Les 1: bovenste luchtwegen, griep en verkoudheid

P4 : Lucht
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
farmacotherapieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

P4 : Lucht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen periode 4

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
  • Wat de meest voorkomende aandoeningen van de bovenste luchtwegen zijn
  • Wat de werking en toepassing is van de verschillende geneesmiddelgroepen die bij luchtwegaandoeningen worden gebruikt
  • Welke patiënteninstructies van belang zijn bij geneesmiddelen bij luchtwegaandoeningen. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel weet je al over de luchtwegen?
Ik weet veel
Ik weet een beetje
Voor mij is dit nog nieuw

Slide 5 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Luchtwegen
Bovenste luchtwegen
  • Mondholte
  • Neusholte
  • keelholte
Onderste luchtwegen
  • luchtpijp, de luchtpijptakken (bronchiën) en het longweefsel (longblaasjes).

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandoeningen van de luchtwegen
  • Verkoudheid
  • Overgevoeligheid/ allergie
  • Aften
  • Keelinfecties

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allergische reactie
Abnormale reactie op lichaamsvreemde stof (allergeen)
Normaal merk je niets van het onschadelijk maken van antigeen
Als je klachten krijgt --> allergische reactie
Antigeen = allergeen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allergie

  • Onstaat na HERHAALD contact
  • Elke lichaamsvreemde stof--> specifiek antilichaam
  • Antilichamen opgeslagen en gebonden aan mestcellen
  • Te heftige reactie -->mestcel kapot --> mediatoren vrij (histamine)



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allergie
  • Allergie is niet te voorspellen
  • Eventueel per keer anders
  • Niet aangeboren
  • Wel erfelijk is aanleg voor allergie > contact allergie vermijden
  • medicatie, voedsel (gluten)


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verdieping aandoeningen 
wat 
Maak een mindmap over verkoudheid, overgevoeligheid, aften. Benoem de symptomen, oorzaak en niet medicamenteuze adviezen
Tijd 
15 min
hoe
In twee tallen
hulp
boek-buur
uitkomst
Je  weet wat de meeste voorkomende aandoeningen zijn van de luchtwegen en welke symptomen daarbij horen
klaar
klassikaal

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling infecties
Bacterie --> antibioticum (oraal)
Virus -->symptomen behandelen
Schimmel -->antimycoticum (lokaal)



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niet medicamenteus
Aandoeningen van de mond
  • Reinigen gebit
  • Verhogen speekselproductie :zuigtablet, kauwgom
  • Gorgelen: met vloeistof
Verkoudheid
  • Stomen; verminderd hoofdpijn en oorpijn


Slide 16 - Tekstslide

Poetsen met zachte borstel
Verhoging speekselproductie  smering mond en keel
Speeksel is ook licht antiseptisch
De geneesmiddelen in een zuigtablet hebben zelf nauwelijks effect (te korte verblijftijd voor goede werking)
Zuigen is de goede werking, kiezelsteentje zou ook kunnen , maar beschadigt mogelijk gebit
Bij gorgelen spieren en weefsles in de keel beter doorbloed, bevordert genezing
Gorgelen zachtjes en hoofd regelmatig bewegen naar voren, achteren en opzij



Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geneesmiddelen koppelen aan geneesmiddelgroepen
wat 
Je krijgt aantal geneesmiddelen en een werkblad met daarop de geneesmiddelgroepen
Tijd 
15 min
hoe
In twee tallen
hulp
boek-buur
uitkomst
Je kan de geneesmiddelen koppelen aan de geneesmiddelgroepen. Je neemt het over in je tabel
klaar
klassikaal

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werking van de geneesmiddelen
wat 
Beantwoord de volgende meerkeuze vragen
Tijd 
10 min
hoe
In twee tallen
hulp
boek-buur
uitkomst
Je kent de werking van de belangrijkste geneesmiddelen
klaar
Je neemt de antwoorden over in je tabel

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is waar over xylometazoline
A
geeft een vernauwing van de kleine bloedvaten van het neusslijmvlies, waardoor het neusslijmvlies slinkt
B
mag maximaal 7 dagen gebruikt worden
C
mag je meer dan 3 keer per dag gebruiken
D
vermindert de loopneus

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Corticosteroid neusspray's :
A
vermindert ontsteking in de neus
B
werken pas na een paar weken
C
therapietrouw is van belang
D
vermindert zwelling in de neus

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

cromoglicinezuur neusspray's :
A
Remmer histamineafgifte
B
moet je gebruiken voordat je in aanraking komt met het allergeen Beschermt neusslijmvlies tegen overgevoeligheidsreactie
C
therapietrouw is van belang
D
1-2 keer per dag gebruiken

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

antihistaminica neusspray's
A
blokkeren de werking van histamine
B
levocabastine is alleen op recept
C
bij acute klachten van overgevoeligheid
D
verminderen de ontsteking in de neus

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

eisen neusspray
  • Neusdruppels = rhinoguttae
  • Isotoon
  • Geconserveerd
  • Viscositeit
  • Voor gebruik neus snuiten
  • Druppels: hoofd opzij (eventueel achterover)
  • Pipetje reinigen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoesten

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoest
  • Bij aandoening bovenste en onderste luchtwegen
  • Reactie op prikkel= nuttig
  • Acuut hoesten = korter dan 3 weken
  • oorzaak: luchtweginfectie, longontsteking, hyperreactiviteit van de slijmvliezen (roken, airconditioning), ACE remmer


Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoesten door acre-remmer

  • ace-remmer: hartaandoeningen
  • bijwerking
  • prikkelhoest
  • A2 antagonisten als alternatief 
  • let op chronisch gebruik codeïne

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoest

  • productief: vooral slijm
  • niet-productief: kriebel/prikkel, vastzittende hoest

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoestmiddelen
  • Hoestprikkeldempende stoffen
  • Expectorantia (slijm ophoesten makkelijker)
  • Mucolytica (slijm afgebroken, minder taai)
  • Emollientia (verzachten slijmvliezen)
  • Antihistaminica

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geneesmiddelen bij hoest
wat 
Je gaat je verdiepen in de geneesmiddelen die gebruikt worden bij hoestklachten
Tijd 
10 min
hoe
In twee tallen
hulp
boek-buur
uitkomst
Je kent de geneesmiddelgroepen, geneesmiddelen en werking van de geneesmiddelen bij hoest
klaar
Je neemt de antwoorden over in je tabel

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op
  • hoestmiddelen en diabetes
  • noscapine + VKA! 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 3 dingen heb je deze les geleerd

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
  • vooruitblik
  • huiswerk
  • rondvraag 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Versopte neus
Verkoudheid
Overgevoeligheid

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aften
Keelpijn
ontsteking mondslijmvlies

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies