3 Kader - Maatschappijleer - Criminaliteit - H3

Criminaliteit

  • Duur les 50 minuten
  • Uitleg +/- 30 minuten
  • Vragenrondje 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Criminaliteit

  • Duur les 50 minuten
  • Uitleg +/- 30 minuten
  • Vragenrondje 

Slide 1 - Tekstslide

Criminaliteit

Aan het einde van deze les kan je:
  • De 5 theorieen opnoemen die crimineel gedrag kunnen verklaren. 
  • De 5 theorieen met elkaar verbinden bij de verklaring van crimineel gedrag. 

Slide 2 - Tekstslide

Criminaliteit

Regels
  • Als je in de online-les zit neem je actief deel. 
Dus als je een vraag stelt: camera en microfoon aan
  • Niet onnodig jezelf un-muten. Als je een vraag hebt, steek je je hand op.                    Als ik je de beurt geef -> regel 1.
  • Huiswerk is jouw verantwoordelijkheid. De toets wijst uit of je wel of niet geleerd hebt.  

Slide 3 - Tekstslide

Criminaliteit
Wat is een theorie? 
Wetenschappers hebben veel onderzoek gedaan naar crimineel gedrag. In dit hoofdstuk behandelen we theorieën die crimineel gedrag kunnen verklaren.

Slide 4 - Tekstslide

Criminaliteit
Wat is een theorie? 
  • De persoonlijkheidstheorie.
  • De bindingstheorie.
  • De aangeleerd-gedrag-theorie.
  • De etiketteringstheorie.
  • De gelegenheidstheorie.

Slide 5 - Tekstslide

Criminaliteit
De persoonlijkheidstheorie
  • Volgens de psycholoog Sigmund Freud hebben mensen van nature twee oerdriften: seks en agressie. 
  • Daarnaast hebben we een geweten, waardoor we niet zomaar toegeven aan oerdriften.
Mensen die hun oerdriften minder goed kunnen beheersen kunnen bijvoorbeeld eerder agressief gedrag vertonen.

Slide 6 - Tekstslide

Criminaliteit
De bindingstheorie
  • Mensen hebben bindingen met allerlei mensen. Bijvoorbeeld met familie, partner, vrienden en collega’s.
  • Omdat je je omgeving niet teleur wilt stellen, ben je minder snel geneigd crimineel gedrag te vertonen.
  • Mensen die minder bindingen hebben vertonen gemiddeld vaker crimineel gedrag.

Slide 7 - Tekstslide

Criminaliteit
De etiketteringstheorie
  • Iemand die eenmaal een misdaad heeft begaan krijgt soms het etiket crimineel opgeplakt.
  • Sommigen mensen die het etiket crimineel opgeplakt hebben gekregen door hun omgeving, gaan zich daar vervolgens ook naar gedragen.
Wat doet de overheid om te voorkomen dat jongeren het etiket crimineel krijgen opgeplakt? 


Slide 8 - Tekstslide

Criminaliteit
De gelegenheidstheorie
  • Mensen wegen de pakkans af tegen wat het ze oplevert.
‘De gelegenheid maakt de dief.’

Noem drie soorten misdrijven waarbij dit een logische theorie zou kunnen zijn.

Slide 9 - Tekstslide

Criminaliteit
Een combinatie van theorieën
  • Het is niet zo dat er bij een misdrijf sprake is van één oorzaak. Vaak er is sprake van een combinatie van factoren.


Beschrijf een situatie van iemand die een misdrijf pleegt waarin ten minste drie theorieën een oorzaak hebben gespeeld. 



Slide 10 - Tekstslide

Werk serieus
Stoor niemand
Laat je niet afleiden
Een oortje in mag
Huiswerk: Blz.  159 en 160

Slide 12 - Tekstslide

Criminaliteit

Nu kan je:
  • De 5 theorieen opnoemen die crimineel gedrag kunnen verklaren.
  • De 5 theorieen met elkaar verbinden bij de verklaring van crimineel gedrag. 

Slide 13 - Tekstslide