Hoofdletters en leestekens wk 35

Periode 1
Tussentoets taalverzorging (week 38)
Project Water
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Periode 1
Tussentoets taalverzorging (week 38)
Project Water

Slide 1 - Tekstslide

Programma van vandaag

Instructie 
Aan de slag 
Check-out

Slide 2 - Tekstslide

Vind jij leestekens en hoofdletters belangrijk?
Ja
Nee

Slide 3 - Poll

In welke situaties zijn leestekens en hoofdletters belangrijk?

Slide 4 - Woordweb

Hoofdletters
  • Begin van de zin
Vandaag beginnen we eindelijk met de lessen.

Uitzonderingen
's Avonds loop ik met de hond door het Maximapark.
172 leerlingen hebben de enquête ingevuld.
% betekent procent.

Slide 5 - Tekstslide

A) Veertien mensen zagen jou.
B) veertien mensen zagen jou.
A
A
B
B

Slide 6 - Quizvraag

A) 't is best leuk op deze manier.
B) 't Is best leuk op deze manier.
C) 'T is best leuk op deze manier.
A
A
B
B
C
C

Slide 7 - Quizvraag

Hoofdletters
  • Bij namen
Henk de Vries vroeg aan mevrouw Van Dam of ze wat wilde gaan drinken bij familie Van der Zanten.


Henk de Vries --> met voornaam dan geen hoofdletter bij voorzetsel
mevrouw Van Dam --> zonder voornaam dan een hoofdletter bij het voorzetsel/lidwoord
 familie Van der Zanten --> hoofdletter bij het eerste voorzetsel/lidwoord 

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdletters
  • Aardrijkskundige namen en afleidingen daarvan
Langs het Noord-Brabantse Heusden stroomt de Maas.

  • Namen van merken, bedrijven en feestdagen 
Met Kerst draag ik altijd mijn onesie van Louis Vuitton.

Slide 9 - Tekstslide

jan des bouvrie was een bekende nederlandse ontwerper.

Slide 10 - Open vraag

familie ouard ging afgelopen vrijdag in friesland varen.

Slide 11 - Open vraag

samsung verkocht dit jaar minder telefoons tablets en computers dan vorig jaar

Slide 12 - Open vraag

Hoofdletters
Woorden-waarvan-veel-mensen-denken-dat-je-ze-met-een-hoofdletter-schrijft-maar-waar-het-dus-niet-het-geval-is-categorie:

  • Dagen, maanden en seizoenen (maandag, herfst, januari)
  • Windstreken (noord, westen, zuidelijk)
  • Religies (christenen, islam, hindoeïsme)

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het nut van leestekens?

Slide 14 - Open vraag

Komma's

Slide 15 - Tekstslide

Komma's
  • Tussen delen van een opsomming
  • Na een naam of uitroep aan het begin van een zin
  • Tussen twee persoonsvormen
  • Voor voegwoorden (want, zodat, maar etc.)

Kees, je moet nog afwassen, strijken, koken en poetsen.
Ik moet nu naar huis, want ik moet zo eten.

Slide 16 - Tekstslide

Bah er zit iets smerigs op mijn broek shirt en sneakers

Slide 17 - Open vraag

ik heb snel tickets gekocht want ik wil graag naar dat concert

Slide 18 - Open vraag

Andere leestekens
: - opsomming, citaat of nadere uitleg
- - afbreekstreepje, koppelteken of weglatingsstreepje
! - uitroep of bevel
'...' of "..." - citaten of een speciale betekenis

Ik heb gisteren heel veel gedaan: mijn kleding- en schoenenkast uitgezocht, oude kleding weggegooid en mijn kamer opgeruimd.
"Wat een heerlijke dag!", zei Jeffrey.

Slide 19 - Tekstslide

Wat gaat hier fout?

Slide 20 - Tekstslide

Zelf aan de slag
Serreblok
- Werkblad hoofdletters en leestekens
- Oefenblad les 12

Domeinblok
- Kern les 12 (zie studiewijzer)



Slide 21 - Tekstslide

A) Anita, Janice en ik eten 's Avonds patat.
B) Anita, janice en ik eten 's avonds patat.
C) Anita, Janice en ik eten 's avonds patat.
A
A
B
B
C
C

Slide 22 - Quizvraag