid zich naar buiten.

1. Petje op: haastte
2. Petje af: haaste

De leerlingen werden ..., omdat ze te laat waren

1. Petje op: gestrafd
2. Petje af: gestraft

Luid ... kwam de docent het lokaal binnen.

1. Petje op: kuchend
2. Petje af: kuchent

De oliemagnaat heeft zijn zoon, in wie hij ... was, ...

1. Petje op: teleurgesteld, onterft
2. Petje af: teleurgesteld, onterfd

De huisarts ... de patiënt naar het ziekenhuis.

1. Petje op: verwees
2. Petje af: verwijsde

Verdiepende opdracht

Elke leerling schrijft een verhaaltje dat afspeelt in de verleden tijd. Waar gaat het over? Bepaal met de leerlingen. 

In het verhaaltje staan drie persoonsvormen in de verleden tijd en twee voltooid deelwoorden en een onvoltooid deelwoord. 

15 minuten voor het maken. Uitwisselen met een andere leerling. Hij/zij haalt de pv's, volt. deelw. en onvolt. deelwoord eruit. 

Denk ook aan hoofdletters e.d.