Grammatica: persoonsvorm en werkwoordelijk gezegde

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1

Welkom! 

• Doe alvast je jas en oortjes uit.
• Ga meteen rustig zitten bij   binnenkomst.
• Pak je spullen op tafel:

    

      Dan kunnen we beginnen.

Stap 1: Ga naar www.lessonup.app

Stap 2: Log in via Microsoft Team 

Stap 3: Je klikt op 'Ja, ik wil deelnemen aan de les'

                                         Welkom!

              Voordat de les is begonnen, heb jij:

Grammatica: persoonsvorm en werkwoordelijk gezegde

• Voorkennis ophalen: persoonsvorm (5 min)
• Nieuwe theorie: werkwoordelijk gezegde  (3 min)

Aan het einde van de les (=lesdoel): 

Kun je de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde vinden in een zin.

         Wat gaan we vandaag doen?

Hoe vind je de persoonsvorm?

1)  

2)

3) 

Hoe vind je de persoonsvorm (pv)?

Hoe vind je de persoonsvorm?

Even oefenen: 

1. Mehmet schreef heel netjes.
2. Ik fiets elke dag naar school.
3. Meestal speelt hij centraal op het middenveld.

Grammatica voor de toets

• Persoonsvorm
• Onderwerp

Aan de slag!

 Wat?

 Hoe?

 Wie?

 Hulp?

 Tijd?

Klaar?

Alleen 

Ik loop langs volgens een vaste route

10 minuten

Ga je even de woordjes leren voor de toets op bladzijde 40

Werkwoordelijk gezegde (ww.gez.)

ww.gez. = persoonsvorm + de andere werkwoorden in de zin

Werkwoordelijk gezegde (ww.gez.)

ww.gez. = persoonsvorm + de andere werkwoorden in de zin

Even oefenen: 

Volgende week gaan Kostas en Elif eindelijk praten

Werkwoordelijk gezegde (ww.gez.)

ww.gez. = persoonsvorm + de andere werkwoorden in de zin

Volgende week gaan Kostas en Elif  eindelijk praten

Werkwoordelijk gezegde (ww.gez.)

ww.gez. = persoonsvorm + de andere werkwoorden in de zin

Volgende week gaan Kostas en Elif eindelijk praten

pv = gaan

ww.gez. = gaan praten

Zelfstandig aan de slag

Grammatica - Paragraaf 2.7

Blz. 111

Opdracht 5, 6 en 7

Heb je het niet af in de les, dan wordt het huiswerk.

Ik ga het controleren de volgende les!

Werkwoordelijk gezegde (ww.gez.)

ww.gez. = persoonsvorm + de andere werkwoorden in de zin

Volgende week gaan Yasmin en Elif shoppen.

pv = gaan

ww.gez. = gaan schoppen

Als er maar 1 werkwoord is, zijn de pv en het ww.gez. gelijk.

De meiden zien leuke schoenen.

pv = zien

ww.gez. = zien

Heb jij de leerdoelen behaald in deze les?

1) Kun je de persoonsvorm (pv) vinden in een zin.

2) Kun je het werkwoordelijk gezegde (ww.gez) vinden in een zin.

Tot de volgende les!

• Schuif alsjeblieft jouw stoel aan.
• Ga achter jouw stoel staan.
• Alles weer netjes: grond? Tafel?

Dank je wel!