Betoog H3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Welkom!

- Lesdoelen

- Uitleg: betoog 

(theorie & opdracht)

- Aan de slag!

Lesdoelen

Aan het einde van de les...

...weet je wanneer je een betoog moet schrijven voor een cijfer.

...kun je uitleggen hoe de opbouw van een betoog er uitziet;

...kun je argumenten uit een betoog benoemen;

...kun je vertellen wat de opdracht is.

Toetsdatum

H3A = woensdag 20 februari

H3D = woensdag 20 februari

De opdracht

Je hebt een boek gelezen van de lijst.

Je schrijft een betoog van vijf alinea's waarin je de bibliothecarissen overtuigt om dit boek wel / niet aan te schaffen (zie  opdracht in je mail)

Lees de opdracht en het beoordelingsformulier.

welkom!

 10 minuten lezen 

Lesdoelen

Opdracht 3 maken 

 Quizvragen

Lesdoelen

Aan het einde van de les...

...kun je een schrijfplan maken voor een betoog;

...kun je signaalwoorden op de juiste manier gebruiken;

...kun je een middenstuk schrijven voor een betoog.

Aan de slag!

Maak opdracht 3, blz. 149.

Let op: punt 1, 2 & 3 in tweetallen,

10 minuten!

Punt 5 maak je individueel ->in stilte!!

10 minuten!

Het doel van een betoog is anderen overtuigen

1. Juist
2. Onjuist

Je werkt in een betoog toe naar het slot waarin je standpunt duidelijk wordt

1. Juist
2. Onjuist

Een voorbeeld van een signaalwoord

1. Namelijk
2. Conclusie
3. Alinea
4. Omdat

Welkom!

- quiz terugblik ( wanneer toets etc)

- bouwplan voorbeeld opdracht 3.5

- argument van zelfgekozen boek uitwerken - alinea2 

Lesdoelen

Aan het einde van de les...

...kun je een argument uitwerken;

...kun je signaalwoorden op de juiste manier gebruiken;

...kun je een argument overtuigend opschrijven. 

Aan de slag!

Uitwerken alinea 2 --> argument 1 (Ik ben van mening dat de bibliotheek dit boek zou aanschaffen, omdat ...)

Uit beoordelingsformulier:

- In de eerste alinea van het middenstuk geef je een duidelijk, overtuigend geformuleerd argument voor jouw standpunt inclusief geldige voorbeelden uit het boek. 

- Betrek ook een van de volgende aspecten bij je argumentatie: de personages, opbouw, verhaallijnen en schrijfstijl. 

- Gebruik signaalwoorden, verwijswoorden, synoniemen, samengestelde zinnen, lijdende en bedrijvende vorm.