Fase 1, les 3

1 / 46
volgende
Slide 1: Interactive video met 2 slides
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

2

Slide 1 - Video

00:45
Kies het werkwoord.
A
Rahma en Asmae
B
scoren
C
allebei
D
doelpunten

Slide 2 - Quizvraag

02:04
Welk woord is naast WIL nog meer een werkwoord in deze zin?
Sanne wil later piloot worden...
A
Sanne
B
later
C
piloot
D
worden

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

werkwoorden

Slide 5 - Woordweb

4

Slide 6 - Video

03:23
Elke
zondag
ga
ik
samen
met
buurman
Harry
vissen
aan
de
rand
van
de
dichtstbijzijnde
sloot

Slide 7 - Sleepvraag

04:07
zelfstandige
naamwoorden

Slide 8 - Woordweb

04:52
Welke woorden uit de zin zijn zelfstandige naamwoorden?
A
kersverse, bruidspaar, met
B
bruidspaar, geluk, ontzettend
C
bruidspaar, geluk, leven
D
daarom, hoop, dat

Slide 9 - Quizvraag

03:23
Hoeveel zelfstandig naamwoorden zitten er in de voorbeeldzin?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Video

Vink de juiste bezittelijke voornaamwoorden aan.
jouw
hun
jou
mij
m'n
mijn
jullie
zij
haar
ons

Slide 12 - Poll

4

Slide 13 - Video

02:30
Wat is het persoonlijk voornaamwoord in voorbeeldzin 1?
A
ik
B
ben
C
meester
D
Nicky

Slide 14 - Quizvraag

02:47
Wat is het persoonlijk voornaamwoord in voorbeeldzin 2?
A
Flore
B
gaat
C
met
D
hen

Slide 15 - Quizvraag

03:18
Wat zijn de persoonlijke voornaamwoorden in voorbeeldzin 3?
A
aan, alles
B
wij, jullie
C
dat, maken
D
te, voor

Slide 16 - Quizvraag

03:45
Wat zijn de persoonlijke voornaamwoorden in voorbeeldzin 4?
A
ik, je
B
ik, mijn
C
het, mijn
D
ik, vinden

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Video

Vink de aanwijzende voornaamwoorden aan.
hij
die
mijn
haar
dat
diegene
zulke
zo'n
het
ik

Slide 19 - Poll

Spel
Welk team is het snelst? En geeft het juiste antwoord?
Maak 4 teams. Neem een drukknop en probeer zo snel mogelijk te drukken én antwoord te geven. 

Slide 20 - Tekstslide

Nico vertrekt deze week met zijn vrienden naar Spanje. 

Slide 21 - Tekstslide

werkwoord

Slide 22 - Tekstslide

Hebben jullie onze achterburen ook een uitnodiging gestuurd?

Slide 23 - Tekstslide

persoonlijk voornaamwoord

Slide 24 - Tekstslide

Onze klantenservice heeft uw schriftelijke klacht in behandeling genomen. 

Slide 25 - Tekstslide

bezittelijk voornaamwoord

Slide 26 - Tekstslide

Voor hun jongste zoon hebben onze buren een tweedehands auto gekocht. 

Slide 27 - Tekstslide

werkwoord

Slide 28 - Tekstslide

In de laatste minuut scoorde Josh nog een doelpunt

Slide 29 - Tekstslide

zelfstandig naamwoord

Slide 30 - Tekstslide

Volgende maand gaan we een paar dagen naar Spanje. 

Slide 31 - Tekstslide

zelfstandig naamwoord

Slide 32 - Tekstslide

Die goedkope kaarten heb ik laatst online gekocht. 

Slide 33 - Tekstslide

aanwijzend voornaamwoord

Slide 34 - Tekstslide

Zulke vreemde verhalen blijken vaak een hoax te zijn. 

Slide 35 - Tekstslide

aanwijzend voornaamwoord

Slide 36 - Tekstslide

Matthijs en Kim waren tevreden over het festival dat zij georganiseerd hadden. 

Slide 37 - Tekstslide

persoonlijk voornaamwoord

Slide 38 - Tekstslide

Vorig jaar is Nassim gestopt met zijn klusbedrijf. 




(nog 3 vragen)

Slide 39 - Tekstslide

bezittelijk voornaamwoord

Slide 40 - Tekstslide

Volgend jaar wordt de premie voor de ziektekostenverzekering waarschijnlijk weer verhoogd. 




(nog 2 vragen)

Slide 41 - Tekstslide

werkwoord

Slide 42 - Tekstslide

Met deze klus zijn we bijna klaar. 




(laatste vraag)

Slide 43 - Tekstslide

persoonlijk voornaamwoord

Slide 44 - Tekstslide

Wie heeft er gewonnen?

Slide 45 - Tekstslide

En nu...
Maak de opdrachten van deze week (40) of maak eerdere opdrachten af. Ga in elk geval bezig met de opdrachten van het overzicht van periode 1. 

Slide 46 - Tekstslide